Lenovo PC 300PL User Guide (including system setup and option installation) - Page 70

Instellingen die de opstartprocedure be, nvloeden, Beheer op afstand instellen

Page 70 highlights

8. Druk op Esc om terug te keren naar het hoofdmenu van het Configuratieprogramma. 9. Selecteer Instellingen opslaan in het hoofdmenu van het Configuratieprogramma en druk op Esc. Volg de instructies op het scherm. Instellingen die de opstartprocedure beïnvloeden Instellingen voor de volgende voorzieningen in het Configuratieprogramma kunnen de opstartprocedure voor uw computer beïnvloeden: Startopties, zoals de opstartvolgorde, opstartinformatie en zelftest Beveiligingsopties, zoals het systeemwachtwoord en het configuratiewachtwoord. Voor meer informatie kunt u "Wachtwoorden" op pagina 45, "Systeemwachtwoord instellen" op pagina 45 en "Configuratiewachtwoord instellen" op pagina 48 raadplegen. Beveiligingsprofiel voor de apparatuur. Meer informatie hierover kunt u vinden in "Beveiligingsprofiel voor de apparatuur" op pagina 50. Beheer op afstand instellen U kunt systeemprogramma's zoals de zelftest (POST) en het BIOS op afstand vanaf een netwerkserver bijwerken als beheer op afstand is ingeschakeld. Als u een configuratiewachtwoord voor uw computer hebt ingesteld, hoeft dit niet te worden getypt om software op afstand bij te werken. Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor instructies over het instellen van de netwerkserver voor het bijwerken van de zelftest (POST) en het BIOS. U schakelt beheer op afstand als volgt in: 1. Start het Configuratieprogramma. Zie "Het Configuratieprogramma starten en gebruiken" op pagina 41. 2. Kies Systeembeveiliging en druk op Enter. 3. Kies Beheer op afstand en druk op Enter. 4. Kies Ingeschakeld als u Beheer op afstand bijwerken wilt inschakelen. Anders selecteert u Uitgeschakeld. Druk op Enter. 5. Druk op Esc totdat u bij het hoofdmenu van Configuratieprogramma bent. 6. Selecteer Instellingen opslaan in het hoofdmenu van het Configuratieprogramma en druk op Esc. Volg de instructies op het scherm. 54 PC 300PL en PC 300GL Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184

8.
Druk op Esc om terug te keren naar het hoofdmenu van het
Configuratieprogramma.
9.
Selecteer
Instellingen opslaan
in het hoofdmenu van het
Configuratieprogramma en druk op Esc. Volg de instructies op het
scherm.
Instellingen die de opstartprocedure be
ï
nvloeden
Instellingen voor de volgende voorzieningen in het Configuratieprogramma
kunnen de opstartprocedure voor uw computer be
ï
nvloeden:
±
Startopties, zoals de opstartvolgorde, opstartinformatie en zelftest
±
Beveiligingsopties, zoals het systeemwachtwoord en het
configuratiewachtwoord. Voor meer informatie kunt u
Wachtwoorden
op pagina
45,
Systeemwachtwoord instellen
op
pagina
45 en
Configuratiewachtwoord instellen
op pagina
48
raadplegen.
±
Beveiligingsprofiel voor de apparatuur. Meer informatie hierover kunt
u vinden in
Beveiligingsprofiel voor de apparatuur
op pagina
50.
Beheer op afstand instellen
U kunt systeemprogramma's zoals de zelftest (POST) en het BIOS op
afstand vanaf een netwerkserver bijwerken als beheer op afstand is
ingeschakeld. Als u een configuratiewachtwoord voor uw computer hebt
ingesteld, hoeft dit
niet
te worden getypt om software op afstand bij te
werken. Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor instructies over het instellen
van de netwerkserver voor het bijwerken van de zelftest (POST) en het
BIOS.
U schakelt beheer op afstand als volgt in:
1.
Start het Configuratieprogramma. Zie
Het Configuratieprogramma
starten en gebruiken
op pagina
41.
2.
Kies
Systeembeveiliging
en druk op Enter.
3.
Kies
Beheer op afstand
en druk op Enter.
4.
Kies
Ingeschakeld
als u Beheer op afstand bijwerken wilt inschakelen.
Anders selecteert u
Uitgeschakeld
. Druk op Enter.
5.
Druk op Esc totdat u bij het hoofdmenu van Configuratieprogramma
bent.
6.
Selecteer
Instellingen opslaan
in het hoofdmenu van het
Configuratieprogramma en druk op Esc. Volg de instructies op het
scherm.
54
PC 300PL en PC 300GL Handboek voor de gebruiker