Lenovo ThinkPad Edge E125 (Dutch) User Guide - Page 41

ThinkPad Setup-programma., Luidspreker uit F1

Page 41 highlights

Als u de functionaliteit van de F1-F12-toetsen onder Windows 7 wilt wijzigen, voert u een van de volgende handelingen uit: • Vanuit het Configuratiescherm: 1. Klik op Start ➙ Configuratiescherm. 2. Klik in de pictogramweergave op Toetsenbord om het venster Eigenschappen van Toetsenbord te openen. 3. Stel de toetsfunctionaliteit naar wens in. • Houd de Fn-toets vier seconden ingedrukt om het eigenschappenvenster voor het ThinkPad-toetsenbord te openen. Stel vervolgens de toetsfunctionaliteit naar wens in. De computer heeft diverse speciale toetsen: 1 en 2 . Om de bijbehorende functie te gebruiken, kunt u rechtstreeks op de desbetreffende toets drukken. Opmerkingen: Als u de toetsen F1 - F12 als standaard functietoetsen wilt gebruiken, voert u een van de volgende handelingen uit: • Klik in het venster Eigenschappen van Toetsenbord op de tab ThinkPad toetsen F1-F12, selecteer Legacy en klik vervolgens op OK. • Selecteer Config ➙ Keyboard/Mouse ➙ Change to F1-F12 keys ➙ Legacy in het hoofdmenu van het ThinkPad Setup-programma. Knoppen voor het geluidsvolume Om het geluidsvolume van de computer snel te regelen, het geluid volledig uit te zetten, te zorgen dat de microfoon geen geluid meer opneemt of de video-uitvoer van de ingebouwde camera te regelen, drukt u op een van de volgende toetsen: Luidspreker uit (F1) Luidsprekervolume zachter (F2) Luidsprekervolume harder (F3) Hoofdstuk 2. De computer gebruiken 23

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188

Als u de functionaliteit van de F1-F12-toetsen onder Windows 7 wilt wijzigen, voert u een van de volgende
handelingen uit:
Vanuit het Configuratiescherm:
1. Klik op
Start
Configuratiescherm
.
2. Klik in de pictogramweergave op
Toetsenbord
om het venster Eigenschappen van Toetsenbord
te openen.
3. Stel de toetsfunctionaliteit naar wens in.
Houd de Fn-toets vier seconden ingedrukt om het eigenschappenvenster voor het ThinkPad-toetsenbord
te openen. Stel vervolgens de toetsfunctionaliteit naar wens in.
De computer heeft diverse speciale toetsen:
1
en
2
. Om de bijbehorende functie te gebruiken, kunt u
rechtstreeks op de desbetreffende toets drukken.
Opmerkingen:
Als u de toetsen F1 - F12 als standaard functietoetsen wilt gebruiken, voert u een van
de volgende handelingen uit:
Klik in het venster Eigenschappen van Toetsenbord op de tab
ThinkPad toetsen F1-F12
, selecteer
Legacy
en klik vervolgens op
OK
.
Selecteer
Config
Keyboard/Mouse
Change to F1-F12 keys
Legacy
in het hoofdmenu van het
ThinkPad Setup-programma.
Knoppen voor het geluidsvolume
Om het geluidsvolume van de computer snel te regelen, het geluid volledig uit te zetten, te zorgen dat de
microfoon geen geluid meer opneemt of de video-uitvoer van de ingebouwde camera te regelen, drukt u op
een van de volgende toetsen:
Luidspreker uit (F1)
Luidsprekervolume zachter (F2)
Luidsprekervolume harder (F3)
Hoofdstuk 2
.
De computer gebruiken
23