ProForm 465 S Dutch Manual - Page 6

stevig, ervoor dat de draden of kabels niet bekneld, raken., Draai de Bouten nog niet te vast aan.,

Page 6 highlights

2. Maak terwijl de tweede persoon de achterkant van het Onderstel (1) wat optilt de Achterste Stabilisator (9) aan het Onderstel vast met twee M10 x 75mm Draagbouten (34) en twee M10 Nylon Klemmoeren (33). 3. Sluit de Bovenste Draad (44) aan op de Draad van de Snelheidssensor (53) terwijl de tweede persoon de Staander (2) bij het Onderstel (1) vasthoudt. Sluit vervolgens de Weerstandskabel (45) op de volgende wijze aan op de Onderste Weerstandskabel (65): • Bekijk tekening A. Trek het metalen verbindings- stuk omhoog en steek het uiteinde van de Weerstandskabel (45) in de kabelklip van de Onderste Weerstandskabel (65) zoals aangegeven. • Bekijk tekening B. Trek stevig aan de Weerstandskabel (45) en schuif die in het metalen verbindingsstuk van de Onderste Weerstandskabel (65) zoals aangegeven. • Bekijk tekening C. Knijp met behulp van de knijptang de tanden aan het bovenste uiteinde van het metalen tussenstuk dicht. Schuif de Staander (2) op het Onderstel (1). Zorg ervoor dat de draden of kabels niet bekneld raken. Maak de Staander vast met twee M10 x 74mm Bouten met Ronde Kopen (67), twee M10 Nylon Klemmoeren (33) en twee M10 Veerringen (59). Draai de Bouten nog niet te vast aan. 4. Sluit de Bovenste Draad (44) aan de Draad van het Bedieningspaneel (23). Maak vervolgens het Bedieningspaneel aan de Staander (2) vast met vier M4 x 12mm Schroeven (42). Druk de Weerstandsknop (63) op de Controlepin van de Weerstand (45). 2 33 1 3 2 33 9 34 Zorg ervoor dat de draden of kabels niet bekneld raken. 33 45 65 1 59 67 59 44 53 A B Verbindingsstuk 45 45 C 45 65 65 65 4 Draad van het Bedieningspaneel 42 44 63 23 45 42 2 6

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16

6
2.
Maak terwijl de tweede persoon de achterkant van
het Onderstel (1) wat optilt de Achterste Stabilisator
(9) aan het Onderstel vast met twee M10 x 75mm
Draagbouten (34) en twee M10 Nylon Klemmoeren
(33).
33
1
2
34
9
33
3.
Sluit de Bovenste Draad (44) aan op de Draad van
de Snelheidssensor (53) terwijl de tweede persoon
de Staander (2) bij het Onderstel (1) vasthoudt.
Sluit vervolgens de Weerstandskabel (45) op de vol-
gende wijze aan op de Onderste Weerstandskabel
(65):
• Bekijk tekening A. Trek het metalen verbindings-
stuk omhoog en steek het uiteinde van de
Weerstandskabel (45) in de kabelklip van de
Onderste Weerstandskabel (65) zoals aangegeven.
• Bekijk tekening B. Trek
stevig
aan de
Weerstandskabel (45) en schuif die in het metalen
verbindingsstuk van de Onderste Weerstandskabel
(65) zoals aangegeven.
• Bekijk tekening C. Knijp met behulp van de knijp-
tang de tanden aan het bovenste uiteinde van het
metalen tussenstuk dicht.
Schuif de Staander (2) op het Onderstel (1).
Zorg
ervoor dat de draden of kabels niet bekneld
raken.
Maak de Staander vast met twee M10 x
74mm Bouten met Ronde Kopen (67), twee M10
Nylon Klemmoeren (33) en twee M10 Veerringen
(59).
Draai de Bouten nog niet te vast aan.
65
65
45
Verbin-
dingsstuk
45
B
A
C
65
45
4
42
44
45
Draad van het
Bedienings-
paneel
42
63
23
2
4.
Sluit de Bovenste Draad (44) aan de Draad van het
Bedieningspaneel (23). Maak vervolgens het
Bedieningspaneel aan de Staander (2) vast met vier
M4 x 12mm Schroeven (42).
Druk de Weerstandsknop (63) op de Controlepin van
de Weerstand (45).
65
44
45
67
33
59
59
53
2
1
Zorg ervoor dat
de draden of
kabels niet
bekneld raken.
3