Haier BD-143GB User Manual - Page 63

Volg nu de onderstaande stappen, xx kg/24h, De temperatuur in het apparaat moet altijd lager, zijn

Page 63 highlights

Gebruiksaanwijzing onnodig grote hoeveelheden hoeft te ontdooien, die niet binnen één dag geconsumeerd kunnen worden. Vermeld op de verpakking minimaal de volgende zaken: • product (bijv. runderlappen) • gewicht • hoeveelheid (aantal stuks) • invriesdatum • consumptiedatum (zie "Bewaartabel") Volg nu de onderstaande stappen: a) Verse levensmiddelen kunt u het beste in het voorvriesvak (I) (niet bij alle modellen aanwezig) of op de bodem van de vrieskist leggen, deze plekken zijn het koudst. Vermijd hierbij, dat verse levensmiddelen met diepgevroren producten in contact komen. Diepgevroren producten kunnen op die manier gedeeltelijk ontdooien, waardoor de houdbaarheid verkleind wordt. b) Plaats binnen een periode van 24 uur niet meer verse producten in het apparaat dan de opgegeven invriescapaciteit. Zie de waarde op het typeplaatje (xx kg/24h). c) Indien aanwezig, de SUPERVRIES-SCHAKELAAR (Afb. 4) inschakelen. (Dit is niet noodzakelijk wanneer reeds ingevroren producten in het apparaat worden geplaatst.) d) Na 24 uur de nu diepgevroren levensmiddelen van de bodem of het voorvriesvak overbrengen in de mand (K), zodat het voorvriesvak of de bodem weer vrijkomen voor het invriezen van nieuwe, verse levensmiddelen. e) Schakel de supervries-schakelaar uit. De gele controlelamp brandt nu niet meer. f) Stel de temperatuurregelaar in op een stand die past bij de hoeveelheid producten in het apparaat g) (zie "Maximale vulhoogte"). h) Houd de temperatuur in het apparaat (E) in de gaten met behulp van een thermometer die geschikt is voor temperaturen tot -26 °C. i) De temperatuur in het apparaat moet altijd lager zijn dan -18 °C. 9 Bijvullen met verse levensmiddelen (niet ingevroren) Wanneer verse levensmiddelen in het apparaat zijn geplaatst, dan moet u minimaal 24 uur wachten voordat een nieuwe hoeveelheid verse producten kan worden ingevroren. Hierbij is de hoeveelheid afhankelijk van het vriesvermogen van het apparaat (xx kg/24h). (De maximale vulhoogte niet overschrijden.) 10 Maximale vulhoogte Om een goede opslag van de diepgevroren producten te kunnen garanderen, mag de diepvrieskist (E) nooit tot aan de rand worden gevuld. Er moet tussen het deksel en de producten altijd een luchtlaag aanwezig zijn. Vrieskist Bij normale omgevingstemperatuur (+18 tot +22 °C) raden wij de volgende instellingen van de temperatuur aan, voor een minimaal stroomverbruik. vullingsgraad vol halfvol kwart of minder merkstreep bovenste middelste onderste instelling richting 12 uur richting 10 uur richting 8 uur 11 Houdbaarheidstermijn De houdbaarheidstermijn voor reeds ingevroren diepvriesproducten is sterk afhankelijk van het soort product en de verpakking. Houd altijd de aanwijzingen van de fabrikant in acht, zoals die zijn vermeld op het product. Houd voor verse levensmiddelen die u zelf invriest de termijnen in acht die in de bewaartabel achterin deze handleiding zijn aangegeven. Gedeeltelijk ontdooide producten moet u snel consumeren, maximaal 24 uur na ontdooien. 12 Veiligheidsmaatregelen en aanwijzingen • Iedere keer dat het apparaat wordt gereinigd of ontdooid, moet de stekker uit het stopcontact worden genomen. • Het deksel van het apparaat na sluiten niet onmiddellijk met mogelijk grote kracht proberen te openen. Het mogelijk aan de afdichting (B) ontstane vacuüm verdwijnt in ongeveer 1-2 minuten, waarna het deksel weer normaal geopend kan worden. • Warme producten in afgesloten verpakkingen vóór het afsluiten en invriezen laten afkoelen tot kamertemperatuur zodat condensatie in de verpakking en ijsvorming in het apparaat worden voorkomen. • Het deksel van het apparaat zo kort mogelijk openen om onnodig energieverbruik en ijsvorming in het apparaat te voorkomen. • Bij onverwachts en langdurig branden van de rode controlelamp het apparaat in geen geval openen en direct de juiste maatregelen treffen. Zie "Wat als..." achterin deze handleiding. • Gebruik nooit een schroevendraaier of andere metalen gereedschappen voor het verwijderen van de ijslaag. De binnenwand is zeer kwetsbaar en niet bestand tegen scherpe voorwerpen. Gebruik alleen gereedschappen van kunststof of hout zonder scherpe kanten. 13 Reiniging en verzorging Voor een optimaal uiterlijk van uw apparaat kunt u af en toe meubelpolitoer of een andere lakverzorgend product gebruiken. (Nooit toepassen aan de binnenzijde). De afdichting (B) moet af en toe met warm water zonder gebruik van schoonmaakmiddelen worden gereinigd. Stel de temperatuur in (Afb. 4) al naar gelang de hoeveelheid producten in het apparaat. Wanneer uw apparaat is uitgerust met een condensor aan de achterzijde (R), verwijder hier dan af en toe de pluizen en het stof. Pluizen en stof verhinderen namelijk de afvoer van warmte uit de binnenruimte van het apparaat en zorgen voor een aanzienlijk hoger energieverbruik. Het 4

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68

Gebruiksaanwijzing
Vrieskist
onnodig grote hoeveelheden hoeft te ontdooien, die niet
binnen één dag geconsumeerd kunnen worden.
Vermeld op de verpakking minimaal de volgende zaken:
product (bijv. runderlappen)
gewicht
hoeveelheid (
aantal stuks
)
invriesdatum
consumptiedatum (
zie “Bewaartabel”
)
Volg nu de onderstaande stappen:
a)
Verse levensmiddelen kunt u het beste in het
voorvriesvak (I) (niet bij alle modellen aanwezig) of op
de bodem van de vrieskist leggen, deze plekken zijn
het koudst.
Vermijd hierbij, dat verse levensmiddelen met
diepgevroren producten in contact komen. Diepgevroren
producten kunnen op die manier gedeeltelijk ontdooien,
waardoor
de houdbaarheid verkleind wordt.
b)
Plaats binnen een periode van 24 uur niet meer verse
producten in het apparaat dan de opgegeven
invriescapaciteit.
Zie de waarde op het typeplaatje (
xx kg/24h
).
c)
Indien aanwezig, de SUPERVRIES-SCHAKELAAR
(Afb. 4) inschakelen. (Dit is niet noodzakelijk wanneer
reeds ingevroren producten in het apparaat worden
geplaatst.)
d)
Na 24 uur de nu diepgevroren levensmiddelen van de
bodem of het voorvriesvak overbrengen in de mand
(K), zodat het voorvriesvak of de bodem weer
vrijkomen voor het invriezen van nieuwe, verse
levensmiddelen.
e)
Schakel de supervries-schakelaar uit. De gele
controlelamp brandt nu niet meer.
f)
Stel de temperatuurregelaar in op een stand die past
bij de hoeveelheid producten in het apparaat
g)
(zie "
Maximale vulhoogte
").
h)
Houd de temperatuur in het apparaat (E) in de gaten
met behulp van een thermometer die geschikt is voor
temperaturen tot -26 °C.
i)
De temperatuur in het apparaat moet altijd lager
zijn dan -18 °C.
9 Bijvullen met verse levensmiddelen
(niet ingevroren)
Wanneer verse levensmiddelen in het apparaat zijn
geplaatst, dan moet u minimaal 24 uur wachten voordat
een nieuwe hoeveelheid verse producten kan worden
ingevroren. Hierbij is de hoeveelheid afhankelijk van het
vriesvermogen van het apparaat (xx kg/24h).
(De
maximale vulhoogte niet overschrijden.)
10 Maximale vulhoogte
Om een goede opslag van de diepgevroren producten te
kunnen garanderen, mag de diepvrieskist (E) nooit tot aan
de rand worden gevuld. Er moet tussen het deksel en de
producten altijd een luchtlaag aanwezig zijn.
Stel de temperatuur in (Afb. 4) al naar gelang de
hoeveelheid producten in het apparaat.
Bij normale omgevingstemperatuur (+18 tot +22 °C) raden
wij de volgende instellingen van de temperatuur aan, voor
een minimaal stroomverbruik.
vullingsgraad
merkstreep
instelling
vol
bovenste
richting 12 uur
halfvol
middelste
richting 10 uur
kwart of
minder
onderste
richting 8 uur
11 Houdbaarheidstermijn
De houdbaarheidstermijn voor reeds ingevroren
diepvriesproducten is sterk afhankelijk van het soort
product en de verpakking. Houd altijd de aanwijzingen
van de fabrikant in acht, zoals die zijn vermeld op het
product.
Houd voor verse levensmiddelen die u zelf invriest de
termijnen in acht die in de
bewaartabel
achterin deze
handleiding zijn aangegeven.
Gedeeltelijk ontdooide producten moet u snel consumeren,
maximaal 24 uur na ontdooien.
12 Veiligheidsmaatregelen en aanwijzingen
Iedere keer dat het apparaat wordt gereinigd of
ontdooid, moet de stekker uit het stopcontact worden
genomen.
Het deksel van het apparaat na sluiten niet
onmiddellijk met mogelijk grote kracht proberen te
openen. Het mogelijk aan de afdichting (B) ontstane
vacuüm verdwijnt in ongeveer 1-2 minuten, waarna
het deksel weer normaal geopend kan worden.
Warme producten in afgesloten verpakkingen vóór het
afsluiten en invriezen laten afkoelen tot
kamertemperatuur zodat condensatie in de verpakking
en ijsvorming in het apparaat worden voorkomen.
Het deksel van het apparaat zo kort mogelijk openen
om onnodig energieverbruik en ijsvorming in het
apparaat te voorkomen.
Bij onverwachts en langdurig branden van de rode
controlelamp het apparaat in geen geval openen en
direct de juiste maatregelen treffen. Zie "
Wat als…"
achterin deze handleiding.
Gebruik nooit een schroevendraaier of andere
metalen gereedschappen voor het verwijderen van de
ijslaag.
De binnenwand is zeer kwetsbaar en niet bestand
tegen scherpe voorwerpen. Gebruik alleen
gereedschappen van kunststof of hout zonder scherpe
kanten.
13 Reiniging en verzorging
Voor een optimaal uiterlijk van uw apparaat kunt u af en
toe meubelpolitoer of een andere lakverzorgend product
gebruiken. (Nooit toepassen aan de binnenzijde). De
afdichting
(B)
moet af en toe met warm water zonder
gebruik van schoonmaakmiddelen worden gereinigd.
Wanneer uw apparaat is uitgerust met een condensor aan
de achterzijde
(R)
, verwijder hier dan af en toe de pluizen
en het stof. Pluizen en stof verhinderen namelijk de afvoer
van warmte uit de binnenruimte van het apparaat en
zorgen voor een aanzienlijk hoger energieverbruik. Het
4