Lenovo ThinkStation D30 (Dutch) User Guide - Page 89

Druk op Enter, Reset Disks to Non-RAID

Page 89 highlights

3. De volgende vijf opties worden weergegeven. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag een optie. Als u een optie hebt geconfigureerd, druk dan op Tab of Enter om naar de volgende optie te gaan. a. Name: volumenaam. U kunt de standaardnaam gebruiken of een zelf gekozen naam typen. b. RAID Level: u kunt het RAID-niveau naar een van de volgende niveaus wijzigen: • RAID Level 0 • RAID Level 1 • RAID Level 10 • RAID Level 5 c. Disks: druk op Enter om naar het venster SELECT DISKS MENU te gaan. Volg de instructies onderaan het menu om vaste-schijfstations te selecteren en druk op Enter om de configuratie te voltooien. d. Strip Size: selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag een stripgrootte. e. Capacity: pas de capaciteit van het RAID-volume aan. Het standaard RAID-volume is de grootste waarde. 4. Druk op enter om de configuratie van alle vijf opties te voltooien. Als erom wordt gevraagd, drukt u op Y om het maken van het nieuwe RAID-volume te bevestigen. 5. Nadat het nieuwe RAID-volume is gemaakt, wordt de informatie over het RAID-volume weergegeven onder DISK/VOLUME INFORMATION, zoals het id-nummer, de naam, het RAID-niveau, de stripgrootte, de volumegrootte, de status en of het een opstartbaar volume is. RAID-volumes verwijderen met het configuratieprogramma Intel RSTe In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het configuratieprogramma Intel RSTe kunt gebruiken voor het verwijderen van RAID-volumes. U verwijdert een RAID-volume als volgt: 1. Ga naar het configuratieprogramma Intel RSTe. Zie "Het configuratieprogramma Intel RSTe openen" op pagina 76. 2. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag Delete RAID Volume. Druk op Enter om het venster DELETE VOLUME MENU te openen. 3. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag het RAID-volume dat u niet nodig hebt. Druk op Del om het geselecteerde volume van de lijst RAID Volumes te verwijderen. 4. Als erom wordt gevraagd, drukt u op Y om het wissen van het geselecteerde RAID-volume te bevestigen. Vaste-schijfstations resetten naar niet-RAID In dit gedeelte vindt u instructies voor het resetten van vaste-schijfstations naar niet-RAID. U reset uw vaste-schijfstations als volgt naar niet-RAID: 1. Ga naar het configuratieprogramma Intel RSTe. Zie "Het configuratieprogramma Intel RSTe openen" op pagina 76. 2. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag Reset Disks to Non-RAID. Druk op Enter om het venster RESET RAID DATA te openen. 3. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag en de spatiebalk het vaste-schijfstation dat u wilt resetten en druk op Enter om de selectie te voltooien. 4. Als erom wordt gevraagd, drukt u op Y om de nieuwe instelling te bevestigen. 5. Indien het vaste-schijfstation dat u wilt resetten deel uitmaakt van een RAID-volume, detecteert de computer mogelijk dat het RAID-volume is gedregradeerd. In dat geval wordt u gevraagd om een vaste-schijfstation te selecteren om een herstelproces te starten. 6. Selecteer een beschikbaar vaste-schijfstation en druk op Enter om het herstelproces te starten. Hoofdstuk 8. RAID configureren 77

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142

3. De volgende vijf opties worden weergegeven. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en
pijl-omlaag een optie. Als u een optie hebt geconfigureerd, druk dan op Tab of Enter om naar de
volgende optie te gaan.
a.
Name
: volumenaam. U kunt de standaardnaam gebruiken of een zelf gekozen naam typen.
b.
RAID Level
: u kunt het RAID-niveau naar een van de volgende niveaus wijzigen:
RAID Level 0
RAID Level 1
RAID Level 10
RAID Level 5
c.
Disks
: druk op Enter om naar het venster SELECT DISKS MENU te gaan. Volg de instructies
onderaan het menu om vaste-schijfstations te selecteren en druk op Enter om de configuratie te
voltooien.
d.
Strip Size
: selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag een stripgrootte.
e.
Capacity
: pas de capaciteit van het RAID-volume aan. Het standaard RAID-volume is de grootste
waarde.
4. Druk op enter om de configuratie van alle vijf opties te voltooien. Als erom wordt gevraagd, drukt u
op Y om het maken van het nieuwe RAID-volume te bevestigen.
5. Nadat het nieuwe RAID-volume is gemaakt, wordt de informatie over het RAID-volume weergegeven
onder
DISK/VOLUME INFORMATION
, zoals het id-nummer, de naam, het RAID-niveau, de stripgrootte,
de volumegrootte, de status en of het een opstartbaar volume is.
RAID-volumes verwijderen met het configuratieprogramma Intel RSTe
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het configuratieprogramma Intel RSTe kunt gebruiken voor het
verwijderen van RAID-volumes.
U verwijdert een RAID-volume als volgt:
1. Ga naar het configuratieprogramma Intel RSTe. Zie “Het configuratieprogramma Intel RSTe openen” op
pagina 76.
2. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag
Delete RAID Volume
. Druk op Enter om
het venster DELETE VOLUME MENU te openen.
3. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag het RAID-volume dat u niet nodig hebt. Druk
op Del om het geselecteerde volume van de lijst
RAID Volumes
te verwijderen.
4. Als erom wordt gevraagd, drukt u op Y om het wissen van het geselecteerde RAID-volume te bevestigen.
Vaste-schijfstations resetten naar niet-RAID
In dit gedeelte vindt u instructies voor het resetten van vaste-schijfstations naar niet-RAID.
U reset uw vaste-schijfstations als volgt naar niet-RAID:
1. Ga naar het configuratieprogramma Intel RSTe. Zie “Het configuratieprogramma Intel RSTe openen” op
pagina 76.
2. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag
Reset Disks to Non-RAID
. Druk op Enter
om het venster RESET RAID DATA te openen.
3. Selecteer met de cursortoetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag en de spatiebalk het vaste-schijfstation dat u
wilt resetten en druk op Enter om de selectie te voltooien.
4. Als erom wordt gevraagd, drukt u op Y om de nieuwe instelling te bevestigen.
5. Indien het vaste-schijfstation dat u wilt resetten deel uitmaakt van een RAID-volume, detecteert de
computer mogelijk dat het RAID-volume is gedregradeerd. In dat geval wordt u gevraagd om een
vaste-schijfstation te selecteren om een herstelproces te starten.
6. Selecteer een beschikbaar vaste-schijfstation en druk op Enter om het herstelproces te starten.
Hoofdstuk 8
.
RAID configureren
77