Kenwood TK-3360 Operation Manual 2 - Page 159

Activiteitreset, Autodial, Batterij-indicator, Oproep 1/ Oproep 2

Page 159 highlights

■ Activiteitreset Terwijl de Activiteit detector actief is, druk op deze knop om de afteltimer van de Activiteit detector te resetten. Op die manier kunt u in een hellende of onbeweeglijke stand blijven, enz., zonder dat de noodmodus nodeloos wordt geactiveerd. ■ Autodial Druk op deze knop om het DTMF-nummer op te roepen dat op het geselecteerde kanaal werd geprogrammeerd. Uw dealer kan verschillende DTMF-nummers programmeren op verschillende kanalen. ■ Batterij-indicator Druk op deze knop voor een aankondiging van de huidige energietoestand van de batterij. Batterijtoestand 4 (groene LED) betekent een volle batterij, toestand 3 (oranje LED) is voldoende, toestand 2 (rode LED) is laag en toestand 1 (rood knipperende LED) is zeer laag. ■ Oproep 1/ Oproep 2 Druk op deze toetsen om de 5-tooncodes te verzenden die eraan toegewezen zijn. ■ Nood Houd deze toets ingedrukt om over te gaan naar de noodmodus. Als de zendontvanger overgaat op de noodmodus, schakelt de zendontvanger naar het noodkanaal en begint uit te zenden op basis van de instellingen van uw dealer. Opmerking: Deze functie kan alleen op de Programmeerbare toets worden geprogrammeerd. N-9

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190
  • 191
  • 192
  • 193
  • 194
  • 195
  • 196
  • 197
  • 198
  • 199
  • 200
  • 201
  • 202
  • 203
  • 204
  • 205
  • 206
  • 207
  • 208
  • 209
  • 210
  • 211
  • 212
  • 213
  • 214
  • 215
  • 216
  • 217
  • 218
  • 219
  • 220
  • 221
  • 222
  • 223
  • 224
  • 225
  • 226
  • 227
  • 228

N-9
Activiteitreset
Terwijl de Activiteit detector actief is, druk op deze knop om de
afteltimer van de Activiteit detector te resetten.
Op die manier kunt
u in een hellende of onbeweeglijke stand blijven, enz., zonder dat
de noodmodus nodeloos wordt geactiveerd.
Autodial
Druk op deze knop om het DTMF-nummer op te roepen dat op
het geselecteerde kanaal werd geprogrammeerd.
Uw dealer kan
verschillende DTMF-nummers programmeren op verschillende
kanalen.
Batterij-indicator
Druk op deze knop voor een aankondiging van de huidige
energietoestand van de batterij.
Batterijtoestand 4 (groene LED)
betekent een volle batterij, toestand 3 (oranje LED) is voldoende,
toestand 2 (rode LED) is laag en toestand 1 (rood knipperende
LED) is zeer laag.
Oproep 1/ Oproep 2
Druk op deze toetsen om de 5-tooncodes te verzenden die eraan
toegewezen zijn.
Nood
Houd deze toets ingedrukt om over te gaan naar de noodmodus.
Als de zendontvanger overgaat op de noodmodus, schakelt de
zendontvanger naar het noodkanaal en begint uit te zenden op
basis van de instellingen van uw dealer.
Opmerking:
Deze functie kan alleen op de Programmeerbare toets
worden geprogrammeerd.