Weslo Easy Compact 2 Treadmill Dutch Manual - Page 18

Haal Het Snoer Uit Het Stopcontact

Page 18 highlights

Zoek de Bladveerschakelaar (88) en de Magneet (41) aan de linkerkant van de Katrol (43). Draai de Katrol zodanig dat de Magneet gelijk staat met de Bladveerschakelaar. Zorg ervoor dat de afstand tussen de Magneet en de Bladveerschakelaar ongeveer 3 mm is. Draai mocht dat nodig zijn de M4 x 8mm Schroef (30) los, verplaats de Bladveerschakelaar wat en draai de Schroef weer vast. Laat de loopband een paar minuten draaien om te controleren of de snelheid juist wordt afgelezen en bevestig de Motorkap (niet afgebeeld) weer. 3 mm 30 88 Zicht van Boven 43 41 PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt OPLOSSING: a. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter. b. Als de loopband te strak is functioneert de loopband minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en HET SNOER UIT HET STOPCONTACT. Draai beide bijstelbouten van de ruststandrol een kwartslag naar links met de inbussleutel. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek het snoer en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt. b 5-7 cm Bijstelbouten van de Ruststandrol c. Als de loopband nog steeds vertraagt als erop wordt gelopen, raadpleegt u de omslag van deze handleiding. PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt OPLOSSING: a. Wanneer de loopband naar links is verschoven, haal dan eerst de sleutel uit de loopband en TREK a HET SNOER UIT. Draai met gebruik van de hexagonale sleutel de linker bout van de spanrol een halve slag met de klok mee. Zorg ervoor dat u de band niet te strak aandraait. Wanneer de loop- band naar rechts is verschoven, draai dan de linker bout van de spanrol een halve slag tegen de klok in. Steek het snoer en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt. b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en HAAL HET SNOER UIT HET STOPCONTACT b wanneer de loopband slipt. Draai beide bijstel- bouten van de ruststandrol een kwartslag naar rechts met de inbussleutel. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt. 18

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24

18
Zoek de Bladveerschakelaar (88) en de Magneet (41)
aan de linkerkant van de Katrol (43). Draai de Katrol
zodanig dat de Magneet gelijk staat met de
Bladveerschakelaar.
Zorg ervoor dat de afstand
tussen de Magneet en de Bladveerschakelaar
ongeveer 3 mm is.
Draai mocht dat nodig zijn de M4
x 8mm Schroef (30) los, verplaats de
Bladveerschakelaar wat en draai de Schroef weer
vast. Laat de loopband een paar minuten draaien om
te controleren of de snelheid juist wordt afgelezen en
bevestig de Motorkap (niet afgebeeld) weer.
PROBLEEM:
De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loop-
band minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal
de sleutel uit het bedieningspaneel en
HET
SNOER UIT HET STOPCONTACT.
Draai beide bi-
jstelbouten van de ruststandrol een kwartslag naar
links met de inbussleutel. Wanneer de loopband
goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm
van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat
de band goed in het midden ligt. Steek het snoer
en de sleutel weer in en laat de loopband een paar
minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de
loopband goed ligt.
c. Als de loopband nog steeds vertraagt als erop wordt gelopen, raadpleegt u de omslag van
deze handleiding.
PROBLEEM:
De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a.
Wanneer de loopband naar links is verschoven
,
haal dan eerst de sleutel uit de loopband en
TREK
HET SNOER UIT.
Draai met gebruik van de
hexagonale sleutel de linker bout van de spanrol
een halve slag met de klok mee. Zorg ervoor dat u
de band niet te strak aandraait.
Wanneer de loop-
band naar rechts is verschoven,
draai dan de
linker bout van de spanrol een halve slag tegen de
klok in. Steek het snoer en de sleutel weer in en
laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en
HAAL HET SNOER UIT HET STOPCONTACT
wanneer de loopband slipt. Draai beide bijstel-
bouten van de ruststandrol een kwartslag naar
rechts met de inbussleutel. Wanneer de loopband
goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm
van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat
de band goed in het midden ligt. Steek de stekker
en de sleutel weer in en laat de loopband een paar
minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de
loopband goed ligt.
b
5-7 cm
Bijstelbouten
van de
Ruststandrol
a
b
41
30
88
Zicht van
Boven
3 mm
43