Lenovo ThinkCentre A63 (Dutch) User Guide - Page 72

Overwegingen ten aanzien van wachtwoorden, Set Power-On Password, Set Administrator Password

Page 72 highlights

Om de computer te kunnen gebruiken, is het niet noodzakelijk dat u een wachtwoord instelt. Het gebruik van wachtwoorden vergroot echter wel de veiligheid van het werken met de computer. Als u besluit een wachtwoord in te stellen, lees dan de volgende paragrafen. Overwegingen ten aanzien van wachtwoorden U kunt elke combinatie van maximaal 16 alfabetische en numerieke tekens gebruiken. Omwille van de veiligheid verdient het aanbeveling om een sterk wachtwoord te gebruiken, dat niet eenvoudig kan worden geraden. U stelt als volgt een sterk wachtwoord in: v Het moet bestaan uit ten minste acht tekens en bevat ten minste één alfabetisch en één numeriek teken v Wachtwoorden in het programma Setup Utility zijn niet hoofdlettergevoelig v Ze zijn geheel verschillend van uw naam of gebruikersnaam v Ze vormen geen bekend woord of bekende naam v Ze verschillen wezenlijk van uw eerdere wachtwoorden Set Power-On Password Nadat u met de optie Set Power-On Password een systeemwachtwoord hebt ingesteld, wordt de gebruiker, elke keer wanneer hij of zij de computer aanzet, gevraagd het juiste wachtwoord te typen. De computer kan pas worden gebruikt als het juiste wachtwoord is opgegeven. Meer informatie over het instellen van een wachtwoord vindt u in "Een wachtwoord instellen, wijzigen of wissen". Set Administrator Password Met de optie Set Administrator Password kunt u een beheerderswachtwoord instellen. Dit voorkomt dat niet-gemachtigde gebruikers wijzigingen aanbrengen in de configuratie-instellingen. Als u verantwoordelijk bent voor de instellingen van meerdere computers, is het verstandig met een beheerderswachtwoord te werken. Meer informatie over het instellen van een wachtwoord vindt u in "Een wachtwoord instellen, wijzigen of wissen". Nadat u een beheerderswachtwoord hebt ingesteld, verschijnt er iedere keer dat u het programma Setup Utility wilt starten een wachtwoordprompt. Het programma Setup Utility kan pas worden gebruikt nadat u het juiste beheerderswachtwoord hebt opgegeven. Indien u zowel een systeemwachtwoord als een beheerderswachtwoord hebt ingesteld, kunt u elk van beide wachtwoorden opgeven om met de computer te gaan werken. Als u echter van plan bent uw configuratie-instellingen te wijzigen, moet u het beheerderswachtwoord opgeven. Een wachtwoord instellen, wijzigen of wissen U kunt een wachtwoord als volgt instellen, wijzigen of wissen: 1. Start het programma Setup. Zie "Het programma Setup Utility starten" op pagina 63. 2. Selecteer in het hoofdmenu van het programma Setup Utility Security → Set Power-On Password of Set Administrator Password. 3. Volg de instructies op het scherm om het gewenste wachtwoord in te stellen, te wijzigen of te wissen. 64 Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98

Om de computer te kunnen gebruiken, is het niet noodzakelijk dat u een wacht-
woord instelt. Het gebruik van wachtwoorden vergroot echter wel de veiligheid
van het werken met de computer. Als u besluit een wachtwoord in te stellen, lees
dan de volgende paragrafen.
Overwegingen ten aanzien van wachtwoorden
U kunt elke combinatie van maximaal 16 alfabetische en numerieke tekens gebrui-
ken. Omwille van de veiligheid verdient het aanbeveling om een sterk wachtwoord
te gebruiken, dat niet eenvoudig kan worden geraden. U stelt als volgt een sterk
wachtwoord in:
v
Het moet bestaan uit ten minste acht tekens en bevat ten minste één alfabetisch
en één numeriek teken
v
Wachtwoorden in het programma Setup Utility zijn niet hoofdlettergevoelig
v
Ze zijn geheel verschillend van uw naam of gebruikersnaam
v
Ze vormen geen bekend woord of bekende naam
v
Ze verschillen wezenlijk van uw eerdere wachtwoorden
Set Power-On Password
Nadat u met de optie
Set Power-On Password
een systeemwachtwoord hebt inge-
steld, wordt de gebruiker, elke keer wanneer hij of zij de computer aanzet,
gevraagd het juiste wachtwoord te typen. De computer kan pas worden gebruikt
als het juiste wachtwoord is opgegeven. Meer informatie over het instellen van een
wachtwoord vindt u in “Een wachtwoord instellen, wijzigen of wissen”.
Set Administrator Password
Met de optie
Set Administrator Password
kunt u een beheerderswachtwoord
instellen. Dit voorkomt dat niet-gemachtigde gebruikers wijzigingen aanbrengen in
de configuratie-instellingen. Als u verantwoordelijk bent voor de instellingen van
meerdere computers, is het verstandig met een beheerderswachtwoord te werken.
Meer informatie over het instellen van een wachtwoord vindt u in “Een wacht-
woord instellen, wijzigen of wissen”.
Nadat u een beheerderswachtwoord hebt ingesteld, verschijnt er iedere keer dat u
het programma Setup Utility wilt starten een wachtwoordprompt. Het programma
Setup Utility kan pas worden gebruikt nadat u het juiste beheerderswachtwoord
hebt opgegeven.
Indien u zowel een systeemwachtwoord als een beheerderswachtwoord hebt inge-
steld, kunt u elk van beide wachtwoorden opgeven om met de computer te gaan
werken. Als u echter van plan bent uw configuratie-instellingen te wijzigen, moet
u het beheerderswachtwoord opgeven.
Een wachtwoord instellen, wijzigen of wissen
U kunt een wachtwoord als volgt instellen, wijzigen of wissen:
1.
Start het programma Setup. Zie “Het programma Setup Utility starten” op
pagina 63.
2.
Selecteer in het hoofdmenu van het programma Setup Utility
Security
Set
Power-On Password
of
Set Administrator Password
.
3.
Volg de instructies op het scherm om het gewenste wachtwoord in te stellen, te
wijzigen of te wissen.
64
Handboek voor de gebruiker