Lenovo NetVista A20 (Dutch) User guide - Page 117

Bijlage B. Modemgegevens, Voorzieningen van de modem

Page 117 highlights

Bijlage B. Modemgegevens Voorzieningen van de modem De modem maakt het mogelijk om via een telefoonlijn te communiceren met andere computers, faxapparaten en telefoons. Informatie voor het aansluiten van de modem op het telefoonnet vindt u in "De modem aansluiten op het telefoonnet" op pagina 14. Attentie! Als u uw modem in het buitenland hebt gekocht, controleer dan vóórdat u de modem aansluit op het telefoonnet, of de modem geschikt is voor het desbetreffende telefoonsysteem. Anders kan de computer beschadigd raken. Lees de richtlijnen in "Veiligheidsrichtlijnen" op pagina viii vóórdat u de modem aansluit op het telecommunicatiesysteem. Bepaalde IBM-computers worden kant en klaar met een modem afgeleverd. Als er in uw computer bij levering al een modem geïnstalleerd was, hoeft u de modem alleen aan te sluiten op het telefoonnet. (Als de modem twee RJ11C-aansluitingen heeft, kunt u er tevens een telefoon op aansluiten.) De firmware van het systeem is al zodanig geconfigureerd dat de stuurprogramma's en software van de modem automatisch worden geladen als u deze verbinding(en) tot stand hebt gebracht. Als de computer niet is uitgerust met een modem maar u er een wilt installeren, raadpleeg dan de documentatie bij de modem om te zien hoe u hem installeert. Informatie over de modem 105

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136

Informatie over de modem 105
Bijlage B. Modemgegevens
Voorzieningen van de modem
De modem maakt het mogelijk om via een telefoonlijn te communiceren met andere
computers, faxapparaten en telefoons. Informatie voor het aansluiten van de
modem op het telefoonnet vindt u in “De modem aansluiten op het telefoonnet” op
pagina 14.
Bepaalde IBM-computers worden kant en klaar met een modem afgeleverd. Als er
in uw computer bij levering al een modem geïnstalleerd was, hoeft u de modem
alleen aan te sluiten op het telefoonnet. (Als de modem twee RJ11C-aansluitingen
heeft, kunt u er tevens een telefoon op aansluiten.) De firmware van het systeem is
al zodanig geconfigureerd dat de stuurprogramma's en software van de modem
automatisch worden geladen als u deze verbinding(en) tot stand hebt gebracht.
Als de computer niet is uitgerust met een modem maar u er een wilt installeren,
raadpleeg dan de documentatie bij de modem om te zien hoe u hem installeert.
Attentie!
Als u uw modem in het buitenland hebt gekocht, controleer dan
vóórdat u de modem aansluit op het telefoonnet, of de modem
geschikt is voor het desbetreffende telefoonsysteem. Anders kan
de computer beschadigd raken. Lees de richtlijnen in
“Veiligheidsrichtlijnen” op pagina viii vóórdat u de modem aansluit
op het telecommunicatiesysteem.