Lenovo ThinkPad Edge E420 (Dutch) User Guide - Page 58

Energiebeheer, Spaarstanden

Page 58 highlights

Energiebeheer Met Power Manager kunt u de instellingen voor energiebeheer gemakkelijk wijzigen en zo de beste balans vinden tussen snelheid en energiebesparing. U start dit programma als volgt: • Windows 7: Zie "Toegang tot programma´s krijgen in Windows 7" op pagina 20. • Windows XP: Klik op Start ➙ Alle programma's ➙ ThinkVantage ➙ Power Manager. Voor meer informatie over het programma Power Manager raadpleegt u de online Help-informatie van het programma. Spaarstanden Er zijn diverse spaarstanden beschikbaar die u kunt gebruiken om energie te besparen. In dit gedeelte maakt u kennis met elk van die spaarstanden en vindt u tips voor het zo effectief mogelijk werken op batterij-energie. Kennismaking met de spaarstanden • Leeg scherm. Het beeldscherm verbruikt een aanzienlijke hoeveelheid stroom. Als u de energievoorziening van het scherm wilt uitschakelen, doet u het volgende: 1. Klik met de rechter muisknop op de batterijmeter van Power Manager op de taakbalk. 2. Selecteer Beeldscherm uitzetten. • Sluimerstand (Standby). In de spaarstand Standby wordt uw werk opgeslagen in het geheugen en worden het beeldscherm en het vaste-schijfstation uitgeschakeld. Zodra de computer ontwaakt, wordt het werk binnen enkele seconden weer geladen. Om de computer in de sluimerstand (Standby) te plaatsen, doet u het volgende: Voor Windows 7: 1. Klik op Start. 2. Klik op het driehoekje rechts naast het pictogram Afsluiten en kies Sluimerstand. Windows XP: 1. Klik op Start. 2. Klik op Afsluiten en selecteer Standby. • Slaapstand (spaarstand Uitschakelen). Met behulp van deze werkstand kunt u de computer volledig uitschakelen zonder dat u bestanden hoeft op te slaan of toepassingen hoeft af te sluiten die worden uitgevoerd. Voordat u naar de slaapstand gaat, wordt de volledige inhoud van het RAM-geheugen opgeslagen op de vaste schijf. U gaat als volgt naar de slaapstand: Voor Windows 7: 1. Klik op Start. 2. Klik op het driehoekje rechts naast het pictogram Afsluiten en kies Slaapstand. Windows XP: 1. Klik op Start. 2. Klik op Afsluiten en Selecteer Slaapstand. Om weer terug te keren naar de normale stand, houdt u de aan/uit-knop korter dan vier seconden ingedrukt. Als u geen gebruik maakt van de functies voor draadloze communicatie, zoals Bluetooth of draadloos LAN, kunt u de desbetreffende apparatuur uitzetten. Hiermee spaart u energie. U schakelt de functies voor draadloze communicatie uit door op F9 te drukken. 40 Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190
  • 191
  • 192
  • 193
  • 194
  • 195
  • 196
  • 197
  • 198
  • 199
  • 200
  • 201
  • 202
  • 203
  • 204

Energiebeheer
Met Power Manager kunt u de instellingen voor energiebeheer gemakkelijk wijzigen en zo de beste balans
vinden tussen snelheid en energiebesparing.
U start dit programma als volgt:
Windows 7: Zie “Toegang tot programma´s krijgen in Windows 7” op pagina 20.
Windows XP: Klik op
Start
Alle programma's
ThinkVantage
Power Manager
.
Voor meer informatie over het programma Power Manager raadpleegt u de online Help-informatie van
het programma.
Spaarstanden
Er zijn diverse spaarstanden beschikbaar die u kunt gebruiken om energie te besparen. In dit gedeelte maakt
u kennis met elk van die spaarstanden en vindt u tips voor het zo effectief mogelijk werken op batterij-energie.
Kennismaking met de spaarstanden
Leeg scherm.
Het beeldscherm verbruikt een aanzienlijke hoeveelheid stroom. Als u de
energievoorziening van het scherm wilt uitschakelen, doet u het volgende:
1. Klik met de rechter muisknop op de batterijmeter van Power Manager op de taakbalk.
2. Selecteer
Beeldscherm uitzetten
.
Sluimerstand (Standby).
In de spaarstand Standby wordt uw werk opgeslagen in het geheugen en
worden het beeldscherm en het vaste-schijfstation uitgeschakeld. Zodra de computer ontwaakt, wordt
het werk binnen enkele seconden weer geladen. Om de computer in de sluimerstand (Standby) te
plaatsen, doet u het volgende:
Voor Windows 7:
1. Klik op
Start
.
2. Klik op het driehoekje rechts naast het pictogram
Afsluiten
en kies
Sluimerstand
.
Windows XP:
1. Klik op
Start
.
2. Klik op
Afsluiten
en selecteer
Standby
.
Slaapstand (spaarstand Uitschakelen).
Met behulp van deze werkstand kunt u de computer volledig
uitschakelen zonder dat u bestanden hoeft op te slaan of toepassingen hoeft af te sluiten die worden
uitgevoerd. Voordat u naar de slaapstand gaat, wordt de volledige inhoud van het RAM-geheugen
opgeslagen op de vaste schijf. U gaat als volgt naar de slaapstand:
Voor Windows 7:
1. Klik op
Start
.
2. Klik op het driehoekje rechts naast het pictogram
Afsluiten
en kies
Slaapstand
.
Windows XP:
1. Klik op
Start
.
2. Klik op
Afsluiten
en Selecteer
Slaapstand
.
Om weer terug te keren naar de normale stand, houdt u de aan/uit-knop korter dan vier seconden
ingedrukt.
Als u geen gebruik maakt van de functies voor draadloze communicatie, zoals
Bluetooth
of draadloos LAN,
kunt u de desbetreffende apparatuur uitzetten. Hiermee spaart u energie. U schakelt de functies voor
draadloze communicatie uit door op
F9
te drukken.
40
Handboek voor de gebruiker