HealthRider Health Rider R1000t Bike Dutch Manual - Page 15

Hoe Een Weerstands- En Tempopro

Page 15 highlights

HOE EEN WEERSTANDS- EN TEMPOPROGRAMMA TE GEBRUIKEN 1 Begin te fietsen om het bedieningspaneel aan te zetten. See step 1 on page 13. 2 Selecteer een van de zes weerstands- en tempoprogramma's. Om een weerstands- en tempoprogramma te selecteren, druk herhaaldelijk op de Programmakeuzetoets totdat "P 1", "P 2", "P 3", "P 4", "P 5" of "P 6" op de rechter display verschijnt. Als u een weerstands- en tempoprogramma hebt geselecteerd, zal de matrix de eerste zeven doeltempo-instellingen weergeven. Op de linker display wordt aangegeven hoelang het programma zal duren. 3 Druk op de Programmastarttoets of begin te fietsen om het programma te starten. Elk programma is verdeeld in verschillende segmenten van één minuut. Er wordt één doeltempo en één weerstandsniveau geprogrammeerd voor elk segment. Opmerking: hetzelfde doeltempo en/of weerstandsniveau kan voor twee of meer opeenvolgende segmenten worden geprogrammeerd. Het doeltempo voor het eerste segment Huidig Segment wordt in de knippe- rende balk van het Huidig Segment op de matrix weerge- geven (De weer- standsinstellingen worden niet getoond op de matrix). Het doeltempo voor de volgende zeven segmenten worden in de balken aan de rechter- kant weergegeven. Als u fietst, kunt u uw fietstempo aanpassen aan het doeltempo voor het huidig segment dankzij de Intensiteitsniveaubalk. De opgelichte indica- tors wijzen op uw a tempo op dat moment. Als er een indicator rechts naast de opgelichte indicators knippert (zie afbeelding a), moet u uw tempo b verhogen. Als er een indicator links naast de opgelichte indicators knippert (zie afbeelding b), dan moet u uw tempo verlagen. Als er geen indi- cator knippert, dan komt uw tempo overeen met het doeltempo. Belangrijk: de Intensiteitsni- veaubalk dient alleen als motivatie. Zorg ervoor dat u in een voor u aangenaam tempo fietst. Als er maar drie seconden overblijven van het eerste segment van het programma, begint de balk van het Huidig Segment en de balk rechts daarvan te knipperen. U zult verschillende pieptonen horen en alle doeltempo's zullen één positie naar links verschuiven. Het doeltempo voor het tweede segment zal dan worden weergegeven in de knipperende balk van het Huidig Segment en de weerstand van de pedalen zal automatisch veranderen naar de weerstand die voor het tweede segment ingesteld is. Opmerking: Als alle indicators van de balk van het Huidig Segment oplichten nadat de doeltempo's naar links verschoven zijn, dan zullen de doeltempo's naar beneden bewegen zodat alleen de hoogste waarden op de matrix verschijnen. Opmerking: Tijdens het programma kunt u de weerstand voor het huidige segment wijzigen, door op de Weerstandstoetsen te drukken. Als het volgende segment begint, zal de weerstand automatisch veranderen naar het ingestelde weerstandsniveau als er een ander weerstandsniveau voor het volgende segment geprogrammeerd is. Als u enkele seconden stopt met fietsen, dan zult u een pieptoon horen en het programma zal worden onderbroken. Om het programma opnieuw te starten, moet u gewoon opnieuw beginnen fietsen. Het programma zal doorgaan totdat het doeltempo voor het laatste segment in de balk van het Huidig Segment van de matrix en de totale tijd van het programma verstreken is. 15

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28

15
HOE EEN WEERSTANDS- EN TEMPOPRO-
GRAMMA TE GEBRUIKEN
Begin te fietsen om het bedieningspaneel aan
te zetten.
See step 1 on page 13.
Selecteer een van de zes weerstands- en
tempoprogramma’s.
Om een weer-
stands- en tempo-
programma te
selecteren, druk
herhaaldelijk op de
Programmakeu-
zetoets totdat
“P 1”, “P 2”, “P 3”, “P 4”, “P 5” of “P 6” op de
rechter display verschijnt.
Als u een weerstands- en tempoprogramma hebt
geselecteerd, zal de matrix de eerste zeven doel-
tempo-instellingen weergeven. Op de linker dis-
play wordt aangegeven hoelang het programma
zal duren.
Druk op de Programmastarttoets of begin te
fietsen om het programma te starten.
Elk programma is verdeeld in verschillende seg-
menten van één minuut. Er wordt één doeltempo
en één weerstandsniveau geprogrammeerd voor
elk segment. Opmerking: hetzelfde doeltempo
en/of weerstandsniveau kan voor twee of meer
opeenvolgende segmenten worden geprogram-
meerd.
Het doeltempo voor
het eerste segment
wordt in de knippe-
rende balk van het
Huidig Segment op
de matrix weerge-
geven (De weer-
standsinstellingen worden niet getoond op de
matrix). Het doeltempo voor de volgende zeven
segmenten worden in de balken aan de rechter-
kant weergegeven.
Als u fietst, kunt u uw fietstempo aanpassen aan
het doeltempo voor het huidig segment dankzij
de Intensiteitsniveaubalk. De opgelichte indica-
tors wijzen op uw
tempo op dat
moment. Als er een
indicator
rechts
naast de opgelichte
indicators knippert
(zie afbeelding a),
moet u uw tempo
verhogen. Als er
een indicator
links
naast de opgelichte
indicators knippert
(zie afbeelding b),
dan moet u uw tempo verlagen. Als er geen indi-
cator knippert, dan komt uw tempo overeen met
het doeltempo.
Belangrijk: de Intensiteitsni-
veaubalk dient alleen als motivatie. Zorg
ervoor dat u in een voor u aangenaam tempo
fietst.
Als er maar drie seconden overblijven van het
eerste segment van het programma, begint de
balk van het Huidig Segment en de balk rechts
daarvan te knipperen. U zult verschillende piepto-
nen horen en
alle doeltempo’s zullen één positie
naar links verschuiven.
Het doeltempo voor het
tweede segment zal dan worden weergegeven in
de knipperende balk van het Huidig Segment en
de weerstand van de pedalen zal automatisch
veranderen naar de weerstand die voor het twee-
de segment ingesteld is. Opmerking: Als alle indi-
cators van de balk van het Huidig Segment
oplichten nadat de doeltempo’s naar links ver-
schoven zijn,
dan zullen de doeltempo’s naar
beneden bewegen zodat alleen de hoogste waar-
den op de matrix verschijnen.
Opmerking: Tijdens het programma kunt u de
weerstand voor het huidige segment wijzigen,
door op de Weerstandstoetsen te drukken. Als
het volgende segment begint, zal de weerstand
automatisch veranderen naar het ingestelde
weerstandsniveau als er een ander weerstandsni-
veau voor het volgende segment geprogram-
meerd is.
Als u enkele seconden stopt met fietsen, dan zult
u een pieptoon horen en het programma zal wor-
den onderbroken. Om het programma opnieuw te
starten, moet u gewoon opnieuw beginnen fiet-
sen. Het programma zal doorgaan totdat het
doeltempo voor het laatste segment in de balk
van het Huidig Segment van de matrix en de
totale tijd van het programma verstreken is.
3
2
1
a
b
Huidig Segment