Lenovo ThinkStation C20 (Dutch) User Guide - Page 39

Opmerking

Page 39 highlights

Figuur 27. De beugel van het optische station verwijderen 6. Ontkoppel de kabel van de module met het koelelement en ventilator van de systeemplaat. Kijk goed waar de kabel aangesloten is. 7. Voer de volgende stappen uit om de vier schroeven los te draaien waarmee de module met het koelelement en de ventilator op de systeemplaat is bevestigd: a. Verwijder eerst gedeeltelijk schroef 1 , verwijder dan schroef 2 volledig en verwijder ten slotte schroef 1 volledig. b. Verwijder eerst gedeeltelijk schroef 3 , verwijder dan volledig schroef 4 en verwijder ten slotte schroef 3 volledig. Opmerking: Verwijder de vier schroeven voorzichtig uit de systeemplaat om mogelijke schade aan de systeemplaat te voorkomen. De vier schroeven kunnen niet uit het koelelement met ventilator worden verwijderd. Figuur 28. De module met koelelement en ventilator verwijderen 8. Haal de module met het koelelement en de ventilator voorzichtig van de systeemplaat. Opmerkingen: a. Het kan nodig zijn de module met koelelement en ventilator voorzichtig te draaien om hem los te maken van de microprocessor. b. Raak het thermische vet op de module met koelelement en ventilator niet aan. 9. Verwijder de plastic beschermlaag van de onderkant van de nieuwe module met koelelement en ventilator. Deze beschermlaag voorkomt dat het thermische vet aan de onderkant van het koelelement vuil wordt. Opmerkingen: a. Verwijder de beschermlaag pas als u klaar bent om het koelelement met ventilator op de microprocessor te installeren. Hoofdstuk 2. Hardware installeren en vervangen 33

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90

Figuur 27. De beugel van het optische station verwijderen
6. Ontkoppel de kabel van de module met het koelelement en ventilator van de systeemplaat. Kijk goed
waar de kabel aangesloten is.
7. Voer de volgende stappen uit om de vier schroeven los te draaien waarmee de module met het
koelelement en de ventilator op de systeemplaat is bevestigd:
a.
Verwijder eerst gedeeltelijk schroef
1
, verwijder dan schroef
2
volledig en verwijder ten slotte
schroef
1
volledig.
b. Verwijder eerst gedeeltelijk schroef
3
, verwijder dan volledig schroef
4
en verwijder ten slotte
schroef
3
volledig.
Opmerking:
Verwijder de vier schroeven voorzichtig uit de systeemplaat om mogelijke schade aan
de systeemplaat te voorkomen. De vier schroeven kunnen niet uit het koelelement met ventilator
worden verwijderd.
Figuur 28. De module met koelelement en ventilator verwijderen
8. Haal de module met het koelelement en de ventilator voorzichtig van de systeemplaat.
Opmerkingen:
a.
Het kan nodig zijn de module met koelelement en ventilator voorzichtig te draaien om hem los te
maken van de microprocessor.
b. Raak het thermische vet op de module met koelelement en ventilator niet aan.
9. Verwijder de plastic beschermlaag van de onderkant van de nieuwe module met koelelement en
ventilator. Deze beschermlaag voorkomt dat het thermische vet aan de onderkant van het koelelement
vuil wordt.
Opmerkingen:
a.
Verwijder de beschermlaag pas als u klaar bent om het koelelement met ventilator op de
microprocessor te installeren.
Hoofdstuk 2
.
Hardware installeren en vervangen
33