Lenovo NetVista A20 (Dutch) User guide - Page 95

Hardware- en softwareproblemen oplossen, Hardwareproblemen

Page 95 highlights

Hardware- en softwareproblemen oplossen Hardwareproblemen Tabel 1: Hardwareproblemen Als dit het probleem is... Het scherm is zwart (geen foutcode) en er klonk een geluidssignaal tijdens de zelftest (POST). Er verschijnt een foutcode, er klinkt tijdens de zelftest meer dan één signaal, of er klinkt een continu signaal Computer gaat zonder waarschuwing uit ...moet u dit doen: Als u geheugenmodules of adapterkaarten hebt geïnstalleerd, controleer dan of dat correct is gebeurd. Instructies voor het installeren van geheugenmodules vindt u in "Een geheugenmodule installeren" op pagina 73. Instructies voor het installeren van adapterkaarten vindt u in "Adapterkaarten installeren en verwijderen (desktopmodel)" op pagina 56 en "Adapterkaarten installeren en verwijderen (microtower)" op pagina 57. Als er een foutbericht verschijnt, zoekt u dat op in "Foutcodes en -berichten" op pagina 93. 1. Als u de werking van de computer kunt hervatten door de muis te verplaatsen, is de computer naar de spaarstand Standby gegaan. 2. Als het aan/uit-lampje van de computer knippert, staat het systeem in de spaarstand Standby. Druk op de aan/uit-schakelaar om de normale werking te hervatten. 3. Controleer of de stekkers van de systeemeenheid en het beeldscherm goed in het stopcontact zitten. 4. Controleer of de kabels goed zijn aangesloten op de systeemeenheid. 5. Controleer of het stopcontact stroom levert. 6. Haal de stekker van de systeemeenheid uit het stopcontact, wacht 10 seconden en steek hem weer in het stopcontact. Als de computer niet direct opstart, drukt u op de aan/uit-schakelaar. 7. Als u hardware in de systeemeenheid hebt geïnstalleerd, controleer dan of de voedingskabels daarvan goed zijn aangesloten. Hoofdstuk 8. Problemen opsporen en oplossen 83

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136

Hoofdstuk 8. Problemen opsporen en oplossen
83
Hardware- en softwareproblemen oplossen
Hardwareproblemen
Tabel 1: Hardwareproblemen
Als dit het probleem is
...
...
moet u dit doen:
Het scherm is zwart (geen
foutcode) en er klonk een
geluidssignaal tijdens de
zelftest (POST).
Als u geheugenmodules of adapterkaarten hebt
geïnstalleerd, controleer dan of dat correct is gebeurd.
Instructies voor het installeren van geheugenmodules vindt
u in “Een geheugenmodule installeren” op pagina 73.
Instructies voor het installeren van adapterkaarten vindt u in
“Adapterkaarten installeren en verwijderen (desktopmodel)”
op pagina 56 en “Adapterkaarten installeren en verwijderen
(microtower)” op pagina 57.
Er verschijnt een foutcode,
er klinkt tijdens de zelftest
meer dan één signaal, of
er klinkt een continu
signaal
Als er een foutbericht verschijnt, zoekt u dat op in
“Foutcodes en -berichten” op pagina 93.
Computer gaat zonder
waarschuwing uit
1. Als u de werking van de computer kunt hervatten door
de muis te verplaatsen, is de computer naar de
spaarstand Standby gegaan.
2. Als het aan/uit-lampje van de computer knippert, staat
het systeem in de spaarstand Standby. Druk op de
aan/uit-schakelaar om de normale werking te
hervatten.
3. Controleer of de stekkers van de systeemeenheid en
het beeldscherm goed in het stopcontact zitten.
4. Controleer of de kabels goed zijn aangesloten op de
systeemeenheid.
5. Controleer of het stopcontact stroom levert.
6. Haal de stekker van de systeemeenheid uit het
stopcontact, wacht 10 seconden en steek hem weer in
het stopcontact. Als de computer niet direct opstart,
drukt u op de aan/uit-schakelaar.
7. Als u hardware in de systeemeenheid hebt
geïnstalleerd, controleer dan of de voedingskabels
daarvan goed zijn aangesloten.