Lenovo ThinkPad Edge E420s (Dutch) User Guide - Page 158

Beeldscherm en multimedia, Problemen met het beeldscherm van de computer

Page 158 highlights

Oplossing: De functie Num Lock staat aan. Om deze uit te schakelen, houdt u de Shift+ScrLk- of Fn+NmLk-toets ingedrukt. • Probleem: Alle of enkele toetsen van het externe numerieke toetsenblok werken niet. Oplossing: Controleer of het externe numerieke toetsenblok goed is aangesloten op de computer. Beeldscherm en multimedia Dit gedeelte bevat de meest voorkomende problemen met beeldschermen en multimedia-apparatuur, te weten het computerscherm, het externe beeldscherm, audio en het optische-schijfstation. Lees deze onderwerpen voor meer informatie. Problemen met het beeldscherm van de computer • Probleem: Er verschijnt niets op het scherm. Oplossing: Voer de volgende handelingen uit: - Met F6 kunt u de weergave op het LCD-scherm weer herstellen. Opmerking: Als u de toetscombinatie F6 gebruikt voor het activeren van een presentatieschema, druk dan binnen drie seconden ten minste driemaal op F6 om het beeld op het computerscherm te herstellen. - Als u de wisselstroomadapter of de batterij gebruikt en het batterijlampje groen brandt, drukt u op F8 om het scherm helderder te maken. - Als het Standbylampje groen brandt, drukt u op de Fn-toets om de normale werkstand vanuit de sluimerstand (Standby) te hervatten. - Als het probleem zich blijft voordoen, volg dan de aanwijzingen bij Oplossing voor het onderstaande probleem. Opmerking: Als u een computer met Windows 7 hebt, biedt uw computer geen ondersteuning aan presentatieschema's. • Probleem: De weergave op het scherm is onleesbaar of vervormd. Oplossing: Controleer of: - Het beeldschermstuurprogramma op de juiste manier is geïnstalleerd. - De schermresolutie en de kleurdiepte goed zijn ingesteld. - Het beeldschermtype goed is ingesteld. U kunt deze instellingen als volgt controleren: Voor Windows 7: 1. Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad en klik op Personaliseren. 2. Klik aan de linkerkant op Beeldscherm. 3. Kies Beeldscherminstellingen wijzigen. Controleer of de schermresolutie goed is ingesteld. 4. Klik op Geavanceerde instellingen. 5. Klik op de tab Adapter. 6. Controleer of het juiste stuurprogramma in het informatievenster van de adapter wordt weergegeven. Opmerking: De naam van het stuurprogramma hangt af van de videochip die in uw computer is geïnstalleerd. 7. Klik op de knop Eigenschappen. Wanneer er wordt gevraagd om een beheerderswachtwoord of een bevestiging, typt u dat wachtwoord of geeft u die bevestiging. Controleer in het vak "Apparaatstatus" 140 Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190
  • 191
  • 192

Oplossing
: De functie Num Lock staat aan. Om deze uit te schakelen, houdt u de Shift+ScrLk- of
Fn+NmLk-toets ingedrukt.
Probleem
: Alle of enkele toetsen van het externe numerieke toetsenblok werken niet.
Oplossing
: Controleer of het externe numerieke toetsenblok goed is aangesloten op de computer.
Beeldscherm en multimedia
Dit gedeelte bevat de meest voorkomende problemen met beeldschermen en multimedia-apparatuur, te
weten het computerscherm, het externe beeldscherm, audio en het optische-schijfstation. Lees deze
onderwerpen voor meer informatie.
Problemen met het beeldscherm van de computer
Probleem
: Er verschijnt niets op het scherm.
Oplossing
: Voer de volgende handelingen uit:
Met F6 kunt u de weergave op het LCD-scherm weer herstellen.
Opmerking:
Als u de toetscombinatie F6 gebruikt voor het activeren van een presentatieschema,
druk dan binnen drie seconden ten minste driemaal op F6 om het beeld op het computerscherm te
herstellen.
Als u de wisselstroomadapter of de batterij gebruikt en het batterijlampje groen brandt, drukt u op F8
om het scherm helderder te maken.
Als het Standbylampje groen brandt, drukt u op de Fn-toets om de normale werkstand vanuit de
sluimerstand (Standby) te hervatten.
Als het probleem zich blijft voordoen, volg dan de aanwijzingen bij Oplossing voor het onderstaande
probleem.
Opmerking:
Als u een computer met Windows 7 hebt, biedt uw computer geen ondersteuning aan
presentatieschema's.
Probleem
: De weergave op het scherm is onleesbaar of vervormd.
Oplossing
: Controleer of:
Het beeldschermstuurprogramma op de juiste manier is geïnstalleerd.
De schermresolutie en de kleurdiepte goed zijn ingesteld.
Het beeldschermtype goed is ingesteld.
U kunt deze instellingen als volgt controleren:
Voor Windows 7:
1. Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad en klik op
Personaliseren
.
2. Klik aan de linkerkant op
Beeldscherm
.
3. Kies
Beeldscherminstellingen wijzigen
. Controleer of de schermresolutie goed is ingesteld.
4. Klik op
Geavanceerde instellingen
.
5. Klik op de tab
Adapter
.
6. Controleer of het juiste stuurprogramma in het informatievenster van de adapter wordt weergegeven.
Opmerking:
De naam van het stuurprogramma hangt af van de videochip die in uw computer
is geïnstalleerd.
7. Klik op de knop
Eigenschappen
. Wanneer er wordt gevraagd om een beheerderswachtwoord of een
bevestiging, typt u dat wachtwoord of geeft u die bevestiging. Controleer in het vak “Apparaatstatus”
140
Handboek voor de gebruiker