Lenovo ThinkPad Edge E420s (Dutch) User Guide - Page 169

Stations en andere opslagapparaten, Probleem, Oplossing, Opmerking

Page 169 highlights

Als de batterij is opgeladen en de temperatuur binnen het toegestane bereik ligt, laat u de computer nakijken. • Probleem: Het foutbericht voor een "bijna lege batterij" verschijnt en de computer gaat meteen uit. Oplossing: De batterij is mogelijk te veel ontladen. Sluit de wisselstroomadapter aan op de computer en steek de stekker in het stopcontact. • Probleem: Het beeldscherm van de computer blijft leeg nadat u op de Fn-toets hebt gedrukt om het scherm uit de spaarstand te halen. Oplossing: Ga na of er een extern beeldscherm is ontkoppeld of uitgeschakeld terwijl de computer in de sluimerstand (Standby) stond. Als u een extern beeldscherm hebt ontkoppeld of uitgeschakeld, sluit het dan weer aan of zet het weer aan voordat u de werking van de computer hervat vanuit de spaarstand Standby. Als u de werking van de computer vanuit de sluimerstand wilt hervatten zonder een extern beeldscherm aan te sluiten of aan te zetten, kunt u op F6 om het beeldscherm van de computer te activeren. Opmerking: Als u F6 gebruikt om een presentatieschema te activeren, moet u binnen drie seconden ten minste drie keer op F6 drukken om het beeldscherm van de computer te activeren. Opmerking: Als u een computer met Windows 7 hebt, biedt uw computer geen ondersteuning aan presentatieschema's. • Probleem: De computer kan de sluimerstand niet verlaten, of het lampje van de sluimerstand blijft branden en de computer werkt niet. Oplossing: Als het systeem niet ontwaakt uit de sluimerstand (Standby), kan dat komen omdat het systeem automatisch in de sluimerstand (Standby) of de slaapstand is gekomen omdat de batterij leeg was. Het Standbylampje geeft aan of dat zo is. - Als het Standbylampje brandt, staat de computer in de spaarstand Standby. Sluit de wisselstroomadapter aan op de computer en druk op Fn. - Als het Standbylampje niet brandt, staat de computer in de slaapstand of helemaal uit. Sluit de wisselstroomadapter aan op de computer en druk op de aan/uit-knop. Als het systeem de normale werking nog steeds niet hervat, is het wellicht vastgelopen. In dat geval moet u een reset uitvoeren. Als u bepaalde gegevens nog niet hebt opgeslagen, gaan die waarschijnlijk verloren. Om een reset uit te voeren, houdt u de aan/uit-knop vier tot 6 seconden ingedrukt. Als de computer nog steeds niet reageert, verwijdert u de wisselstroomadapter en reset u de computer door een uitgebogen paperclip in het noodresetgaatje te steken om de computer uit te schakelen. • Probleem: De computer gaat niet naar de sluimerstand (Standby) of naar de slaapstand. Oplossing: Controleer of er opties zijn geselecteerd die kunnen verhinderen dat de computer naar de sluimerstand (Standby) of naar de slaapstand gaat. Als de opdracht aan de computer om naar de spaarstand Standby te gaan niet wordt geaccepteerd, is het mogelijk dat het apparaat dat is aangesloten op de USB-poort uitgeschakeld is. Als dit gebeurt, ontkoppelt u het USB-apparaat en sluit u het weer aan. • Probleem: De batterij loopt langzaam leeg terwijl de computer in de slaapstand staat. Oplossing: Als de ontwaakfunctie ingeschakeld is, gebruikt de computer een klein beetje energie. Dit is geen defect. Zie "Spaarstanden" op pagina 33 voor meer informatie. Stations en andere opslagapparaten Deze sectie bevat twee problemen met stations, namelijk het vaste-schijfstation en het SSD-station. Hoofdstuk 10. Computerproblemen oplossen 151

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190
  • 191
  • 192

Als de batterij is opgeladen en de temperatuur binnen het toegestane bereik ligt, laat u de computer
nakijken.
Probleem
: Het foutbericht voor een “bijna lege batterij” verschijnt en de computer gaat meteen uit.
Oplossing
: De batterij is mogelijk te veel ontladen. Sluit de wisselstroomadapter aan op de computer en
steek de stekker in het stopcontact.
Probleem
: Het beeldscherm van de computer blijft leeg nadat u op de Fn-toets hebt gedrukt om het
scherm uit de spaarstand te halen.
Oplossing
: Ga na of er een extern beeldscherm is ontkoppeld of uitgeschakeld terwijl de computer in
de sluimerstand (Standby) stond. Als u een extern beeldscherm hebt ontkoppeld of uitgeschakeld,
sluit het dan weer aan of zet het weer aan voordat u de werking van de computer hervat vanuit de
spaarstand Standby. Als u de werking van de computer vanuit de sluimerstand wilt hervatten zonder
een extern beeldscherm aan te sluiten of aan te zetten, kunt u op F6 om het beeldscherm van de
computer te activeren.
Opmerking:
Als u F6 gebruikt om een presentatieschema te activeren, moet u binnen drie seconden ten
minste drie keer op F6 drukken om het beeldscherm van de computer te activeren.
Opmerking:
Als u een computer met Windows 7 hebt, biedt uw computer geen ondersteuning aan
presentatieschema's.
Probleem
: De computer kan de sluimerstand niet verlaten, of het lampje van de sluimerstand blijft
branden en de computer werkt niet.
Oplossing
: Als het systeem niet ontwaakt uit de sluimerstand (Standby), kan dat komen omdat het
systeem automatisch in de sluimerstand (Standby) of de slaapstand is gekomen omdat de batterij leeg
was. Het Standbylampje geeft aan of dat zo is.
Als het Standbylampje brandt, staat de computer in de spaarstand Standby. Sluit de
wisselstroomadapter aan op de computer en druk op Fn.
Als het Standbylampje niet brandt, staat de computer in de slaapstand of helemaal uit. Sluit de
wisselstroomadapter aan op de computer en druk op de aan/uit-knop.
Als het systeem de normale werking nog steeds niet hervat, is het wellicht vastgelopen. In dat geval
moet u een reset uitvoeren. Als u bepaalde gegevens nog niet hebt opgeslagen, gaan die waarschijnlijk
verloren. Om een reset uit te voeren, houdt u de aan/uit-knop vier tot 6 seconden ingedrukt. Als de
computer nog steeds niet reageert, verwijdert u de wisselstroomadapter en reset u de computer door een
uitgebogen paperclip in het noodresetgaatje te steken om de computer uit te schakelen.
Probleem
: De computer gaat niet naar de sluimerstand (Standby) of naar de slaapstand.
Oplossing
: Controleer of er opties zijn geselecteerd die kunnen verhinderen dat de computer naar de
sluimerstand (Standby) of naar de slaapstand gaat.
Als de opdracht aan de computer om naar de spaarstand Standby te gaan niet wordt geaccepteerd, is
het mogelijk dat het apparaat dat is aangesloten op de USB-poort uitgeschakeld is. Als dit gebeurt,
ontkoppelt u het USB-apparaat en sluit u het weer aan.
Probleem
: De batterij loopt langzaam leeg terwijl de computer in de slaapstand staat.
Oplossing
: Als de ontwaakfunctie ingeschakeld is, gebruikt de computer een klein beetje energie. Dit is
geen defect. Zie “Spaarstanden” op pagina 33 voor meer informatie.
Stations en andere opslagapparaten
Deze sectie bevat twee problemen met stations, namelijk het vaste-schijfstation en het SSD-station.
Hoofdstuk 10
.
Computerproblemen oplossen
151