Lenovo ThinkCentre M91 (Dutch) User guide - Page 118

Geluid wordt door slechts één luidspreker voortgebracht

Page 118 highlights

• Als u gebruik maakt van luidsprekers met eigen voeding, controleer dan of er een aan/uit-knop is en of de knop in de stand Aan staat; controleer ook of het netsnoer van de luidspreker is aangesloten op een correct werkend stopcontact. • Als de externe luidsprekers een volumeregeling hebben, controleer dan of het volume niet te laag is ingesteld. • Dubbelklik op het volumepictogram in het berichtengebied van Windows. Een venster met volumeregelaars wordt geopend. Zorg dat de aankruisvakjes voor Dempen niet zijn geselecteerd en dat de volumeregelaars niet te laag zijn ingesteld. • Sommige modellen hebben aan de voorzijde een audiopaneel waarmee u het volume kunt aanpassen. Als uw computer een dergelijk audiopaneel heeft, controleert u of het volume niet te laag is ingesteld. • Controleer of de externe luidsprekers (of de hoofdtelefoon) zijn aangesloten op de audio-aansluiting van de computer. Vaak zijn luidsprekerkabels voorzien van een kleur die hetzelfde is als de kleur van de aansluiting. Opmerking: wanneer u kabels voor externe luidsprekers of koptelefoons aansluit op de audiopoort, wordt de eventueel aanwezige interne luidspreker daardoor uitgeschakeld. In de meeste gevallen wordt door het installeren van een geluidskaart, in een van de uitbreidingssleuven, de op de systeemplaat ingebouwde audiofunctie uitgeschakeld; u dient dan gebruik te maken van de aansluitingen van de geluidskaart. • Controleer of het programma dat u gebruikt, is bedoeld voor gebruik onder het besturingssysteem Microsoft Windows. Als het een DOS-programma betreft, worden er geen Windows-audiovoorzieningen gebruikt en moet het programma worden geconfigureerd voor gebruik van SoundBlaster Pro of SoundBlaster-emulatie. • Controleer of de audiostuurprogramma's correct zijn geïnstalleerd. Raadpleeg voor meer informatie het Help-systeem van Microsoft Windows. Als het probleem door deze handelingen niet wordt opgelost, voert u de diagnoseprogramma's uit (zie "Diagnoseprogramma's" op pagina 119 voor instructies). Als u technische assistentie nodig hebt, ga dan naar Hoofdstuk 11 "Informatie, hulp en service" op pagina 123. Een audio-cd of AutoPlay-cd wordt niet automatisch gestart wanneer deze in het station wordt geplaatst. Een audio-CD of AutoPlay-CD wordt niet automatisch gestart als de CD in het station wordt geplaatst. Handeling: zie "CD-problemen" op pagina 105. Geluid wordt door slechts één luidspreker voortgebracht Symptoom: slechts één externe luidspreker geeft geluid. Handelingen: • Zorg dat de luidsprekerkabel correct en stevig is aangesloten in de poort van de computer. • Controleer of de kabel die de luidsprekers met elkaar verbindt, goed is bevestigd. • Dubbelklik op het volumepictogram in het berichtengebied van Windows. Een venster met volumeregelaars wordt geopend. Controleer of de balans goed is ingesteld. Als het probleem door deze handelingen niet is opgelost, is de luidspreker misschien defect. Laat de luidspreker nazien. Als u technische assistentie nodig hebt, ga dan naar Hoofdstuk 11 "Informatie, hulp en service" op pagina 123. Geen geluid in DOS-toepassingen of spelletjes Symptoom: geen geluidsweergave voor DOS-toepassingen of spelletjes 104 ThinkCentre Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156

Als u gebruik maakt van luidsprekers met eigen voeding, controleer dan of er een aan/uit-knop is en of de
knop in de stand
Aan
staat; controleer ook of het netsnoer van de luidspreker is aangesloten op een
correct werkend stopcontact.
Als de externe luidsprekers een volumeregeling hebben, controleer dan of het volume niet te laag is
ingesteld.
Dubbelklik op het volumepictogram in het berichtengebied van Windows. Een venster met
volumeregelaars wordt geopend. Zorg dat de aankruisvakjes voor
Dempen
niet zijn geselecteerd en
dat de volumeregelaars niet te laag zijn ingesteld.
Sommige modellen hebben aan de voorzijde een audiopaneel waarmee u het volume kunt aanpassen.
Als uw computer een dergelijk audiopaneel heeft, controleert u of het volume niet te laag is ingesteld.
Controleer of de externe luidsprekers (of de hoofdtelefoon) zijn aangesloten op de audio-aansluiting van
de computer. Vaak zijn luidsprekerkabels voorzien van een kleur die hetzelfde is als de kleur van de
aansluiting.
Opmerking:
wanneer u kabels voor externe luidsprekers of koptelefoons aansluit op de audiopoort, wordt
de eventueel aanwezige interne luidspreker daardoor uitgeschakeld. In de meeste gevallen wordt door het
installeren van een geluidskaart, in een van de uitbreidingssleuven, de op de systeemplaat ingebouwde
audiofunctie uitgeschakeld; u dient dan gebruik te maken van de aansluitingen van de geluidskaart.
Controleer of het programma dat u gebruikt, is bedoeld voor gebruik onder het besturingssysteem
Microsoft Windows. Als het een DOS-programma betreft, worden er geen Windows-audiovoorzieningen
gebruikt en moet het programma worden geconfigureerd voor gebruik van SoundBlaster Pro of
SoundBlaster-emulatie.
Controleer of de audiostuurprogramma's correct zijn geïnstalleerd. Raadpleeg voor meer informatie het
Help-systeem van Microsoft Windows.
Als het probleem door deze handelingen niet wordt opgelost, voert u de diagnoseprogramma's uit (zie
“Diagnoseprogramma's” op pagina 119 voor instructies). Als u technische assistentie nodig hebt, ga dan
naar Hoofdstuk 11 “Informatie, hulp en service” op pagina 123.
Een audio-cd of AutoPlay-cd wordt niet automatisch gestart wanneer deze in het
station wordt geplaatst.
Een audio-CD of AutoPlay-CD wordt niet automatisch gestart als de CD in het station wordt geplaatst.
Handeling: zie “CD-problemen” op pagina 105.
Geluid wordt door slechts één luidspreker voortgebracht
Symptoom: slechts één externe luidspreker geeft geluid.
Handelingen:
Zorg dat de luidsprekerkabel correct en stevig is aangesloten in de poort van de computer.
Controleer of de kabel die de luidsprekers met elkaar verbindt, goed is bevestigd.
Dubbelklik op het volumepictogram in het berichtengebied van Windows. Een venster met
volumeregelaars wordt geopend. Controleer of de balans goed is ingesteld.
Als het probleem door deze handelingen niet is opgelost, is de luidspreker misschien defect. Laat de
luidspreker nazien. Als u technische assistentie nodig hebt, ga dan naar Hoofdstuk 11 “Informatie, hulp en
service” op pagina 123.
Geen geluid in DOS-toepassingen of spelletjes
Symptoom: geen geluidsweergave voor DOS-toepassingen of spelletjes
104
ThinkCentre Handboek voor de gebruiker