Lenovo NetVista A21 Quick reference guide for NetVista 2256, 2257, 6339, 6341, - Page 23

Opmerking, Access IBM, Sluit de netsnoeren aan op correct geaarde stopcontacten.

Page 23 highlights

1 USB 2 Serieel 3 S-video 4 Parallel 5 Ethernet Hierop kunt u een USB-apparaat (Universal Serial Bus) aansluiten, zoals een USB-scanner, USB-printer of een PDA (Personal Digital Assistant). Hierop sluit u een externe modem, een seriële printer of een ander apparaat met een 9-pens seriële aansluiting aan. Deze aansluiting is aanwezig op bepaalde high-performance videoadapters. Hierop sluit u een televisie met een S-Video-aansluiting aan. Hierop sluit u een parallelle printer of een ander apparaat met een 25-pens parallelle aansluiting aan. Hiermee kunt u uw computer aansluiten op een EthernetLAN of een kabelmodem. Belangrijk Om de computer te laten voldoen aan de FCCrichtlijnen dient u voor de verbinding met een Ethernet-netwerk een Ethernet-kabel van categorie 5 te gebruiken. 6 MIDI/joystick 7 IEEE 1394 8 S/PDIF Op deze aansluiting kunt u een joystick, gamepad of een MIDI-apparaat (musical instrument digital interface) zoals een MIDI-klavier, aansluiten. Deze aansluiting wordt soms Firewire genoemd, vanwege de hoge snelheid waarmee de gegevens worden getransporteerd. Er zijn twee soorten IEEE 1394-aansluitingen: een 4-pens en een 6-pens. Hierop kunt u allerlei soorten consumentenelektronica aansluiten, zoals digitale audioapparatuur, scanners en andere apparaten. Via de S/PDIF-aansluiting kunt u digitale consumentenapparatuur aansluiten, zoals een DAT-recorder (digital audio tape), een CD-station of enig ander S/PDIF-compatibel apparaat. 10. Sluit de netsnoeren aan op correct geaarde stopcontacten. Opmerking: Meer informatie over aansluitingen vindt u in Access IBM op het bureaublad. Hoofdstuk 2. De computer installeren 9

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70

±
1
²
USB
Hierop kunt u een USB-apparaat (Universal Serial Bus)
aansluiten, zoals een USB-scanner, USB-printer of een PDA
(Personal Digital Assistant).
±
2
²
Serieel
Hierop sluit u een externe modem, een seriële printer of
een ander apparaat met een 9-pens seriële aansluiting aan.
±
3
²
S-video
Deze aansluiting is aanwezig op bepaalde high-perfor-
mance videoadapters. Hierop sluit u een televisie met een
S-Video-aansluiting aan.
±
4
²
Parallel
Hierop sluit u een parallelle printer of een ander apparaat
met een 25-pens parallelle aansluiting aan.
±
5
²
Ethernet
Hiermee kunt u uw computer aansluiten op een Ethernet-
LAN of een kabelmodem.
Belangrijk
Om de computer te laten voldoen aan de FCC-
richtlijnen dient u voor de verbinding met een
Ethernet-netwerk een Ethernet-kabel van categorie 5
te gebruiken.
±
6
²
MIDI/joystick
Op deze aansluiting kunt u een joystick, gamepad of een
MIDI-apparaat (musical instrument digital interface) zoals
een MIDI-klavier, aansluiten.
±
7
²
IEEE 1394
Deze aansluiting wordt soms Firewire genoemd, vanwege
de hoge snelheid waarmee de gegevens worden getrans-
porteerd. Er zijn twee soorten IEEE 1394-aansluitingen: een
4-pens en een 6-pens. Hierop kunt u allerlei soorten
consumentenelektronica aansluiten, zoals digitale audio-
apparatuur, scanners en andere apparaten.
±
8
²
S/PDIF
Via de S/PDIF-aansluiting kunt u digitale consumenten-
apparatuur aansluiten, zoals een DAT-recorder (digital
audio tape), een CD-station of enig ander S/PDIF-compati-
bel apparaat.
10.
Sluit de netsnoeren aan op correct geaarde stopcontacten.
Opmerking:
Meer informatie over aansluitingen vindt u in
Access IBM
op het
bureaublad.
Hoofdstuk 2. De computer installeren
9