Magellan eXplorist 300 Manual - Dutch (Flemish) - Page 35

Een positie markeren met behulp van de kaartcursor, Een positie markeren met behulp van een

Page 35 highlights

Bezienswaardigheden (POI's) 29 Een positie markeren met behulp van de kaartcursor Hiermee kunt u een andere dan uw huidige positie op de kaart markeren, door de cursor te verplaatsen over de kaart naar een locatie die u als POI wilt opslaan. 1. Schakel de eXplorist in cursormodus door vanuit de schermkaart de joystick te bewegen. 2. Verplaats de draadkruiscursor naar de positie die u als POI wilt opslaan. 3. Druk op MARK. 4. [Optioneel] Markeer met de joystick velden (icoon, naam, etc.) van het POI die u wilt wijzigen. Druk op ENTER als de velden naar wens ingevuld zijn. 5. Markeer Opsl. en druk op ENTER. 6. Druk op ESC om de cursormodus te verlaten en terug te keren naar de positiemodus. Een positie markeren met behulp van een kaartobject U kunt in de cursormodus ook een positie markeren door met de draadkruiscursor een kaartobject te markeren (weg, stad, etc.). 1. Schakel de eXplorist in cursormodus door vanuit de schermkaart de joystick te bewegen. 2. Verplaats de draadkruiscursor naar het kaartobject dat u als POI wilt opslaan. De gegevens over het kaartobject worden onderin het scherm weergegeven. 3. Druk op ENTER. 4. Kies met de joystick het gewenste kaartobject voor de betreffende positie dat u als basis voor een nieuw POI wilt gebruiken. 5. Druk op ENTER. 6. De optie Opsl. is gemarkeerd. 7. Druk op ENTER. 8. [Optioneel] Markeer met de joystick velden (icoon, naam, etc.) van het POI die u wilt wijzigen. Druk op ENTER als de velden naar wens ingevuld zijn. 9. Markeer Opsl. en druk op ENTER. 10. Druk op ESC om de cursormodus te verlaten en terug te keren naar de positiemodus.

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88

Bezienswaardigheden (POI’s)
29
Een positie markeren met behulp van de kaartcursor
Hiermee kunt u een andere dan uw huidige positie op de kaart markeren, door de cursor te
verplaatsen over de kaart naar een locatie die u als POI wilt opslaan.
1.
Schakel de eXplorist in cursormodus door vanuit de
schermkaart
de
joystick
te
bewegen.
2.
Verplaats de draadkruiscursor naar de positie die u als POI wilt opslaan.
3.
Druk op
MARK
.
4.
[Optioneel] Markeer met de
joystick
velden (icoon, naam, etc.) van het POI die u wilt
wijzigen. Druk op
ENTER
als de velden naar wens ingevuld zijn.
5.
Markeer
Opsl.
en druk op
ENTER
.
6.
Druk op
ESC
om de cursormodus te verlaten en terug te keren naar de positiemodus.
Een positie markeren met behulp van een kaartobject
U kunt in de cursormodus ook een positie markeren door met de draadkruiscursor een kaartobject
te markeren (weg, stad, etc.).
1.
Schakel de eXplorist in cursormodus door vanuit de
schermkaart
de
joystick
te
bewegen.
2.
Verplaats de draadkruiscursor naar het kaartobject dat u als POI wilt opslaan.
De gegevens over het kaartobject worden onderin het scherm weergegeven.
3.
Druk op
ENTER
.
4.
Kies met de
joystick
het gewenste kaartobject voor de betreffende positie dat u als
basis voor een nieuw POI wilt gebruiken.
5.
Druk op
ENTER
.
6.
De optie
Opsl.
is gemarkeerd.
7.
Druk op
ENTER
.
8.
[Optioneel] Markeer met de
joystick
velden (icoon, naam, etc.) van het POI die u wilt
wijzigen. Druk op
ENTER
als de velden naar wens ingevuld zijn.
9.
Markeer
Opsl.
en druk op
ENTER
.
10.
Druk op
ESC
om de cursormodus te verlaten en terug te keren naar de positiemodus.