Lenovo ThinkPad L530 (Dutch) User Guide - Page 131

Menu Main, Menu Config, ThinkPad Setup.

Page 131 highlights

• F5 of - : naar een lagere waarde wijzigen. Als de optie een submenu heeft, drukt u op Enter om het weer te geven. 4. Druk op Esc om het submenu te verlaten. 5. Als u in een genest submenu zit, drukt u net zo vaak op de Esc-toets totdat u weer in het hoofdmenu van het programma ThinkPad Setup terechtkomt. Opmerking: Als u de standaardwaarden weer wilt gebruiken, druk dan op F9 om de standaardinstellingen te laden. U kunt ook een optie in het submenu Restart kiezen om de standaardinstellingen te laden of de wijzigingen ongedaan te maken. 6. Selecteer Restart. Plaats de cursor op de gewenste optie voor het opnieuw opstarten van de computer en druk op Enter. De computer wordt opnieuw opgestart. Menu Main Het menu Main is de eerste interface die u ziet als u naar de ThinkPad Setup gaat. De volgende configuratie van uw computer wordt weergegeven: • UEFI BIOS Version • UEFI BIOS Date (Year-Month-Day) • Embedded Controller Version • Machine Type Model • System-unit serial number • System board serial number • Asset Tag • CPU Type • CPU Speed • Installed memory • UUID • MAC address (Internal LAN) Menu Config Als u de configuratie van de computer moet wijzigen, selecteert u Config in het menu van het programma ThinkPad Setup. In de onderstaande tabel worden de menuopties van Config opgesomd. Opmerkingen: • De standaardinstellingen zijn in de fabriek al voor u gekozen. Als u de configuratie van uw computer wilt wijzigen, ga dan voorzichtig te werk. Verkeerde configuratie-instellingen kunnen bijzonder vervelende gevolgen hebben. • In elk submenu drukt u op de Enter-toets om selecteerbare opties weer te geven en kiest u een gewenste optie met behulp van de cursortoetsen, of typt u de gewenste waarden rechtstreeks in met het toetsenbord. • Bepaalde opties worden alleen in de menu's afgebeeld als de computer de overeenkomstige functies ondersteunt. Hoofdstuk 8. Geavanceerde configuratie 113

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190

F5 of – : naar een lagere waarde wijzigen.
Als de optie een submenu heeft, drukt u op Enter om het weer te geven.
4. Druk op Esc om het submenu te verlaten.
5. Als u in een genest submenu zit, drukt u net zo vaak op de Esc-toets totdat u weer in het hoofdmenu
van het programma ThinkPad Setup terechtkomt.
Opmerking:
Als u de standaardwaarden weer wilt gebruiken, druk dan op F9 om de
standaardinstellingen te laden. U kunt ook een optie in het submenu
Restart
kiezen om de
standaardinstellingen te laden of de wijzigingen ongedaan te maken.
6. Selecteer
Restart
. Plaats de cursor op de gewenste optie voor het opnieuw opstarten van de computer
en druk op Enter. De computer wordt opnieuw opgestart.
Menu Main
Het menu
Main
is de eerste interface die u ziet als u naar de ThinkPad Setup gaat. De volgende configuratie
van uw computer wordt weergegeven:
UEFI BIOS Version
UEFI BIOS Date (Year-Month-Day)
Embedded Controller Version
Machine Type Model
System-unit serial number
System board serial number
Asset Tag
CPU Type
CPU Speed
Installed memory
UUID
MAC address (Internal LAN)
Menu Config
Als u de configuratie van de computer moet wijzigen, selecteert u
Config
in het menu van het programma
ThinkPad Setup.
In de onderstaande tabel worden de menuopties van
Config
opgesomd.
Opmerkingen:
De standaardinstellingen zijn in de fabriek al voor u gekozen. Als u de configuratie van uw computer wilt
wijzigen, ga dan voorzichtig te werk. Verkeerde configuratie-instellingen kunnen bijzonder vervelende
gevolgen hebben.
In elk submenu drukt u op de Enter-toets om selecteerbare opties weer te geven en kiest u een
gewenste optie met behulp van de cursortoetsen, of typt u de gewenste waarden rechtstreeks in met
het toetsenbord.
Bepaalde opties worden alleen in de menu's afgebeeld als de computer de overeenkomstige functies
ondersteunt.
Hoofdstuk 8
.
Geavanceerde configuratie
113