Lenovo ThinkStation S20 (Dutch) User guide - Page 15

De computer aanzetten, software is geïnstalleerd

Page 15 highlights

1394 1394 1 USB-poort 2 Seriële poort 3 Ethernet-poort 4 IEEE 1394-aansluiting (optioneel) 5 eSATA-aansluiting Hierop kunt u apparaten aansluiten waarvoor een USB-poort vereist is, bijvoorbeeld een USB-scanner, een USB-toetsenbord, een USB-muis of een USB-printer. Als u meer dan tien USB-apparaten hebt, kunt u een USB-hub kopen, die u kunt gebruiken om extra USB-apparaten op aan te sluiten. Hierop kunt u een extern modem, een seriële printer of andere apparaten aansluiten die een 9-pens seriële aansluiting hebben. Hierop kunt u een Ethernet-kabel voor een local area network (LAN) aansluiten. Opmerking: Om de computer te laten voldoen aan de FCC-richtlijnen (Klasse B), dient u een Ethernet-kabel van categorie 5 te gebruiken. Voor het versturen en ontvangen van IEEE 1394-signalen tussen de computer en andere compatibele apparaten, zoals een videocamera of een extern opslagstation. Deze aansluiting wordt ook wel Firewire genoemd. Op deze eSATA-aansluiting (external Serial Advanced Technology Attachment) kunt u een extern vaste-schijfstation aansluiten. 9. Sluit de voedingssnoeren aan op stopcontacten met randaarde. De computer aanzetten Zet eerst het beeldscherm en de andere externe apparaten aan en dan pas de computer. Nadat de zelftest bij het opstarten (POST) is voltooid, wordt het venster met het logo gesloten. Als er op uw computer vooraf software is geïnstalleerd, wordt het installatieprogramma van de software gestart. Hoofdstuk 3. De computer installeren 9

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72

1
USB-poort
Hierop kunt u apparaten aansluiten waarvoor een USB-poort vereist is,
bijvoorbeeld een USB-scanner, een USB-toetsenbord, een USB-muis of een
USB-printer. Als u meer dan tien USB-apparaten hebt, kunt u een USB-hub
kopen, die u kunt gebruiken om extra USB-apparaten op aan te sluiten.
2
Seriële poort
Hierop kunt u een extern modem, een seriële printer of andere apparaten
aansluiten die een 9-pens seriële aansluiting hebben.
3
Ethernet-poort
Hierop kunt u een Ethernet-kabel voor een local area network (LAN) aansluiten.
Opmerking:
Om de computer te laten voldoen aan de FCC-richtlijnen (Klasse B),
dient u een Ethernet-kabel van categorie 5 te gebruiken.
4
IEEE 1394-aansluiting
(optioneel)
Voor het versturen en ontvangen van IEEE 1394-signalen tussen de computer
en andere compatibele apparaten, zoals een videocamera of een extern
opslagstation. Deze aansluiting wordt ook wel Firewire genoemd.
5
eSATA-aansluiting
Op deze eSATA-aansluiting (external Serial Advanced Technology Attachment)
kunt u een extern vaste-schijfstation aansluiten.
9. Sluit de voedingssnoeren aan op stopcontacten met randaarde.
De computer aanzetten
Zet eerst het beeldscherm en de andere externe apparaten aan en dan pas de computer. Nadat de zelftest
bij het opstarten (POST) is voltooid, wordt het venster met het logo gesloten. Als er op uw computer vooraf
software is geïnstalleerd, wordt het installatieprogramma van de software gestart.
Hoofdstuk 3
.
De computer installeren
9