Metabo WE 1450-125 RT Operating Instructions 2 - Page 29

Gebruik

Page 29 highlights

NEDERLANDS nl 7.2 De schuurschijf erop plaatsen Zie pagina 2, afbeelding A. - De steunflens (3) op de spindel plaatsen (zie de afbeeldingen hierboven). Hij is op de juiste wijze op de spindel aangebracht als hij zich op de spindel niet laat draaien. - De schuurschijf op de steunflens (3) plaatsen (zie de afbeeldingen hierboven). De schuurschijf dient gelijkmatig op de steunflens te liggen. De plaatflens van de doorslijpschijven dient op de steunflens te liggen. Aanwijzing: De steunflens (3) is tegen verlies beveiligd. Afnemen: eventueel met kracht afnemen. 7.3 Spanmoer (zonder gereedschap) bevestigen/losmaken (afhankelijk van de uitvoering) Spanmoer (zonder gereedschap) (2) uitsluitend met de hand aantrekken! Om te werken moet de beugel (1) altijd vlak op de spanmoer (2) geklapt zijn. Spanmoer (zonder gereedschap) (2) bevestigen: Wanneer het inzetgereedschap in het spangebied dikker is dan 6 mm, mag de spanmoer (zonder gereedschap) niet gebruikt worden! Gebruik dan de spanmoer (11) met tweegaatssleutel (12). - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). - De beugel (1) van de spanmoer omhoog klappen. - Spanmoer (2) op de spindel (4) plaatsen. Zie afbeelding, pagina 2. - Aan de beugel (1) de spanmoer met de hand met de klok mee vastdraaien. - De beugel (1) weer naar beneden klappen. Spanmoer (zonder gereedschap) (2) losmaken: - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). - De beugel (1) van de spanmoer omhoog klappen. - Spanmoer (2) tegen de klok in met de hand afschroeven. Aanwijzing: Bij een spanmoer die erg vastzit (2) kan voor het afschroeven ook een tweegaatssleutel worden gebruikt. I 0 Spanmoer losmaken: - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). De spanmoer (11) met de tweegaatssleutel (12) tegen de wijzers van de klok in afschroeven. 8. Gebruik 8.1 In-/uitschakelen De machine altijd met beide handen geleiden! Eerst inschakelen, dan het inzetgereedschap naar het werkstuk brengen. Het opzuigen van extra stof en spanen door de machine dient te worden voorkomen. Bij het in- en uitschakelen moet erop worden gelet dat zich geen neergeslagen stof in de buurt van de machine bevindt. De machine na het uitschakelen pas wegzetten wanneer de motor tot stilstand is gekomen. Voorkom onverhoeds aanlopen: De machine altijd uitschakelen wanneer de stekker uit het stopcontact wordt gehaald of wanneer zich een stroomonderbreking heeft voorgedaan. Bij langdurige inschakeling loopt de machine verder wanneer deze uit de hand gerukt wordt. Daarom de machine altijd met beide handen aan de hiervoor bestemde handgrepen vasthouden, ervoor zorgen dat u stevig staat en geconcentreerd werken. Machines mit schakelschuif: 6 Inschakelen: schakelschuif (6) naar voren schuiven. Voor een langdurige inschakeling vervolgens naar beneden klappen tot hij inklikt. Uitschakelen: op het achterste uiteinde van de schakelschuif (6) drukken en loslaten. 7.4 Spanmoer bevestigen/losmaken (afhankelijk van de uitvoering) Spanmoer (11) bevestigen: Machines met veiligheidsschakelaar (met dodemansfunctie): 78 De 2 kanten van de spanmoer zijn verschillend. De spanmoer als volgt op de spindel schroeven: Zie pagina 2, afbeelding B. - A) Bij dunne schuurschijven: De band van de spanmoer (11) wijst naar boven, zodat de dunne schuurschijf veilig kan worden gespannen. B) Bij dikke schuurschijven: De band van de spanmoer (11) wijst naar Momentinschakeling: Inschakelen: De blokkering (7) en vervolgens de drukschakelaar (8) indrukken. (7) De blokkering loslaten. Uitschakelen: De drukschakelaar (8) loslaten. beneden, zodat de spanmoer veilig op de spindel kan worden aangebracht. - Spindel vastzetten. De spanmoer (11) met de Continu-inschakeling (afhankelijk van de uitvoering): tweegaatssleutel (12) met de wijzers van de klok mee vastzetten. Inschakelen: De blokkering (7) indrukken en ingedrukt houden. De drukschakelaar (8) indrukken en ingedrukt houden. De machine 29

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104

NEDERLANDS
nl
29
7.2
De schuurschijf erop plaatsen
Zie pagina 2, afbeelding A.
-
De steunflens (3) op de spindel plaatsen (zie de
afbeeldingen hierboven). Hij is op de juiste wijze
op de spindel aangebracht als hij zich op de
spindel niet laat draaien.
-
De schuurschijf op de steunflens (3) plaatsen
(zie de afbeeldingen hierboven).
De schuurschijf dient gelijkmatig op de steunflens
te liggen. De plaatflens van de doorslijpschijven
dient op de steunflens te liggen.
Aanwijzing:
De steunflens (3) is tegen verlies
beveiligd. Afnemen: eventueel met kracht afnemen.
7.3
Spanmoer (zonder gereedschap)
bevestigen/losmaken
(afhankelijk van de
uitvoering)
Spanmoer (zonder gereedschap) (2)
uitsluitend met de hand aantrekken!
Om te werken moet de beugel (1) altijd vlak op
de
spanmoer (2)
geklapt zijn.
Spanmoer (zonder gereedschap) (2) bevestigen:
Wanneer het inzetgereedschap in het
spangebied dikker is dan 6 mm, mag de
spanmoer (zonder gereedschap) niet gebruikt
worden
! Gebruik dan de
spanmoer (11) met
tweegaatssleutel (12).
-
Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1).
-
De beugel
(1)
van de spanmoer omhoog klappen.
-
Spanmoer (2) op de spindel (4) plaatsen. Zie
afbeelding, pagina 2.
-
Aan de beugel
(1) de
spanmoer
met de hand
met
de klok mee vastdraaien.
-
De beugel
(1) weer
naar beneden klappen.
Spanmoer (zonder gereedschap) (2)
losmaken:
-
Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1).
-
De beugel
(1)
van de spanmoer omhoog klappen.
- Spanmoer
(2)
tegen de klok in
met de hand
afschroeven.
Aanwijzing:
Bij een spanmoer die erg vastzit
(2) kan
voor het afschroeven ook een tweegaatssleutel
worden gebruikt.
7.4
Spanmoer bevestigen/losmaken
(afhankelijk van de uitvoering)
Spanmoer (11) bevestigen:
De 2 kanten van de spanmoer zijn verschillend.
De spanmoer als volgt op de spindel schroeven:
Zie pagina 2, afbeelding B.
-
A) Bij dunne schuurschijven:
De band van de spanmoer (11) wijst naar boven,
zodat de dunne schuurschijf veilig kan worden
gespannen.
B) Bij dikke schuurschijven:
De band van de spanmoer
(11) wijst naar
beneden, zodat de spanmoer veilig op de spindel
kan worden aangebracht.
-
Spindel vastzetten. De spanmoer (11) met de
tweegaatssleutel (12) met de wijzers van de klok
mee vastzetten.
Spanmoer losmaken:
-
Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). De
spanmoer (11) met de tweegaatssleutel (12)
tegen de wijzers van de klok in afschroeven.
8.1
In-/uitschakelen
De machine altijd met beide handen geleiden!
Eerst inschakelen, dan het
inzetgereedschap
naar het werkstuk brengen.
Het opzuigen van extra stof en spanen door de
machine dient te worden voorkomen. Bij het
in- en uitschakelen moet erop worden gelet dat zich
geen neergeslagen stof in de buurt van de machine
bevindt. De machine na het uitschakelen pas
wegzetten wanneer de motor tot stilstand is
gekomen.
Voorkom onverhoeds aanlopen: De machine
altijd uitschakelen wanneer de stekker uit het
stopcontact wordt gehaald of wanneer zich een
stroomonderbreking heeft voorgedaan.
Bij langdurige inschakeling loopt de machine
verder wanneer deze uit de hand gerukt wordt.
Daarom de machine altijd met beide handen aan de
hiervoor bestemde handgrepen vasthouden, ervoor
zorgen dat u stevig staat en geconcentreerd
werken.
Machines mit schakelschuif:
Inschakelen:
schakelschuif (6) naar voren
schuiven. Voor een langdurige inschakeling
vervolgens naar beneden klappen tot hij inklikt.
Uitschakelen:
op het achterste uiteinde van de
schakelschuif (6) drukken en loslaten.
Machines met veiligheidsschakelaar (met
dodemansfunctie):
Momentinschakeling:
Inschakelen:
De blokkering (7) en vervolgens de
drukschakelaar (8) indrukken.
(7) De
blokkering loslaten.
Uitschakelen:
De drukschakelaar (8) loslaten.
Continu-inschakeling (afhankelijk van de
uitvoering):
Inschakelen:
De blokkering (7) indrukken en
ingedrukt houden. De drukschakelaar (8)
indrukken en ingedrukt houden. De machine
8.
Gebruik
0
I
6
7
8