Metabo H 16-500 Operating Instructions 2 - Page 20

Onderhoud

Page 20 highlights

NL NEDERLANDS 6.2 HE 20-600 Met de schuifschakelaar (4) kunt u het apparaat inen uitschakelen en tussen 3 standen kiezen. De luchtstroom varieert in de 3 standen van 150/ 300/500 l/min. Op stand 1 van de schuifschakelaar (4) bedraagt de temperatuur altijd 50 °C (koudeluchtstand). Gebruik de koudeluchtstand voor het drogen van verf en voor het afkoelen van een werkstuk of van het mondstuk wanneer een accessoire wordt vervangen. Op stand 2 en 3 van de schuifschakelaar (4) kan de temperatuur met de stelknop (11) traploos worden ingesteld. De getallen 1 - 9 die op de stelknop staan vermeld, dienen hierbij ter oriëntatie. "1" staat voor 50 °C. "9" staat voor 600 °C (hoogste temperatuur). 6.3 HE 23-650 Control Met de schuifschakelaar (4) kunt u het apparaat inen uitschakelen en tussen 2 standen kiezen. Temperatuur instellen: Op stand 1 van de schuifschakelaar (4) bedraagt de temperatuur altijd 50 °C (koudeluchtstand). Gebruik de koudeluchtstand voor het drogen van verf en voor het afkoelen van een werkstuk of van het mondstuk wanneer een accessoire wordt vervangen. Op stand 2 van de schuifschakelaar (4) kan de temperatuur traploos worden ingesteld. Door de toetsen (6) in te drukken, stelt u de temperatuur in. Door de "+" /"-"toetsen kort in te drukken, kan de ingestelde waarde in trappen van 10 ° worden verhoogd resp. verlaagd. Wanneer de toetsen langer worden ingedrukt, verandert de waarde sneller. Aanwijzing: geven. Tijdens het instellen van de gewenste temperatuur worden driehoeken aange- Wanneer de gewenste temperatuur is ingesteld, heeft de ventilator (afhankelijk van de keuze van toerental/luchtstroom) enige seconden nodig om de ingestelde waarde te bereiken. Gedurende deze tijd knipperen de driehoeken. De feitelijke temperatuur wordt bij de uitgang van het mondstuk gemeten. Is de gewenste temperatuur bereikt, dan worden er geen driehoeken meer aangegeven. Na het uitschakelen van het heteluchtpistool blijft de laatst ingestelde waarde behouden. Luchtstroom instellen: Door de toetsen (7) in te drukken, stelt u de luchtstroom resp. het toerental van de ventilator in. Programmawerking: Standaard zijn er vier programma's ingesteld voor de meest voorkomende werkzaamheden . Druk op de toets "P" voor de programmawerking. In het display verschijnt voor programma 1. Door de programmatoets verder in te drukken, komt u bij de programma's , en . Wanneer u de toets opnieuw indrukt, komt u terug in de normale werking. Programma 1: Kunststof pijpen vervormen Programma 2: Kunststof buizen lassen Programma 3: Lak verwijderen Programma 4: Zachtsolderen (Technische gegevens zie hoofdstuk 12) Programma's wijzigen en opslaan: De waarden van de vier programma's kunnen worden gewijzigd en opgeslagen. Druk hiervoor eerst op de programmatoets "P", tot het te wijzigen programma wordt getoond. Stel de gewenste luchtstroom en temperatuur in. Druk vervolgens net zo lang op de geheugentoets (10) tot het teken van het display verdwijnt (ca. 5 seconden). De ingevoerde waarden zijn nu in het programma opgeslagen. Aanwijzing: - Om van de programmawerking terug te keren naar de normale functies drukt u op de programmatoets (8), tot het programmasymbool in de indicatie (9) is verdwenen. - De standaardinstellingen van de programma's vindt u in hoofdstuk12. 6.4 Gebruik als zelfstandige eenheid Wanneer u het heteluchtpistool als zelfstandige eenheid gebruikt, dient u erop te letten dat het stevig op een schone ondergrond staat en niet weg kan glijden. Voor het gebruik als zelfstandige eenheid het heteluchtpistool op de antislip-steunvlakken (5) neerzetten. 7 Onderhoud De luchtinlaat (3) met rooster moet vrij van vreemde objecten zijn. Luchtinlaat (3) indien nodig reinigen. 20

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80

20
NEDERLANDS
NL
6.2
HE 20-600
Met de schuifschakelaar (4) kunt u het apparaat in-
en uitschakelen en tussen 3 standen kiezen.
De luchtstroom varieert in de 3 standen van 150/
300/500 l/min.
Op
stand 1
van de schuifschakelaar (4) bedraagt
de temperatuur altijd 50 °C (koudeluchtstand).
Gebruik de koudeluchtstand voor het drogen van
verf en voor het afkoelen van een werkstuk of van
het mondstuk wanneer een accessoire wordt
vervangen.
Op
stand 2 en 3
van de schuifschakelaar (4) kan
de temperatuur met de stelknop (11) traploos
worden ingesteld.
De getallen 1 - 9 die op de stelknop staan vermeld,
dienen hierbij ter oriëntatie. "1" staat voor 50 °C.
"9" staat voor 600 °C (hoogste temperatuur).
6.3
HE 23-650 Control
Met de schuifschakelaar (4) kunt u het apparaat in-
en uitschakelen en tussen 2 standen kiezen.
Temperatuur instellen:
Op
stand 1
van de schuifschakelaar (4) bedraagt
de temperatuur altijd 50 °C (koudeluchtstand).
Gebruik de koudeluchtstand voor het drogen van
verf en voor het afkoelen van een werkstuk of van
het mondstuk wanneer een accessoire wordt
vervangen.
Op
stand 2
van de schuifschakelaar (4) kan de
temperatuur traploos worden ingesteld.
Door de toetsen (6) in te drukken, stelt
u de temperatuur in.
Door de "+" /"-"toetsen kort in te
drukken, kan de ingestelde waarde in
trappen van 10 ° worden verhoogd resp. verlaagd.
Wanneer de toetsen langer worden ingedrukt,
verandert de waarde sneller.
Aanwijzing:
Tijdens het instellen van de
gewenste temperatuur
worden driehoeken aange-
geven.
Wanneer de gewenste
temperatuur is ingesteld,
heeft de ventilator (afhanke-
lijk van de keuze van toerental/luchtstroom)
enige seconden nodig om de ingestelde
waarde te bereiken. Gedurende deze tijd knip-
peren de driehoeken.
De feitelijke temperatuur
wordt bij de uitgang van het
mondstuk gemeten. Is de
gewenste temperatuur bereikt, dan worden er
geen driehoeken meer aangegeven.
Na het uitschakelen van het heteluchtpistool blijft
de laatst ingestelde waarde behouden.
Luchtstroom instellen:
Door de toetsen (7) in te drukken, stelt
u de luchtstroom resp. het toerental
van de ventilator in.
Programmawerking:
Standaard zijn er vier programma's inge-
steld voor de meest voorkomende werk-
zaamheden . Druk op de toets "
P
" voor de
programmawerking. In het display
verschijnt
voor programma 1. Door de
programmatoets verder in te drukken, komt u bij
de programma's
,
en
. Wanneer u de toets
opnieuw indrukt, komt u terug in de normale
werking.
Programma 1: Kunststof pijpen vervormen
Programma 2: Kunststof buizen lassen
Programma 3: Lak verwijderen
Programma 4: Zachtsolderen
(Technische gegevens zie hoofdstuk 12)
Programma's wijzigen en opslaan:
De waarden van de vier programma's
kunnen worden gewijzigd en opgeslagen.
Druk hiervoor eerst op de programmatoets
"
P
", tot het te wijzigen programma wordt
getoond. Stel de gewenste luchtstroom en
temperatuur in. Druk vervolgens net zo lang op de
geheugentoets (10) tot het teken
van het
display verdwijnt (ca. 5 seconden). De ingevoerde
waarden zijn nu in het programma opgeslagen.
Aanwijzing:
- Om van de programmawerking terug te keren
naar de normale functies drukt u op de program-
matoets (8), tot het programmasymbool in de
indicatie (9) is verdwenen.
- De standaardinstellingen van de programma's
vindt u in hoofdstuk12.
6.4
G
ebruik als zelfstandige eenheid
Wanneer u het heteluchtpistool als zelfstan-
dige eenheid gebruikt, dient u erop te letten
dat het stevig op een schone ondergrond staat en
niet weg kan glijden.
Voor het gebruik als zelfstandige eenheid het hete-
luchtpistool op de antislip-steunvlakken (5) neer-
zetten.
De luchtinlaat (3) met rooster
moet vrij van
vreemde objecten zijn.
Luchtinlaat (3)
indien nodig
reinigen.
7
Onderhoud