Kenwood CMOS-220 Operation Manual - Page 46

Installatie

Page 46 highlights

Installatie OPGELET • De inbouwpositie van de camera kan een belemmering vormen voor de afstellingen tijdens het instellen van de camera. Bouw de camera nog niet definitief in, maar bevestig deze tijdelijk, tot het instellen van de camera voltooid is. Aanbevolen inbouwpositie Voorbeelden van een correcte camera-installatie aan de achterkant van het voertuig Inbouwpositie De camera inbouwen/de camerahoek afstellen 1 Bepaal de inbouwpositie van de camera. 2 Maak de inbouwpositie van de camera schoon. Met behulp van een in de handel verkrijgbaar reinigingsmiddel verwijdert u vuil, vocht en olie van het oppervlak waarop de camerabeugel moet worden bevestigd. 3 Draai de bevestigingsschroeven van de camerabeugel los. Met behulp van een normale kruiskopschroevendraaier draait u de twee bevestigingsschroeven los. Monteer de camera dusdanig, dat het "KENWOOD"-logo aan de bovenkant zichtbaar is. De CMOS-320 moet worden geïnstalleerd op een hoogte van 50 cm of meer. Voorbeelden van een correcte camera-installatie aan de voorkant van het voertuig (uitsluitend CMOS-320) Inbouwpositie (standaard) Voer stappen 4 en 5 alleen uit wanneer ze nodig zijn. 4 Indien noodzakelijk, maakt u de camerabeugel los van de camera en past u de vorm aan het oppervlak aan waarop de beugel moet worden gemonteerd. Buigen Camerabeugel Buigen Pas de vorm van de camerabeugel aan, zodat hij afgesteld is op de inbouwpositie van de camera. 5 Monteer de camera op de camerabeugel. Monteer de camera dusdanig, dat het "KENWOOD"-logo aan de bovenkant zichtbaar is. 6 Zet de camera tijdelijk vast met tape o.i.d. Zet de camera tijdelijk vast met plakband o.i.d. Inbouwpositie (onder) Monteer de camera dusdanig, dat het "KENWOOD"-logo aan de bovenkant zichtbaar is. 12345 De CMOS-320 moet worden geïnstalleerd op een hoogte van 30 tot 80 cm of meer. 46 | CMOS-320/CMOS-220 Installeer de camera in het midden van het voertuig en zonder de kentekenplaat te bedekken. En installeer hem ook recht in de rijrichting vooruit/achteruit van het voertuig. Voorkom dat de camera in de andere richtingen van de auto enz. wordt gebogen.

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60

46
|
CMOS-320/CMOS-220
OPGELET
• De inbouwpositie van de camera kan een belemmering
vormen voor de afstellingen tijdens het instellen van de
camera. Bouw de camera nog niet definitief in, maar
bevestig deze tijdelijk, tot het instellen van de camera
voltooid is.
Aanbevolen inbouwpositie
Voorbeelden van een correcte camera-installatie
aan de achterkant van het voertuig
Inbouwpositie
De CMOS-320 moet worden geïnstalleerd op een hoogte
van 50 cm of meer.
Monteer de camera dusdanig,
dat het "KENWOOD”-logo aan de
bovenkant zichtbaar is.
Voorbeelden van een correcte camera-installatie
aan de voorkant van het voertuig (uitsluitend
CMOS-320)
De CMOS-320 moet worden geïnstalleerd op een hoogte van 30
tot 80 cm of meer.
Monteer de camera dusdanig,
dat het "KENWOOD”-logo aan de
bovenkant zichtbaar is.
Inbouwpositie (standaard)
Inbouwpositie (onder)
De camera inbouwen/de camerahoek
afstellen
1
Bepaal de inbouwpositie van de camera.
2
Maak de inbouwpositie van de camera schoon.
Met behulp van een in de handel verkrijgbaar
reinigingsmiddel verwijdert u vuil, vocht en olie van het
oppervlak waarop de camerabeugel moet worden bevestigd.
3
Draai de bevestigingsschroeven van de
camerabeugel los.
Met behulp van een normale
kruiskopschroevendraaier
draait u de twee
bevestigingsschroeven los.
Voer stappen 4 en 5 alleen uit wanneer ze nodig zijn.
4
Indien noodzakelijk, maakt u de camerabeugel
los van de camera en past u de vorm aan het
oppervlak aan waarop de beugel moet worden
gemonteerd.
Buigen
Buigen
Camerabeugel
Pas de vorm van de
camerabeugel aan, zodat
hij afgesteld is op de
inbouwpositie van de
camera.
5
Monteer de camera op de camerabeugel.
Monteer de camera dusdanig, dat het "KENWOOD”-logo aan
de bovenkant zichtbaar is.
6
Zet de camera tijdelijk vast met tape o.i.d.
Zet de camera tijdelijk vast met plakband o.i.d.
12345
Installeer de camera in het midden van het voertuig en
zonder de kentekenplaat te bedekken. En installeer hem ook
recht in de rijrichting vooruit/achteruit van het voertuig.
Voorkom dat de camera in de andere richtingen van de auto
enz. wordt gebogen.
Installatie