Lenovo ThinkPad Edge E125 (Dutch) User Guide - Page 125
Stuurprogramma's en software installeren, ThinkPad Setup, C:\SWTOOLS\DRIVERS, C:\SWTOOLS\APPS
View all Lenovo ThinkPad Edge E125 manuals
Add to My Manuals
Save this manual to your list of manuals |
Page 125 highlights
Stuurprogramma's en software installeren De stuurprogramma´s van het apparaat bevinden zich in de directory C:\SWTOOLS\DRIVERS op de vaste schijf. U moet ook de toepassingsprogramma's installeren. Deze vindt u in de directory C:\SWTOOLS\APPS op het vaste-schijfstation. Raadpleeg hiertoe de instructies in "Vooraf geïnstalleerde software en stuurprogramma's opnieuw installeren" op pagina 70. Opmerking: Als u de gewenste supplementbestanden, stuurprogramma's en toepassingssoftware niet op de vaste schijf kunt vinden of als u informatie over en de nieuwste updates van deze bestanden en programma's wilt ontvangen, kunt u terecht op de ThinkPad-website: http://www.lenovo.com/ThinkPadDrivers ThinkPad Setup Op uw computer is ThinkPad Setup geïnstalleerd, waarmee u verschillende parameters kunt selecteren. Om het programma ThinkPad Setup te starten, gaat u als volgt te werk: 1. Maak een backup van het computerregister zodat u beschermd bent tegen gegevensverlies. Zie "Backup- en herstelbewerkingen uitvoeren" op pagina 67. 2. Als er een diskettestation aan de computer is gekoppeld, zorg dan dat er geen diskette in dat station zit en zet de computer uit. 3. Zet de computer aan. Druk zodra het logoscherm verschijnt op de toets F1. Het programma ThinkPad Setup verschijnt. Als u een beheerderswachtwoord hebt ingesteld, verschijnt het ThinkPad Setup-menu pas nadat u dat wachtwoord hebt ingevoerd. U kunt het programma ThinkPad Setup starten door op Enter te drukken of het beheerderswachtwoord in te voeren. U kunt echter de parameters die door het beheerderswachtwoord worden beschermd, niet wijzigen. Lees voor meer informatie "Wachtwoorden gebruiken" op pagina 55. Hieronder ziet u een voorbeeld van het menu van ThinkPad Setup: 4. Ga, met behulp van de cursortoetsen, naar de optie die u wilt wijzigen. Wanneer de gewenste optie is gemarkeerd, drukt u op Enter. Er verschijnt een submenu. 5. Breng de gewenste wijzigingen aan. Om de waarde van een optie te wijzigen, drukt u op +/-. Als de optie een submenu heeft, kunt u dit oproepen door op Enter te drukken. 6. Druk op Esc om het submenu te verlaten. 7. Als u in een genest submenu zit, drukt u net zo vaak op de Esc-toets totdat u weer in het hoofdmenu van het programma ThinkPad Setup terechtkomt. Hoofdstuk 8. Geavanceerde configuratie 107