Weslo Easy Compact 2 Treadmill Dutch Manual - Page 14
Hoe De Hellingstand Van De Loopband Te
View all Weslo Easy Compact 2 Treadmill manuals
Add to My Manuals
Save this manual to your list of manuals |
Page 14 highlights
4. Meet uw hartslag als u dat wilt. Ga op de voetleuningen staan en plaats uw linker duim op de polssensor wanneer u uw hartslag wilt meten (zie tekening op pagina 12). Druk niet te hard, of u zult de bloedsomloop in uw duim belemmeren en uw pols kan dan niet gemeten worden. Wanneer uw pols gemeten wordt zal een indicator in de vorm van een hart op de display rechtsonder beginnen te flikkeren bij iedere hartslag, en uw hartslag zal worden aangegeven. Houdt uw duim minstens 15 seconden lang op de polssensor voor de beste meting. Wanneer de aangegeven hartslag te hoog of te laag blijkt, of wanneer uw hartslag niet wordt aangegeven, haal dan uw duim een paar seconden van de polssensor af, en plaats dan uw duim weer op de polssensor. Vergeet niet stil te staan wanneer u uw hartslag meet. 5. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u klaar bent met uw oefening. HOE DE HELLINGSTAND VAN DE LOOPBAND TE VERANDEREN U kunt om afwisseling in uw oefening te brengen de hellingstand van de loopband veranderen. Er zijn twee hellingstanden. Haal eerst de sleutel uit de loopband en trek de stekker uit voordat u de helling van de loopband aanpast. Plaats vervolgens de loopband in de opberg stand (zie pagina 15). Draai, om de hellingstand te veranderen, de helllingsbenen naar boven of naar beneden totdat de benen het onderstel raken. Hellings been Onder stel Ga op de voetleuningen staan, druk op de Stop toets, haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Bewaar de sleutel op een veilige plaats. Wanneer u klaar bent met de loopband te gebruiken, plaats de stroomonderbreker in de "off" positie en neem het snoer uit het stopcontact. BELANGRIJK: Als u dit niet doet kunnen de elektrische onderdelen te snel slijten. Laat de loopband zakken nadat u de hellingsbenen hebt bijgesteld (zie pagina 16). HOE DE LOOPBAND TE STELLEN Zorg ervoor dat alle vier stelvoeten goed op de grond rusten (een kant wordt maar getoond). Draai wan- neer de loop- Stelvoet band wat wiebelt aan een van de stelvoeten tegen de klok in of met de klok mee totat de loopband niet meer wiebelt. 14