ProForm Premier 1300 Treadmill Dutch Manual - Page 20

Smart hartslagmonitoren. Om

Page 20 highlights

Indien u drukt op de toets Quick Speed (directe snelheid), zal de snelheid van de loopband gelei­ delijk aangepast worden tot het de gewenste snelheidsinstelling bereikt. Om de loopband te stoppen, druk op de toets Stop. Om de loopband opnieuw te starten, drukt u op de toets Run. • Het geschatte aantal verbrande calorieën per uur • De afstand die u gelopen of gerend heeft • Het aantal verticale meters (VM) dat u heeft geklommen • De snelheid van de band 4. De hellingstand van de loopband veranderen zoals gewenst. Druk om de helling van de loopband te verande­ ren, op de toenametoets en de afnametoets Incline (helling) of een van de toetsen Quick Incline (snelle helling). Elke keer als u op een van de toetsen drukt zal de helling geleidelijk veranderen tot het de geselecteerde hellinginstelling bereikt. Let op: De eerste keer dat u de helling aanpast, moet u eerst het hellingsysteem ijken (zie stap 4 op bladzijde 27). • Een route van 400 m (1/4 mijl) • Uw tempo • Uw huidige rondenummer • Uw hartslag (zie stap 6) Indien gewenst kunt ook de volume bijstellen door op de volume-toetsen op het bedieningspaneel te drukken. 5. Controleer uw voortgang op de displays. Het bedie­ ningspaneel biedt ver­ schillende displayopties. De gekozen display instel­ ling zal bepalen welke infor­ matie weergegeven wordt. Tik op of schuif eenvoudigweg over het scherm om de gewenste display instelling te kiezen. U kunt ook aanvullende informatie bekijken door de rode vakjes op het scherm aan te raken. Om de oefening te pauzeren, drukt u lichtjes op de menutoetsen of drukt u op de toets Stop op het bedieningspaneel. Druk om de oefening te her­ vatten op de toets Resume of de toets Run op het bedieningspaneel. Om de oefeningsessie te stop­ pen, drukt u op de toets End Workout (oefening beëindigen). 6. Meet desgewenst uw hartslag. U kunt uw hartslag meten door gebruik te maken van de ingebouwde handgreep met hartslagmo­ nitor of door middel van de bijbehorende borstkas hartslagmonitor. Zie bladzijde 29 voor informatie over het kopen van een optionele borstkas hartslagmonitor. Het scherm kan de volgende oefening-informatie weergeven als u op de loopband loopt of rent: • De hellingstand van de loopband  Het bedieningspaneel is compatibel met alle BLUETOOTH® Smart hartslagmonitoren. Om uw hartslagmonitor aan te sluiten op het bedie­ ningspaneel, zie bladzijde 30. • De verstreken tijd • De resterende tijd (Let op: De handmatige instel­ ling heeft geen aftelling van de resterende tijd.) Let op: Wanneer u beide hartslagmonitoren tegelijkertijd gebruikt dan zal de BLUETOOTH Smart hartslagmonitor prioriteit krijgen. • Het geschatte aantal calorieën dat u verbrand heeft 20

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44

20
Indien u drukt op de toets Quick Speed (directe
snelheid), zal de snelheid van de loopband gelei-
delijk aangepast worden tot het de gewenste
snelheidsinstelling bereikt.
Om de loopband te stoppen, druk op de toets Stop.
Om de loopband opnieuw te starten, drukt u op de
toets Run.
4.
De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Druk om de helling van de loopband te verande-
ren, op de toenametoets en de afnametoets Incline
(helling) of een van de toetsen Quick Incline (snelle
helling). Elke keer als u op een van de toetsen
drukt zal de helling geleidelijk veranderen tot het
de geselecteerde hellinginstelling bereikt.
Let op: De eerste keer dat u de helling aanpast,
moet u eerst het hellingsysteem ijken (zie stap 4
op bladzijde 27).
5.
Controleer uw voortgang op de displays.
Het bedie-
ningspaneel
biedt ver-
schillende
displayopties.
De gekozen
display instel-
ling zal bepalen
welke infor-
matie weergegeven wordt. Tik op of schuif
eenvoudigweg over het scherm om de gewenste
display instelling te kiezen. U kunt ook aanvullende
informatie bekijken door de rode vakjes op het
scherm aan te raken.
Het scherm kan de volgende oefening-informatie
weergeven als u op de loopband loopt of rent:
• De hellingstand van de loopband
• De verstreken tijd
De resterende tijd (Let op: De handmatige instel-
ling heeft geen aftelling van de resterende tijd.)
Het geschatte aantal calorieën dat u verbrand
heeft
Het geschatte aantal verbrande calorieën per uur
• De afstand die u gelopen of gerend heeft
Het aantal verticale meters (VM) dat u heeft
geklommen
De snelheid van de band
• Een route van 400 m (1/4 mijl)
• Uw tempo
• Uw huidige rondenummer
• Uw hartslag (zie stap 6)
Indien gewenst kunt ook
de volume bijstellen door
op de volume-toetsen op
het bedieningspaneel te
drukken.
Om de oefening te pauzeren, drukt u lichtjes op
de menutoetsen of drukt u op de toets Stop op het
bedieningspaneel. Druk om de oefening te her-
vatten op de toets Resume of de toets Run op het
bedieningspaneel. Om de oefeningsessie te stop-
pen, drukt u op de toets End Workout (oefening
beëindigen).
6. Meet desgewenst uw hartslag.
U kunt uw hartslag meten door gebruik te maken
van de ingebouwde handgreep met hartslagmo-
nitor of door middel van de bijbehorende borstkas
hartslagmonitor.
Zie bladzijde 29 voor informatie
over het kopen van een optionele borstkas hart-
slagmonitor.
Het bedieningspaneel is compatibel met alle
BLUETOOTH
®
Smart hartslagmonitoren. Om
uw hartslagmonitor aan te sluiten op het bedie-
ningspaneel, zie bladzijde 30.
Let op: Wanneer u beide hartslagmonitoren
tegelijkertijd gebruikt dan zal de BLUETOOTH
Smart hartslagmonitor prioriteit krijgen.