Lenovo ThinkCentre M90p (Dutch) User guide - Page 47

Hoofdstuk 4. Werken met het programma Setup Utility, Het programma Setup Utility starten

Page 47 highlights

Hoofdstuk 4. Werken met het programma Setup Utility U kunt het programma Setup Utility gebruiken om de configuratie van de computer te bekijken en te wijzigen, ongeacht het besturingssysteem dat u gebruikt. De instellingen die u in uw besturingssysteem kiest, kunnen eventuele vergelijkbare instellingen in het programma Setup Utility echter overschrijven. Het programma Setup Utility starten Om het programma Setup Utility te starten, doet u het volgende: 1. Controleer of de computer uit staat. 2. Druk herhaaldelijk op de toets F1 wanneer u de computer aanzet. Als u meerdere geluidssignalen hoort of het logo-scherm ziet, laat u de toets F1 los. Opmerking: Als er een systeemwachtwoord of een beheerderswachtwoord is ingesteld, wordt het menu van het programma Setup Utility pas afgebeeld nadat u het wachtwoord hebt getypt. Meer informatie vindt u in "Wachtwoorden gebruiken" op pagina 39. Het programma Setup Utility kan automatisch worden gestart als er bij de POST (zelftest) wordt ontdekt dat er hardware is geïnstalleerd of verwijderd. Instellingen bekijken en wijzigen Het menu van het programma Setup Utility bestaat uit een lijst met systeemconfiguratie-opties. Om de instellingen te bekijken of te wijzigen, moet u het programma Setup Utility starten. Zie "Het programma Setup Utility starten" op pagina 39. Volg de instructies op het scherm. Voor het programma Setup Utility moet u het toetsenbord gebruiken. Welke toetsen worden gebruikt om de verschillende taken uit te voeren, wordt onder aan elk scherm afgebeeld. Wachtwoorden gebruiken Met het programma Setup Utility kunt u wachtwoorden instellen om onbevoegde toegang tot uw computer en gegevens te voorkomen. De volgende soorten wachtwoorden zijn beschikbaar: • Systeemwachtwoord (Power-On Password) • Beheerderswachtwoord (Administrator Password) • Vasteschijfwachtwoord (Hard Disk Password) Om de computer te kunnen gebruiken is het niet noodzakelijk dat u een wachtwoord instelt. Het gebruik van wachtwoorden vergroot echter de veiligheid van computergebruik. Lees de volgende paragrafen als u besluit een wachtwoord in te stellen. Overwegingen ten aanzien van wachtwoorden U kunt elke combinatie van maximaal 64 alfabetische en numerieke tekens gebruiken. Omwille van de veiligheid verdient het aanbeveling om een sterk wachtwoord te gebruiken, dat niet eenvoudig kan worden geraden. U stelt als volgt een sterk wachtwoord in: • Ze zijn minstens acht tekens lang • Ze bevatten minimaal één letter en één cijfer • Wachtwoorden voor het programma Setup Utility en vasteschijfwachtwoorden zijn niet hoofdlettergevoelig. © Copyright Lenovo 2010 39

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70

Hoofdstuk 4.
Werken met het programma Setup Utility
U kunt het programma Setup Utility gebruiken om de configuratie van de computer te bekijken en te wijzigen,
ongeacht het besturingssysteem dat u gebruikt. De instellingen die u in uw besturingssysteem kiest, kunnen
eventuele vergelijkbare instellingen in het programma Setup Utility echter overschrijven.
Het programma Setup Utility starten
Om het programma Setup Utility te starten, doet u het volgende:
1.
Controleer of de computer uit staat.
2.
Druk herhaaldelijk op de toets F1 wanneer u de computer aanzet. Als u meerdere geluidssignalen hoort
of het logo-scherm ziet, laat u de toets F1 los.
Opmerking:
Als er een systeemwachtwoord of een beheerderswachtwoord is ingesteld, wordt het menu
van het programma Setup Utility pas afgebeeld nadat u het wachtwoord hebt getypt. Meer informatie
vindt u in “Wachtwoorden gebruiken” op pagina 39.
Het programma Setup Utility kan automatisch worden gestart als er bij de POST (zelftest) wordt ontdekt dat
er hardware is geïnstalleerd of verwijderd.
Instellingen bekijken en wijzigen
Het menu van het programma Setup Utility bestaat uit een lijst met systeemconfiguratie-opties. Om de
instellingen te bekijken of te wijzigen, moet u het programma Setup Utility starten. Zie “Het programma
Setup Utility starten” op pagina 39. Volg de instructies op het scherm.
Voor het programma Setup Utility moet u het toetsenbord gebruiken. Welke toetsen worden gebruikt om de
verschillende taken uit te voeren, wordt onder aan elk scherm afgebeeld.
Wachtwoorden gebruiken
Met het programma Setup Utility kunt u wachtwoorden instellen om onbevoegde toegang tot uw computer
en gegevens te voorkomen. De volgende soorten wachtwoorden zijn beschikbaar:
Systeemwachtwoord (Power-On Password)
Beheerderswachtwoord (Administrator Password)
Vasteschijfwachtwoord (Hard Disk Password)
Om de computer te kunnen gebruiken is het niet noodzakelijk dat u een wachtwoord instelt. Het gebruik
van wachtwoorden vergroot echter de veiligheid van computergebruik. Lees de volgende paragrafen als
u besluit een wachtwoord in te stellen.
Overwegingen ten aanzien van wachtwoorden
U kunt elke combinatie van maximaal 64 alfabetische en numerieke tekens gebruiken. Omwille van de
veiligheid verdient het aanbeveling om een sterk wachtwoord te gebruiken, dat niet eenvoudig kan worden
geraden. U stelt als volgt een sterk wachtwoord in:
Ze zijn minstens acht tekens lang
Ze bevatten minimaal één letter en één cijfer
Wachtwoorden voor het programma Setup Utility en vasteschijfwachtwoorden zijn niet hoofdlettergevoelig.
39
© Copyright Lenovo 2010