Lenovo PC 300PL User Guide (including system setup and option installation) - Page 134

Beeldschermproblemen, Handeling, Belangrijk

Page 134 highlights

Beeldschermproblemen Het beeld flikkert. Het beeldscherm werkt bij het aanzetten van de computer, maar het blijft leeg bij het starten van sommige toepassingsprogramma's. Het beeldscherm werkt bij het aanzetten van de computer, maar het blijft leeg na een periode van inactiviteit. Handeling Stel het beeldscherm in op de hoogst mogelijke non-interlaced verversingsfrequentie die door het beeldscherm en de video-controller wordt ondersteund. Belangrijk: Als u een resolutie of een verversingsfrequentie gebruikt die niet door het beeldscherm wordt ondersteund, kan het beeldscherm beschadigd raken. U kunt de verversingsfrequentie wijzigen vanuit uw besturingssysteem. Raadpleeg hiervoor de instructies in de README-bestanden. Raadpleeg de documentatie bij uw besturingssysteem voor meer informatie over beeldscherminstellingen. Als de fout hierdoor niet is verholpen, moet de computer worden nagezien. Controleer of: 1. De beeldschermkabel stevig in de aansluiting van het beeldscherm en de aansluiting voor het beeldscherm op de grafische kaart zit. Raadpleeg "Aansluitingen desktopmodel" op pagina 12 of "Aansluitingen towermodel" op pagina 13 voor de plaats van deze beeldschermaansluiting op de grafische kaart. 2. U de noodzakelijke stuurprogramma's voor de toepassingsprogramma's hebt geïnstalleerd. Laat de computer nazien als u het probleem niet zelf kunt oplossen. Waarschijnlijk is een van de energiebesparende voorzieningen van de computer ingesteld. Als dit het geval is, kunt u het probleem misschien verhelpen door het energiebeheer uit te schakelen of de instellingen ervan te wijzigen (zie "Energiebeheervoorzieningen" op pagina 55). Laat de computer nazien als u het probleem niet zelf kunt oplossen. 118 PC 300PL en PC 300GL Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184

Beeldschermproblemen
Handeling
Het beeld flikkert.
Stel het beeldscherm in op de hoogst mogelijke
non-interlaced verversingsfrequentie die door het
beeldscherm en de video-controller wordt ondersteund.
Belangrijk:
Als u een resolutie of een
verversingsfrequentie gebruikt die niet door het
beeldscherm wordt ondersteund, kan het beeldscherm
beschadigd raken.
U kunt de verversingsfrequentie wijzigen vanuit uw
besturingssysteem. Raadpleeg hiervoor de instructies in
de README-bestanden. Raadpleeg de documentatie bij
uw besturingssysteem voor meer informatie over
beeldscherminstellingen.
Als de fout hierdoor niet is verholpen, moet de
computer worden nagezien.
Het beeldscherm werkt
bij het aanzetten van de
computer, maar het blijft
leeg bij het starten van
sommige
toepassingsprogramma's.
Controleer of:
1.
De beeldschermkabel stevig in de aansluiting van
het beeldscherm en de aansluiting voor het
beeldscherm op de grafische kaart zit. Raadpleeg
Aansluitingen desktopmodel
op pagina
12 of
Aansluitingen towermodel
op pagina
13 voor de
plaats van deze beeldschermaansluiting op de
grafische kaart.
2.
U de noodzakelijke stuurprogramma's voor de
toepassingsprogramma's hebt ge
ï
nstalleerd.
Laat de computer nazien als u het probleem niet zelf
kunt oplossen.
Het beeldscherm werkt
bij het aanzetten van de
computer, maar het blijft
leeg na een periode van
inactiviteit.
Waarschijnlijk is een van de energiebesparende
voorzieningen van de computer ingesteld. Als dit het
geval is, kunt u het probleem misschien verhelpen door
het energiebeheer uit te schakelen of de instellingen
ervan te wijzigen (zie
Energiebeheervoorzieningen
op
pagina 55).
Laat de computer nazien als u het probleem niet zelf
kunt oplossen.
118
PC 300PL en PC 300GL Handboek voor de gebruiker