Lenovo J205 (Dutch) User guide - Page 36

Soort, Handeling

Page 36 highlights

Soort fout Het toetsenbord werkt niet. De computer reageert niet op het toetsenbord. Handeling Controleer of: v De computer is ingeschakeld. v Het beeldscherm aan staat en de knoppen voor helderheid en contrast goed zijn ingesteld. v De kabel van het toetsenbord stevig in de aansluiting van het toetsenbord op de computer zit. v Geen van de toetsen klemmen. Het USB-toetsenbord doet het niet. Mocht u het probleem niet zelf kunnen oplossen, laat de computer dan nazien. In de bij uw computer geleverde informatie over veiligheid en garantie vindt u een lijst van telefoonnummers voor service en ondersteuning. Controleer of: v De computer is ingeschakeld. v Het toetsenbord stevig in de USB-aansluiting aan de voor- of achterzijde van de computer zit. v Geen van de toetsen klemmen. De muis werkt niet. De computer reageert niet op de muis. Mocht u het probleem niet zelf kunnen oplossen, laat de computer dan nazien. In de bij uw computer geleverde informatie over veiligheid en garantie vindt u een lijst van telefoonnummers voor service en ondersteuning. Controleer of: v De computer is ingeschakeld. v De muiskabel stevig in de muisaansluiting op de computer zit. v De muis schoon is. Zie "De muis schoonmaken" op pagina 32 voor meer informatie. Het besturingssysteem start niet op. Mocht u het probleem niet zelf kunnen oplossen, laat de computer dan nazien. In de bij uw computer geleverde informatie over veiligheid en garantie vindt u een lijst van telefoonnummers voor service en ondersteuning. Controleer of: v Er geen diskette in het diskettestation zit. v In de opstartvolgorde het apparaat is opgenomen waarop het besturingssysteem is geïnstalleerd. Meestal is het besturingssysteem geïnstalleerd op de vaste schijf. Meer informatie vindt u in "Een opstartapparaat kiezen" op pagina 23. Mocht u het probleem niet zelf kunnen oplossen, laat de computer dan nazien. In de bij uw computer geleverde informatie over veiligheid en garantie vindt u een lijst van telefoonnummers voor service en ondersteuning. De computer geeft een aantal geluidssignalen voordat het besturingssysteem wordt gestart. Controleer of er geen toetsen klem zitten. Mocht u het probleem niet zelf kunnen oplossen, laat de computer dan nazien. In de bij uw computer geleverde informatie over veiligheid en garantie vindt u een lijst van telefoonnummers voor service en ondersteuning. Diagnoseprogramma's Diagnoseprogramma's worden gebruikt voor het testen van de hardwarecomponenten van de computer en voor het melden van door het besturingssysteem gecontroleerde instellingen die hardwarestoringen kunnen veroorzaken. Er zijn op uw computer twee programma's vooraf geïnstalleerd om u te helpen bij het opsporen van problemen: 28 Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70

Soort
fout
Handeling
Het
toetsenbord
werkt
niet.
De
computer
reageert
niet
op
het
toetsenbord.
Controleer
of:
v
De
computer
is
ingeschakeld.
v
Het
beeldscherm
aan
staat
en
de
knoppen
voor
helderheid
en
contrast
goed
zijn
ingesteld.
v
De
kabel
van
het
toetsenbord
stevig
in
de
aansluiting
van
het
toetsenbord
op
de
computer
zit.
v
Geen
van
de
toetsen
klemmen.
Mocht
u
het
probleem
niet
zelf
kunnen
oplossen,
laat
de
computer
dan
nazien.
In
de
bij
uw
computer
geleverde
informatie
over
veiligheid
en
garantie
vindt
u
een
lijst
van
telefoonnummers
voor
service
en
ondersteuning.
Het
USB-toetsenbord
doet
het
niet.
Controleer
of:
v
De
computer
is
ingeschakeld.
v
Het
toetsenbord
stevig
in
de
USB-aansluiting
aan
de
voor-
of
achterzijde
van
de
computer
zit.
v
Geen
van
de
toetsen
klemmen.
Mocht
u
het
probleem
niet
zelf
kunnen
oplossen,
laat
de
computer
dan
nazien.
In
de
bij
uw
computer
geleverde
informatie
over
veiligheid
en
garantie
vindt
u
een
lijst
van
telefoonnummers
voor
service
en
ondersteuning.
De
muis
werkt
niet.
De
compu-
ter
reageert
niet
op
de
muis.
Controleer
of:
v
De
computer
is
ingeschakeld.
v
De
muiskabel
stevig
in
de
muisaansluiting
op
de
computer
zit.
v
De
muis
schoon
is.
Zie
“De
muis
schoonmaken”
op
pagina
32
voor
meer
informatie.
Mocht
u
het
probleem
niet
zelf
kunnen
oplossen,
laat
de
computer
dan
nazien.
In
de
bij
uw
computer
geleverde
informatie
over
veiligheid
en
garantie
vindt
u
een
lijst
van
telefoonnummers
voor
service
en
ondersteuning.
Het
besturingssysteem
start
niet
op.
Controleer
of:
v
Er
geen
diskette
in
het
diskettestation
zit.
v
In
de
opstartvolgorde
het
apparaat
is
opgenomen
waarop
het
besturings-
systeem
is
geïnstalleerd.
Meestal
is
het
besturingssysteem
geïnstalleerd
op
de
vaste
schijf.
Meer
informatie
vindt
u
in
“Een
opstartapparaat
kiezen”
op
pagina
23.
Mocht
u
het
probleem
niet
zelf
kunnen
oplossen,
laat
de
computer
dan
nazien.
In
de
bij
uw
computer
geleverde
informatie
over
veiligheid
en
garantie
vindt
u
een
lijst
van
telefoonnummers
voor
service
en
ondersteuning.
De
computer
geeft
een
aantal
geluidssignalen
voordat
het
besturingssysteem
wordt
gestart.
Controleer
of
er
geen
toetsen
klem
zitten.
Mocht
u
het
probleem
niet
zelf
kunnen
oplossen,
laat
de
computer
dan
nazien.
In
de
bij
uw
computer
geleverde
informatie
over
veiligheid
en
garantie
vindt
u
een
lijst
van
telefoonnummers
voor
service
en
ondersteuning.
Diagnoseprogramma’s
Diagnoseprogramma’s
worden
gebruikt
voor
het
testen
van
de
hardware-
componenten
van
de
computer
en
voor
het
melden
van
door
het
besturings-
systeem
gecontroleerde
instellingen
die
hardwarestoringen
kunnen
veroorzaken.
Er
zijn
op
uw
computer
twee
programma’s
vooraf
geïnstalleerd
om
u
te
helpen
bij
het
opsporen
van
problemen:
28
Handboek
voor
de
gebruiker