ProForm Quick Start 7.0 Treadmill Dutch Manual - Page 8

Als De Verbindingsstukken Niet Goed

Page 8 highlights

3. Zorg dat de handleuningmodule rust op de Staanders (86). Indien nodig, druk u voorzichtig 3 op de handleuningmodule in de locaties die zijn aangegeven. 4 Bevestig de handleuningmodule op de Staanders (86) met twee 3/8" x 1 1/4" Hechtbouten (2) en twee 3/8" Sterringen (4). 2 Begin beide Hechtsbouten voordat u ze echt vast draait. 86 handleuningmodule 4 2 4. Laat een tweede persoon het Bedieningspaneel (103) naast de handleuningmodule houden. 4 Verbind de Draad van de Staander (87) met de draad van de handleuningmodule (A). Raadpleeg de inzet-tekening. De connectors moeten gemakkelijk naast elkaar schuiven en op hun A plaats klikken. Als dit niet gebeurt, draai dan een van de aansluitingen en probeer het opnieuw. ALS DE VERBINDINGSSTUKKEN NIET GOED ZIJN VERBONDEN, KAN HET BEDIENINGSPA- NEEL BESCHADIGD RAKEN ALS DE STROOM WORDT AANGEZET. Zorg dat de 87 Draad van de Staander en de draad van de han- dleuningmodule verbindingsstukken met dezelfde grootte hebben. A Verbind de andere handleuningdraad (B) met de draad van het bedieningspaneel (C). Plaats de 87 connectoren en de overmatige bedrading in de handleuningmodule. 103 C B handleuningmodule 8

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28

8
3.
Zorg dat de handleuningmodule rust op de
Staanders (86). Indien nodig, druk u voorzichtig
op de handleuningmodule in de locaties die zijn
aangegeven.
Bevestig de handleuningmodule op de
Staanders (86) met twee 3/8" x 1 1/4"
Hechtbouten (2) en twee 3/8" Sterringen (4).
Begin beide Hechtsbouten voordat u ze echt
vast draait.
2
3
2
4.
Laat een tweede persoon het Bedieningspaneel
(103) naast de handleuningmodule houden.
Verbind de Draad van de Staander (87) met de
draad van de handleuningmodule (A).
Raadpleeg
de inzet-tekening. De connectors moeten
gemakkelijk naast elkaar schuiven en op hun
plaats klikken.
Als dit niet gebeurt, draai dan een
van de aansluitingen en probeer het opnieuw.
ALS DE VERBINDINGSSTUKKEN NIET GOED
ZIJN VERBONDEN, KAN HET BEDIENINGSPA-
NEEL BESCHADIGD RAKEN ALS DE
STROOM WORDT AANGEZET.
Zorg dat de
Draad van de Staander en de draad van de han-
dleuningmodule verbindingsstukken met dezelfde
grootte hebben.
Verbind de andere handleuningdraad (B) met de
draad van het bedieningspaneel (C). Plaats de
connectoren en de overmatige bedrading in de
handleuningmodule.
4
86
handleuning-
module
4
4
handleuning-
module
A
C
B
87
103
87
A