Lenovo ThinkPad T430 (Dutch) User Guide - Page 151

Startup, Opmerkingen, vetgedrukt

Page 151 highlights

In de onderstaande tabel worden de menuopties van Startup opgesomd. Opmerkingen: • De standaardwaarden zijn vetgedrukt. • Druk in elk submenu op de Enter-toets om te kiezen opties te tonen en selecteer een gewenste optie met behulp van de cursor. • Bepaalde opties worden alleen in de menu's afgebeeld als de computer de overeenkomstige functies ondersteunt. Tabel 7. Opties in het menu Startup Menu-item Waarde Boot Network Boot UEFI/Legacy Boot • Both • UEFI Only • Legacy Only Opmerkingen Zie "De opstartvolgorde wijzigen" op pagina 132. Selecteer het opstartapparaat, wanneer het systeem vanuit het LAN ontwaakt. Als Wake on LAN is ingeschakeld, kan de netwerkbeheerder alle computers in een LAN op afstand starten met behulp van netwerkbeheersoftware. Selecteer de systeemopstartmogelijkheid. • Both: het systeem wordt opgestart volgens de instelling UEFI/Legacy Boot Priority. • UEFI Only: het systeem start alleen op van het UEFI-ingeschakelde besturingssysteem. • Legacy Only: het systeem wordt opgestart vanaf een besturingssysteem, behalve van het van UEFI voorziene systeem. UEFI/Legacy Boot Priority Boot Mode • UEFI First • Legacy First • Quick • Diagnostics Opmerking: Als u UEFI Only selecteert, kan het systeem niet worden opgestart vanaf opstartbare apparaten die een besturingssysteem zonder UEFI hebben. Selecteer de prioriteit voor de opstartoptie tussen UEFI en Legacy. Scherm tijdens de zelftest (POST): • Quick: het ThinkPad-logo verschijnt op het scherm. • Diagnostics: er worden tekstberichten weergegeven. Option Keys display • Disabled • Enabled Opmerking: U kunt ook naar de werkstand Diagnostic gaan door tijdens de zelftest (POST) op Esc te drukken. Als u Disabled selecteert, wordt het bericht "To interrupt normal startup, press Enter" niet weergegeven tijdens de POST. Hoofdstuk 8. Geavanceerde configuratie 133

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190
  • 191
  • 192
  • 193
  • 194
  • 195
  • 196
  • 197
  • 198

In de onderstaande tabel worden de menuopties van
Startup
opgesomd.
Opmerkingen:
De standaardwaarden zijn
vetgedrukt
.
Druk in elk submenu op de Enter-toets om te kiezen opties te tonen en selecteer een gewenste optie met
behulp van de cursor.
Bepaalde opties worden alleen in de menu's afgebeeld als de computer de overeenkomstige functies
ondersteunt.
Tabel 7. Opties in het menu Startup
Menu-item
Waarde
Opmerkingen
Boot
Zie “De opstartvolgorde wijzigen” op
pagina 132.
Network Boot
Selecteer het opstartapparaat, wanneer
het systeem vanuit het LAN ontwaakt.
Als
Wake on LAN
is ingeschakeld, kan
de netwerkbeheerder alle computers in
een LAN op afstand starten met behulp
van netwerkbeheersoftware.
UEFI/Legacy Boot
Both
UEFI Only
Legacy Only
Selecteer
de
systeemopstartmogelijkheid.
Both
: het systeem wordt opgestart
volgens de instelling
UEFI/Legacy
Boot Priority
.
UEFI Only
: het systeem start alleen
op van het UEFI-ingeschakelde
besturingssysteem.
Legacy Only
:
het systeem
wordt opgestart vanaf een
besturingssysteem, behalve van
het van UEFI voorziene systeem.
Opmerking:
Als u
UEFI Only
selecteert,
kan het systeem niet worden opgestart
vanaf opstartbare apparaten die een
besturingssysteem zonder UEFI hebben.
UEFI/Legacy Boot Priority
UEFI First
Legacy First
Selecteer de prioriteit voor de
opstartoptie tussen UEFI en Legacy.
Boot Mode
Quick
Diagnostics
Scherm tijdens de zelftest (POST):
Quick
: het ThinkPad-logo verschijnt
op het scherm.
Diagnostics
:
er worden
tekstberichten weergegeven.
Opmerking:
U kunt ook naar de
werkstand
Diagnostic
gaan door tijdens
de zelftest (POST) op Esc te drukken.
Option Keys display
Disabled
Enabled
Als u
Disabled
selecteert, wordt het
bericht “To interrupt normal startup,
press Enter” niet weergegeven tijdens de
POST.
Hoofdstuk 8
.
Geavanceerde configuratie
133