Metabo MKS 18 LTX 58 Operating Instructions - Page 26

Inbedrijfstelling, instellen, Gebruik

Page 26 highlights

nl NEDERLANDS 24 Hendel (terugdraaien van de beweeglijke beschermkap) 25 Binnenste zaagbladflens 26 Beweeglijke beschermkap Ondanks deze beveiligingsfunctie kan bij bepaalde toepassingen overbelasting en als gevolg daarvan beschadiging van de machine optreden. * afhankelijk van de uitvoering Oorzaken en oplossingen: 6. Inbedrijfstelling, instellen 1. Accupack bijna leeg (de elektronica beschermt het accupack tegen schade als gevolg van diepteontlading). Haal het accupack uit de machine, voordat instel-, ombouw-, onderhouds- of reinigingswerkzaamheden worden uitgevoerd. Verzeker u ervan dat de machine bij het insteken van het accupack uitgeschakeld is. Knippert er een led-lampje (18), dan is het accupack bijna leeg. Eventueel op toets (19) drukken en de laadtoestand aan de hand van de led-lampjes (18) controleren. Is het accupack bijna leeg, dan moet het worden opgeladen! 6.1 Accupack 2. Een lang aanhoudende overbelasting van de machine leidt tot temperatuuruitschakeling. Het accupack (11) voor gebruik opladen. De machine werkt met gereduceerd vermogen totdat de temperatuur weer normaal is. Laad het accupack bij vermogensverlies weer op. U vindt de instructies voor het opladen van het accupack in de gebruiksaanwijzing van de Metabolader. Li-Ion-accupacks "Li-Power, LiHD" hebben een capaciteits- en signaalweergave (18): - Druk op knop (19) waarna de laadtoestand wordt aangegeven door de led-lampen. - Wanneer een led-lampje knippert, is het accupack bijna leeg en moet het worden opgeladen. Verwijderen: De toets voor de accupack-ontgrendeling (12) indrukken en het accupack (11) naar boven eruit trekken. Plaatsen: Accupack (11) erop schuiven totdat het vast klikt. 6.2 Snijdiepte instellen Bij sterke oververhitting gaat de machine helemaal uit. Laat de machine of het accupack afkoelen. Opmerking: Voelt het accupack zeer warm aan, dan kunt u het accupack in uw "AIR COOLED"laadapparaat sneller laten afkoelen. Opmerking: De machine koelt sneller af wanneer men hem onbelast laat draaien. 3. Bij een te hoge stroomsterkte (die zich bijv. voordoet bij een lang aanhoudende blokkering) wordt de machine uitgeschakeld. Machine bij de drukschakelaar (3) uitschakelen. Vervolgens normaal verder werken (houd u hierbij, naast alle andere veiligheidsinstructies, vooral aan de veiligheidsinstructies in hoofdstuk 4. Terugslag). Zorg ervoor dat zich verder geen blokkeringen voordoen. Voor het instellen de vergrendelingshendel (17) losdraaien. De ingestelde zaagdiepte kan op de schaal (14) worden afgelezen. De vastzetschroef weer vastdraaien. 7.2 In- en uitschakelen Inschakelen: vergrendelknop (4) naar voren schuiven en vasthouden, vervolgens op de drukschakelaar (3) drukken. De meest effectieve instelling van de zaagdiepte is zodanig dat de tanden van het zaagblad met niet meer dan een halve tandhoogte onder het werkstuk uitsteken. Zie afbeelding pagina 3. 6.3 Geleiderailadapter monteren (indien nodig) Om de machine op een geleiderail te monteren (zie hoofdstuk Toebehoren), bevestigt u de adapter (6). Steek de adapter (6), zoals weergegeven, op de geleideplaat (13). Draai de vastzetschroef (7) vast om de adapter aan de machine te bevestigen. 7. Gebruik 7.1 Multifunctioneel bewakingssysteem van de machine Schakelt de machine zelfstandig uit, dan heeft de elektronica de zelfbeveiligingsmodus geactiveerd. Er klinkt een waarschuwingssignaal (continu gepiep). Dit gaat na max. 30 seconden of na het loslaten van de drukschakelaar (3) uit. 26 Uitschakelen: laat de drukschakelaar (3) los. 7.3 Tips voor het werk Schakel de machine niet in of uit terwijl het zaagblad het werkstuk raakt. Laat het zaagblad eerst zijn volle toerental bereiken, voordat u de snede uitvoert. Bij het aanzetten van de handcirkelzaag wordt de beweeglijke beschermkap door het werkstuk teruggedraaid. Tijdens het zagen de machine niet uit het materiaal nemen wanneer het zaagblad draait. Eerst het zaagblad tot stilstand laten komen. Bij het blokkeren van het zaagblad de machine onmiddellijk uitschakelen. Werk met een matige, aan het materiaal aangepaste voorwaartse beweging. Zagen volgens aftekening: hiervoor dient de zaaglijnaanwijzer (9). Zagen volgens een aan het werkstuk bevestigde lijst: om een exacte snijrand te krijgen,

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96

NEDERLANDS
nl
26
24
Hendel (terugdraaien van de beweeglijke
beschermkap)
25
Binnenste zaagbladflens
26
Beweeglijke beschermkap
* afhankelijk van de uitvoering
Haal het accupack uit de machine, voordat
instel-, ombouw-, onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden worden uitgevoerd.
Verzeker u ervan dat de machine bij het insteken
van het accupack uitgeschakeld is.
6.1
Accupack
Het accupack (11) voor gebruik opladen.
Laad het accupack bij vermogensverlies weer op.
U vindt de instructies voor het opladen van het
accupack in de gebruiksaanwijzing van de Metabo-
lader.
Li-Ion-accupacks “Li-Power, LiHD”
hebben een
capaciteits- en signaalweergave (18):
-
Druk op knop (19) waarna de laadtoestand wordt
aangegeven door de led-lampen.
-
Wanneer een led-lampje knippert, is het accupack
bijna leeg en moet het worden opgeladen.
Verwijderen:
De toets voor de accupack-ontgrendeling (12)
indrukken en het accupack (11)
naar boven eruit
trekken.
Plaatsen:
Accupack (11) erop schuiven totdat het vast klikt.
6.2
Snijdiepte instellen
Voor het instellen de vergrendelingshendel (17)
losdraaien. De ingestelde zaagdiepte kan op de
schaal (14) worden afgelezen. De vastzetschroef
weer vastdraaien.
De meest effectieve instelling van de zaagdiepte is
zodanig dat de tanden van het zaagblad met niet
meer dan een halve tandhoogte onder het werkstuk
uitsteken. Zie afbeelding pagina 3.
6.3
Geleiderailadapter monteren (indien
nodig)
Om de machine op een geleiderail te monteren (zie
hoofdstuk Toebehoren), bevestigt u de adapter (6).
Steek de adapter (6), zoals weergegeven, op de
geleideplaat (13). Draai de vastzetschroef (7) vast
om de adapter aan de machine te bevestigen.
7.1
Multifunctioneel bewakingssysteem van
de machine
Schakelt de machine zelfstandig uit, dan heeft
de elektronica de zelfbeveiligingsmodus
geactiveerd. Er klinkt een waarschuwingssignaal
(continu gepiep). Dit gaat na max. 30 seconden of
na het loslaten van de drukschakelaar (3) uit.
Ondanks deze beveiligingsfunctie kan bij
bepaalde toepassingen overbelasting en als
gevolg daarvan beschadiging van de machine
optreden.
Oorzaken en oplossingen:
1.
Accupack bijna leeg
(de elektronica
beschermt het accupack tegen schade als
gevolg van diepteontlading).
Knippert er een led-lampje (18), dan is het
accupack bijna leeg. Eventueel op toets (19)
drukken en de laadtoestand aan de hand van de
led-lampjes (18) controleren. Is het accupack
bijna leeg, dan moet het worden opgeladen!
2.
Een lang aanhoudende overbelasting van de
machine leidt tot
temperatuuruitschakeling
.
De machine werkt met gereduceerd vermogen
totdat de temperatuur weer normaal is.
Bij sterke oververhitting gaat de machine
helemaal uit.
Laat de machine of het accupack afkoelen.
Opmerking: Voelt het accupack zeer warm aan,
dan kunt u het accupack in uw “AIR COOLED”-
laadapparaat sneller laten afkoelen.
Opmerking: De machine koelt sneller af
wanneer men hem onbelast laat draaien.
3. Bij
een te hoge stroomsterkte
(die zich bijv.
voordoet bij een lang aanhoudende blokkering)
wordt de machine uitgeschakeld.
Machine bij de drukschakelaar (3) uitschakelen.
Vervolgens normaal verder werken (houd u
hierbij, naast alle andere veiligheidsinstructies,
vooral aan de veiligheidsinstructies in hoofdstuk
4. Terugslag). Zorg ervoor dat zich verder geen
blokkeringen voordoen.
7.2
In- en uitschakelen
Inschakelen:
vergrendelknop (4) naar voren
schuiven en vasthouden, vervolgens op de
drukschakelaar (3) drukken.
Uitschakelen:
laat de drukschakelaar (3) los.
7.3
Tips voor het werk
Schakel de machine niet in of uit terwijl het
zaagblad het werkstuk raakt.
Laat het zaagblad eerst zijn volle toerental
bereiken, voordat u de snede uitvoert.
Bij het aanzetten van de handcirkelzaag wordt de
beweeglijke beschermkap door het werkstuk
teruggedraaid.
Tijdens het zagen de machine niet uit het
materiaal nemen wanneer het zaagblad
draait. Eerst het zaagblad tot stilstand laten komen.
Bij het blokkeren van het zaagblad de
machine onmiddellijk uitschakelen.
Werk met een matige, aan het materiaal
aangepaste voorwaartse beweging.
Zagen volgens aftekening:
hiervoor dient de
zaaglijnaanwijzer (9).
Zagen volgens een aan het werkstuk
bevestigde lijst:
om een exacte snijrand te krijgen,
6.
Inbedrijfstelling, instellen
7.
Gebruik