Philips 10000071 User manual (English) - Page 120

Reiniging En Onderhoud

Page 120 highlights

120 REINIGING EN ONDERHOUD Het apparaat en/of de onderdelen van het apparaat niet drogen in een magnetron en/of een oven. Het apparaat niet in water dompelen en de onderdelen van het apparaat niet in de vaatwasmachine reinigen. ALGEMENE REINIGING AFGIFTEGROEP Het apparaat uitschakelen. Trek de stekker uit het stopcontact. Demonteer de afgiftegroep en reinig het met water. Was het reservoir. Was het filter dat zich in het reservoir bevindt. Trek de druppelbak naar buiten. De bak legen en wassen. De reiniging van het apparaat, de onderdelen en de afgiftegroep moet minstens één keer per week plaatsvinden. Gebruik geen ethylalcohol, oplosmiddelen en/of agressieve chemische stoffen. Trek de koffiediklade naar buiten. De lade legen en wassen. Trek het stoompijpje of de cappuccinobereider en maak hem schoon. Reinig met een kwast de doseerder van gemalen koffie. Open het voordeurtje. Verwijder de druppelbak en de koffiediklade. Druk op de toets PUSH om de groep te verwijderen. Was de groep met stromend water. Was het bovenste filter goed. Droog de groep en plaats hem weer in het apparaat. Niet op de toets "PUSH" drukken. Plaats alle componenten van het apparaat terug. Sluit het deurtje.

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128

REINIGING EN ONDERHOUD
Het apparaat en/of de onderdelen van het apparaat niet drogen in een
magnetron en/of een oven.
Het apparaat niet in water dompelen en de onderdelen van het apparaat
niet in de vaatwasmachine reinigen.
ALGEMENE
REINIGING
Het apparaat uitschakelen.
Trek de stekker uit het
stopcontact.
Was het reservoir.
Was het filter dat zich in
het reservoir bevindt.
Trek de druppelbak naar
buiten. De bak legen en
wassen.
Demonteer de afgiftegroep
en reinig het met water.
Trek de koffiediklade naar
buiten. De lade legen en
wassen.
Trek het stoompijpje of de
cappuccinobereider en maak
hem schoon.
Reinig met een kwast de do-
seerder van gemalen koffie.
Druk op de toets PUSH om
de groep te verwijderen.
Droog de groep en plaats
hem weer in het apparaat.
Niet op de toets “PUSH”
drukken.
Plaats alle componenten van
het apparaat terug.
Sluit het deurtje.
Open het voordeurtje.
Verwijder de druppelbak en
de koffiediklade.
AFGIFTEGROEP
De reiniging van het appa-
raat, de onderdelen en de
afgiftegroep moet minstens één keer
per week plaatsvinden.
Gebruik geen ethylalcohol, oplosmid-
delen en/of agressieve chemische
stoffen.
Was het bovenste filter
goed.
Was de groep met stromend
water.
120