Lenovo ThinkPad Edge E125 (Dutch) User Guide - Page 150

Fouten waarbij er een geluidssignaal klinkt, Problemen met het geheugen

Page 150 highlights

1. Zet de computer uit en daarna weer aan. 2. Als nog steeds alleen de cursor op het scherm verschijnt, doet u het volgende: - Als u partitioneringssoftware hebt gebruikt, controleer die partitie op het vaste-schijf- of SSD-station dan met behulp van die software en herstel de partitie indien nodig. - Breng de computer terug in de staat zoals deze was bij het verlaten van de fabriek. Dit kan via het werkgebied van Rescue and Recovery of met behulp van de herstelschijven. Meer informatie over het terugbrengen van het systeem in de oorspronkelijke staat vindt u in "Herstelmedia maken en gebruiken" op pagina 65. Als het problem blijft bestaan, moet de computer worden nagezien. • Probleem: Het scherm wordt zwart terwijl de computer aan staat. Oplossing: Mogelijk is er een schermbeveiligingsprogramma (screen saver) actief of staat de computer in een spaarstand. Voer een van de volgende handelingen uit: - Raak de TrackPoint of touchpad aan of druk op een toets om de screensaver te verlaten. - Druk op de aan/uit-knop om de normale werking vanuit de spaarstand te hervatten. Fouten waarbij er een geluidssignaal klinkt Tabel 7. Fouten waarbij er een geluidssignaal klinkt Probleem Een kort signaal, pauze, drie korte signalen, pauze, nog drie korte signalen en één kort signaal Een lang geluidssignaal en twee korte Oplossing Controleer of de geheugenmodules correct zijn geïnstalleerd. Is dat het geval en klinken er nog steeds geluidssignalen, laat de computer dan nazien. Er is een probleem met de videofunctie. Laat de computer nazien. Vijf geluidssignalen Er is een probleem met de systeemplaat. Laat de computer nazien. Problemen met het geheugen Druk deze aanwijzingen nu af en bewaar die afdrukken bij uw computer, zodat u ze in de toekomst kunt raadplegen. Als het geheugen niet correct werkt, controleert u het volgende: 1. Controleer of het geheugen correct in de computer is geïnstalleerd en goed is bevestigd. Mogelijk moet u het toegevoegde geheugen verwijderen, om de computer te testen met alleen het in de fabriek geïnstalleerde geheugen en de geheugenmodules vervolgens één voor één opnieuw installeren om te controleren of de modules correct zijn aangesloten. De procedure voor het verwijderen en opnieuw installeren van een geheugenmodule vindt u in "Geheugenmodules vervangen" op pagina 78. 2. Controleer of er tijdens het opstarten foutberichten verschijnen. Volg de herstelprocedures voor de POST "Foutberichten" op pagina 129(Power-on self-test). 3. Controleer of de nieuwste systeem-BIOS-versie (UEFI BIOS) voor uw model is geïnstalleerd. 4. Controleer de geheugenconfiguratie en de compatibiliteit, inclusief de maximale geheugengrootte en de geheugensnelheid. Voor nadere informatie raadpleegt u de instructies in "Geheugenmodules vervangen" op pagina 78. 5. Voer de diagnoseprogramma'suit. Zie "De oorzaak van een probleem opsporen" op pagina 127. 132 Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188

1. Zet de computer uit en daarna weer aan.
2. Als nog steeds alleen de cursor op het scherm verschijnt, doet u het volgende:
Als u partitioneringssoftware hebt gebruikt, controleer die partitie op het vaste-schijf- of
SSD-station dan met behulp van die software en herstel de partitie indien nodig.
Breng de computer terug in de staat zoals deze was bij het verlaten van de fabriek. Dit kan via het
werkgebied van Rescue and Recovery of met behulp van de herstelschijven. Meer informatie over
het terugbrengen van het systeem in de oorspronkelijke staat vindt u in “Herstelmedia maken en
gebruiken” op pagina 65.
Als het problem blijft bestaan, moet de computer worden nagezien.
Probleem
: Het scherm wordt zwart terwijl de computer aan staat.
Oplossing
: Mogelijk is er een schermbeveiligingsprogramma (screen saver) actief of staat de computer in
een spaarstand. Voer een van de volgende handelingen uit:
Raak de TrackPoint of touchpad aan of druk op een toets om de screensaver te verlaten.
Druk op de aan/uit-knop om de normale werking vanuit de spaarstand te hervatten.
Fouten waarbij er een geluidssignaal klinkt
Tabel 7. Fouten waarbij er een geluidssignaal klinkt
Probleem
Oplossing
Een kort signaal, pauze, drie korte signalen, pauze, nog
drie korte signalen en één kort signaal
Controleer of de geheugenmodules correct zijn
geïnstalleerd. Is dat het geval en klinken er nog steeds
geluidssignalen, laat de computer dan nazien.
Een lang geluidssignaal en twee korte
Er is een probleem met de videofunctie. Laat de computer
nazien.
Vijf geluidssignalen
Er is een probleem met de systeemplaat. Laat de
computer nazien.
Problemen met het geheugen
Druk deze aanwijzingen nu af en bewaar die afdrukken bij uw computer, zodat u ze in de toekomst
kunt raadplegen.
Als het geheugen niet correct werkt, controleert u het volgende:
1. Controleer of het geheugen correct in de computer is geïnstalleerd en goed is bevestigd.
Mogelijk moet u het toegevoegde geheugen verwijderen, om de computer te testen met alleen het in de
fabriek geïnstalleerde geheugen en de geheugenmodules vervolgens één voor één opnieuw installeren
om te controleren of de modules correct zijn aangesloten. De procedure voor het verwijderen en
opnieuw installeren van een geheugenmodule vindt u in “Geheugenmodules vervangen” op pagina 78.
2. Controleer of er tijdens het opstarten foutberichten verschijnen.
Volg de herstelprocedures voor de POST “Foutberichten” op pagina 129(Power-on self-test).
3. Controleer of de nieuwste systeem-BIOS-versie (UEFI BIOS) voor uw model is geïnstalleerd.
4. Controleer de geheugenconfiguratie en de compatibiliteit, inclusief de maximale geheugengrootte en
de geheugensnelheid.
Voor nadere informatie raadpleegt u de instructies in “Geheugenmodules vervangen” op pagina 78.
5. Voer de diagnoseprogramma'suit. Zie “De oorzaak van een probleem opsporen” op pagina 127.
132
Handboek voor de gebruiker