Lenovo PC 300PL User Guide (including system setup and option installation) - Page 74

Automatisch inschakelen

Page 74 highlights

- Uitgeschakeld: In deze werkstand wordt het beeldscherm niet beïnvloed door de instellingen voor energiebeheer. IDE-stations: Hier kunt u opgeven of energiebeheer voor IDE-stations ingeschakeld of uitgeschakeld moet worden als de opties voor energiebeheer worden geactiveerd. U stelt de voorzieningen voor energiebeheer als volgt in: 1. Start het Configuratieprogramma (zie "Het Configuratieprogramma starten en gebruiken" op pagina 41). 2. Selecteer Energiebeheer en druk op Enter. 3. Kies APM en druk op Enter. 4. Geef bij Automatisch Energiebeheer voor Hardware Ingeschakeld op. 5. Geef indien nodig waarden op voor de diverse energiebeheeropties (time-out energiebesparing, systeemenergie, beeldscherm en time-out beeldscherm 'Uit'). 6. Kies Activiteitenmonitor voor spaarstand en druk op Enter. 7. Kies Ingeschakeld of Uitgeschakeld voor het energiebeheer van de verschillende apparaten. Opmerking: Als voor alle apparaten de instelling Uitgeschakeld is opgegeven, moet u de computer opnieuw opstarten om het systeem uit de spaarstand te laten terugkeren. 8. Druk driemaal op Esc om terug te keren naar het hoofdmenu van het Configuratieprogramma. 9. Selecteer Instellingen opslaan in het hoofdmenu van het Configuratieprogramma en druk op Esc. Volg de instructies op het scherm. Automatisch inschakelen Met de voorzieningen voor Automatisch inschakelen in het menu Energiebeheer kunt u voorzieningen in- en uitschakelen waarmee uw computer automatisch wordt aangezet. U moet tevens de opstartvolgorde selecteren die moet worden gebruikt bij de geselecteerde voorziening. Wake on LAN: U kunt de IBM-voorziening Wake on LAN gebruiken als uw computer beschikt over software voor netwerkbeheer op afstand en een netwerkadapter die Wake on LAN ondersteunt. Als Wake on LAN is Ingeschakeld, wordt de computer aangezet zodra een bepaald signaal wordt ontvangen van een andere computer op uw LAN. Raadpleeg voor meer informatie de documentatie die bij uw netwerkadapter is geleverd. 58 PC 300PL en PC 300GL Handboek voor de gebruiker

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184

Uitgeschakeld:
In deze werkstand wordt het beeldscherm niet
be
ï
nvloed door de instellingen voor energiebeheer.
±
IDE-stations
: Hier kunt u opgeven of energiebeheer voor IDE-stations
ingeschakeld of uitgeschakeld moet worden als de opties voor
energiebeheer worden geactiveerd.
U stelt de voorzieningen voor energiebeheer als volgt in:
1.
Start het Configuratieprogramma (zie
Het Configuratieprogramma
starten en gebruiken
op pagina
41).
2.
Selecteer
Energiebeheer
en druk op Enter.
3.
Kies
APM
en druk op Enter.
4.
Geef bij
Automatisch Energiebeheer voor Hardware
Ingeschakeld op.
5.
Geef indien nodig waarden op voor de diverse energiebeheeropties
(time-out energiebesparing, systeemenergie, beeldscherm en time-out
beeldscherm 'Uit').
6.
Kies
Activiteitenmonitor voor spaarstand
en druk op Enter.
7.
Kies
Ingeschakeld
of
Uitgeschakeld
voor het energiebeheer van de
verschillende apparaten.
Opmerking:
Als voor alle apparaten de instelling
Uitgeschakeld
is
opgegeven, moet u de computer opnieuw opstarten om
het systeem uit de spaarstand te laten terugkeren.
8.
Druk driemaal op Esc om terug te keren naar het hoofdmenu van het
Configuratieprogramma.
9.
Selecteer
Instellingen opslaan
in het hoofdmenu van het
Configuratieprogramma en druk op Esc. Volg de instructies op het
scherm.
Automatisch inschakelen
Met de voorzieningen voor Automatisch inschakelen in het menu
Energiebeheer kunt u voorzieningen in- en uitschakelen waarmee uw
computer automatisch wordt aangezet. U moet tevens de opstartvolgorde
selecteren die moet worden gebruikt bij de geselecteerde voorziening.
±
Wake on LAN:
U kunt de IBM-voorziening Wake on LAN gebruiken
als uw computer beschikt over software voor netwerkbeheer op afstand
en een netwerkadapter die Wake on LAN ondersteunt. Als Wake on
LAN is
Ingeschakeld
, wordt de computer aangezet zodra een bepaald
signaal wordt ontvangen van een andere computer op uw LAN.
Raadpleeg voor meer informatie de documentatie die bij uw
netwerkadapter is geleverd.
58
PC 300PL en PC 300GL Handboek voor de gebruiker