Belkin F1DB104P2-B User Manual - Page 85

Verklarende woordenlijst

Page 85 highlights

Verklarende woordenlijst De volgende definities worden in deze handleiding gebruikt: 1 AutoScan: Modus waarin de KVM-switch continu de ene poort na de andere scant, zoals door de gebruiker geconfigureerd. 2 Console: Verzamelwoord voor toetsenbord, monitor en muis die aangesloten zijn op een KVM-switch. 3 Consolepoort: Aansluitingen voor de console voor verbinding met de KVM- 4 switch. 5 Besturen: Als gesproken wordt over het schakelen tussen poorten, betekent besturen dat de console in staat is invoersignalen naar de computer te zenden. Besturing is mogelijk als de console zich richt op een specifieke poort en deze herkent. 6 KVM:Deze term, letterlijk "Keyboard Video Mouse" (Toetsenbord, Monitor, 7 Muis), verwijst naar een technologie die het mogelijk maakt twee of meer computers (of servers) met één toetsenbord, monitor en muis te besturen. Sommige switches die KVM-technologie gebruiken, maken ook het delen van 8 andere randapparatuur als luidsprekers, microfoons en printers mogelijk. KVM-switch: Apparaat waarmee een gebruiker met behulp van één console meerdere computers kan besturen. Het heeft minstens één consolepoort en meerdere computerpoorten. Poort: Interface-aansluiting op een computer waarop de gebruiker een apparaat of een verbindingskabel kan aansluiten. Hoofdstuk NL-17

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133

1
2
3
4
5
6
7
8
Hoofdstuk
NL-17
Verklarende woordenlijst
De volgende definities worden in deze handleiding gebruikt:
AutoScan:
Modus waarin de KVM-switch continu de ene poort na de andere
scant, zoals door de gebruiker geconfigureerd.
Console:
Verzamelwoord voor toetsenbord, monitor en muis die aangesloten
zijn op een KVM-switch.
Consolepoort:
Aansluitingen voor de console voor verbinding met de KVM-
switch.
Besturen:
Als gesproken wordt over het schakelen tussen poorten, betekent
besturen dat de console in staat is invoersignalen naar de computer te
zenden. Besturing is mogelijk als de console zich richt op een specifieke
poort en deze herkent.
KVM:
Deze term, letterlijk “Keyboard Video Mouse” (Toetsenbord, Monitor,
Muis), verwijst naar een technologie die het mogelijk maakt twee of meer
computers (of servers) met één toetsenbord, monitor en muis te besturen.
Sommige switches die KVM-technologie gebruiken, maken ook het delen van
andere randapparatuur als luidsprekers, microfoons en printers mogelijk.
KVM-switch:
Apparaat waarmee een gebruiker met behulp van één console
meerdere computers kan besturen. Het heeft minstens één consolepoort en
meerdere computerpoorten.
Poort:
Interface-aansluiting op een computer waarop de gebruiker een
apparaat of een verbindingskabel kan aansluiten.