Lenovo ThinkPad W530 (Dutch) User Guide - Page 48

Energiebeheer, Nagaan hoe vol de batterij is, De wisselstroomadapter gebruiken

Page 48 highlights

Energiebeheer Als u met uw computer wilt werken terwijl er geen stopcontact in de buurt is, bent u voor de voeding van uw computer afhankelijk van de batterij. Verschillende componenten van de computer hebben een verschillend stroomverbruik. Als u componenten met een hoog stroomverbruik vaker gebruikt, raakt de batterij uiteraard sneller leeg. Nagaan hoe vol de batterij is De batterijmeter van Power Manager op de taakbalk geeft het percentage resterende batterij-energie aan. De snelheid waarmee de batterijspanning terugloopt, bepaalt uiteindelijk hoe lang u de computer kunt gebruiken voordat u de batterij weer moet opladen. Omdat iedere computergebruiker anders werkt en andere eisen stelt, is het bijzonder moeilijk te voorspellen hoe lang een opgeladen batterij mee zal gaan. De twee belangrijkste factoren zijn: • De hoeveelheid energie in de batterij op het moment dat u begint met werken. • De manier waarop u uw computer gebruikt. Bijvoorbeeld: - Hoe vaak gaat u naar het vaste-schijfstation. - Hoe helder maakt u het computerscherm. - Hoe vaak gebruikt u de functies voor draadloze communicatie. De wisselstroomadapter gebruiken Als energiebron voor de computer kan de lithium-ionenbatterij (Li-ion) worden gebruikt of kan de computer met de netvoedingsadapter worden aangesloten op het lichtnet. Terwijl u gebruikmaakt van de AC-adapter, wordt de batterij automatisch opgeladen. De wisselstroomadapter die bij uw computer wordt geleverd, bestaat uit twee basiscomponenten: • De transformator die wisselstroom omzet die geschikt als voeding voor de computer. • Het netsnoer waarmee de transformator wordt aangesloten op het stopcontact. Attentie: Gebruik van een verkeerd netsnoer kan leiden tot ernstige schade aan uw computer. De AC-adapter aansluiten Als u de wisselstroomadapter wilt gebruiken, doet u het volgende. Voer deze stappen uit in de volgorde zoals ze hier worden gegeven. 1. Sluit de wisselstroomadapter aan op de desbetreffende aansluiting op de computer. 2. Sluit het netsnoer aan op de transformator. 3. Steek de stekker in het stopcontact. Tips voor het gebruik van de wisselstroomadapter • Haal de stekker uit het stopcontact als de wisselstroomadapter niet in gebruik is. • Wikkel het netsnoer niet strak om de transformator van de wisselstroomadapter als het op de transformator is aangesloten. • Laad de batterij met gebruik van de netvoedingsadapter alleen op als de temperatuur van de batterij ten minste 10 °C is. • De batterij wordt opgeladen als de wisselstroomadapter op de computer is aangesloten en de batterij in de computer is geplaatst. In de volgende gevallen moet u de batterij opladen: 30 Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190
  • 191
  • 192
  • 193
  • 194
  • 195

Energiebeheer
Als u met uw computer wilt werken terwijl er geen stopcontact in de buurt is, bent u voor de voeding
van uw computer afhankelijk van de batterij. Verschillende componenten van de computer hebben een
verschillend stroomverbruik. Als u componenten met een hoog stroomverbruik vaker gebruikt, raakt de
batterij uiteraard sneller leeg.
Nagaan hoe vol de batterij is
De batterijmeter van Power Manager op de taakbalk geeft het percentage resterende batterij-energie aan.
De snelheid waarmee de batterijspanning terugloopt, bepaalt uiteindelijk hoe lang u de computer kunt
gebruiken voordat u de batterij weer moet opladen. Omdat iedere computergebruiker anders werkt en
andere eisen stelt, is het bijzonder moeilijk te voorspellen hoe lang een opgeladen batterij mee zal gaan. De
twee belangrijkste factoren zijn:
De hoeveelheid energie in de batterij op het moment dat u begint met werken.
De manier waarop u uw computer gebruikt. Bijvoorbeeld:
Hoe vaak gaat u naar het vaste-schijfstation.
Hoe helder maakt u het computerscherm.
Hoe vaak gebruikt u de functies voor draadloze communicatie.
De wisselstroomadapter gebruiken
Als energiebron voor de computer kan de lithium-ionenbatterij (Li-ion) worden gebruikt of kan de computer
met de netvoedingsadapter worden aangesloten op het lichtnet. Terwijl u gebruikmaakt van de AC-adapter,
wordt de batterij automatisch opgeladen.
De wisselstroomadapter die bij uw computer wordt geleverd, bestaat uit twee basiscomponenten:
De transformator die wisselstroom omzet die geschikt als voeding voor de computer.
Het netsnoer waarmee de transformator wordt aangesloten op het stopcontact.
Attentie:
Gebruik van een verkeerd netsnoer kan leiden tot ernstige schade aan uw computer.
De AC-adapter aansluiten
Als u de wisselstroomadapter wilt gebruiken, doet u het volgende. Voer deze stappen uit in de volgorde
zoals ze hier worden gegeven.
1. Sluit de wisselstroomadapter aan op de desbetreffende aansluiting op de computer.
2. Sluit het netsnoer aan op de transformator.
3. Steek de stekker in het stopcontact.
Tips voor het gebruik van de wisselstroomadapter
Haal de stekker uit het stopcontact als de wisselstroomadapter niet in gebruik is.
Wikkel het netsnoer niet strak om de transformator van de wisselstroomadapter als het op de
transformator is aangesloten.
Laad de batterij met gebruik van de netvoedingsadapter alleen op als de temperatuur van de batterij ten
minste 10 °C is.
De batterij wordt opgeladen als de wisselstroomadapter op de computer is aangesloten en de batterij in
de computer is geplaatst. In de volgende gevallen moet u de batterij opladen:
30
Handboek voor de gebruiker