Lenovo ThinkPad W530 (Dutch) User Guide - Page 104

uw computer is., kunt u zien wat de totale hoeveelheid geïnstalleerd geheugen

Page 104 highlights

8. Kantel de geheugenmodule omlaag totdat deze vastklikt. 9. Zorg ervoor dat de geheugenmodule stevig in het compartiment wordt geplaatst en niet gemakkelijk kan worden bewogen. 10. Breng het afdekplaatje van de geheugenaansluiting weer aan. 11. Zet de batterij weer op zijn plaats. Zie "De batterij verwisselen" op pagina 72. 12. Draai de computer weer om. Sluit de netvoedingsadapter en alle kabels aan. Nagaan hoeveel geheugen er in totaal in de computer is geïnstalleerd Om te controleren of de geheugenmodules goed zijn geïnstalleerd, gaat u als volgt te werk: 1. Zet de computer aan. 2. Druk zodra het logoscherm verschijnt op F1. Het hoofdmenu van het programma ThinkPad Setup wordt geopend. Bij Installed memory kunt u zien wat de totale hoeveelheid geïnstalleerd geheugen in uw computer is. 3. Als er bij het item Installed memory een andere hoeveelheid geheugen wordt genoemd dan de hoeveelheid die u hebt geïnstalleerd, controleer dan nogmaals of u de instructies in dit gedeelte correct hebt uitgevoerd. 86 Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190
  • 191
  • 192
  • 193
  • 194
  • 195

8. Kantel de geheugenmodule omlaag totdat deze vastklikt.
9. Zorg ervoor dat de geheugenmodule stevig in het compartiment wordt geplaatst en niet gemakkelijk
kan worden bewogen.
10. Breng het afdekplaatje van de geheugenaansluiting weer aan.
11. Zet de batterij weer op zijn plaats. Zie “De batterij verwisselen” op pagina 72.
12. Draai de computer weer om. Sluit de netvoedingsadapter en alle kabels aan.
Nagaan hoeveel geheugen er in totaal in de computer is geïnstalleerd
Om te controleren of de geheugenmodules goed zijn geïnstalleerd, gaat u als volgt te werk:
1. Zet de computer aan.
2. Druk zodra het logoscherm verschijnt op F1. Het hoofdmenu van het programma ThinkPad Setup
wordt geopend. Bij
Installed memory
kunt u zien wat de totale hoeveelheid geïnstalleerd geheugen in
uw computer is.
3. Als er bij het item
Installed memory
een andere hoeveelheid geheugen wordt genoemd dan de
hoeveelheid die u hebt geïnstalleerd, controleer dan nogmaals of u de instructies in dit gedeelte correct
hebt uitgevoerd.
86
Handboek voor de gebruiker