Weider Easy Compact 90 Dutch Manual - Page 16
ontspanningsfase. Adem goed in. Adem uit tijdens de
View all Weider Easy Compact 90 manuals
Add to My Manuals
Save this manual to your list of manuals |
Page 16 highlights
De "repetities" in iedere set moeten vloeiend en zonder stoppen worden uitgevoerd. De inspanningsfase van iedere repetitie moet half zo lang duren als de ontspanningsfase. Adem goed in. Adem uit tijdens de inspanningsfase en adem in tijdens de ontspanningsfase. Houdt nooit uw adem in. Eventjes rusten na iedere set. De ideale rust perioden zijn: • 3 minuten rust na iedere set als u een oefening uit- voert om uw spieren te ontwikkelen. • 1 minuut rust na ieder set als u oefent uw spieren te spannen. • 30 seconden rust na iedere set als u een afslankoe- fening uitvoert. Wen gedurende de eerste paar weken aan het apparaat en leer de juiste oefenhouding aan. AFKOELEN Eindig iedere workout met 5 tot 10 minuten met strekoefeningen. Zorg ervoor dat u uw benen en armen goed strekt. Beweeg langzaam wanneer u strekt- zorg ervoor dat u niet stuit. Met iedere strek oefening probeer zo soepel mogelijk te bewegen en sterk zover u kunt zonder dat u pijn veroorzaakt. Het streken is zeer effectief om uw flexibiliteit te behouden. MOTIVATIE Om u te motiveren, houdt uw prestatie bij door uw oefeningen op te schrijven. Schrijf de datum op, welke oefening u hebt uitgevoerd, de gekozen weerstand, en het aantal voltooide herhalingen en sets. Schrijf ook uw gewicht en andere metingen aan het eind van iedere maand op. A B C D E F G H I J K L M N TEKENING MET SPIEREN O A. Halsspier (nek) P B. Grote borstspier (borst) C. Tweehoofdige armspier (voorkant van Q arm) D. Schuine spieren (middel) R E. Spaakbeenspieren (voorarm) S F. Heup buigspieren(bovendij) G. Spier die afvoert (buitendij) T H. Dijbeenspieren (voorkant van dij) I. Kleermakersspier (voorkant van dij) U J. Voorste scheenbeenspier (voorkant van kuit) K. Korte kuitbeenspier (voorkant vank kuit) L. Voorste deltaspier (schouder) V M. Rechte buikspier (maag) N. Spier die aanvoert (binnen dij) W O. Monnikskapspier (boven rug) X P. Ruitvormige rugspier (boven rug) Q. Achterste deltaspier (schouder) R. Driehoofdige armspier (achterkant van arm) S. Brede rugspier (middel van rug) T. Lage rugspier (lage rug) U. Middelste bilspier (heup) V. Grootste bilspier (billen) W. Hamstring (spier achter de knie) X. Korte kuitbeenspier (achterkant van kuit) 16