Karcher EWM 2 Operating instructions 1 - Page 37

Gevarenniveaus, Elektrische componenten, Oplaadapparaat, Batterij, Veilige omgang

Page 37 highlights

Gevarenniveaus ƽ GEVAAR Verwijzing naar een onmiddellijk dreigend gevaar dat tot ernstige en zelfs dodelijke lichaamsverwondingen leidt. ṇ WAARSCHUWING Verwijzing naar een mogelijke gevaarlijke situatie die tot ernstige en zelfs dodelijke lichaamsverwondingen kan leiden. ṇ VOORZICHTIG Verwijzing naar een mogelijk gevaarlijke situatie die tot lichte verwondingen kan leiden. LET OP Verwijzing naar een mogelijke gevaarlijke situatie die tot materiele schade kan leiden. Elektrische componenten ƽ GEVAAR  Apparaat niet in water onderdompelen!  Het apparaat en de accessoires voor gebruik con- troleren op goede staat. Indien zij niet in goede staat verkeren, mag u de apparatuur niet gebruiken.  Vervang het oplaadapparaat met kabel onmiddellijk door een origineel wisselstuk bij een zichtbare beschadiging.  Bij alle reinigings- en onderhoudswerkzaamheden altijd het apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken.  Reparaties aan het apparaat mogen alleen worden uitgevoerd door een erkende klantendienst.  Het apparaat bevat elektrische onderdelen - reinig het niet onder stromend water.  Steek geen geleidende voorwerpen (bv. schroevendraaiers e.d.) in de laadbus.  Geen contacten of leidingen aanraken.  De opgave van de spanning op het typeplaatje moet overeenkomen met de voedingsspanning.  Het elektriciteitssnoer niet over scherpe randen trekken en niet bekneld laten raken. ṇ WAARSCHUWING  Het apparaat mag enkel aan een elektrische aansluiting aangesloten zijn die door een elektromonteur conform IEC 60364 werd uitgevoerd.  Sluit het apparaat enkel aan wisselstroom aan. De spanning moet overeenstemmen met het typeplaatje van het apparaat.  Om veiligheidsredenen raden wij principieel aan het apparaat te gebruiken via een aardlekschakelaar (max. 30mA). Oplaadapparaat ƽ GEVAAR Gevaar van stroomschok  Neem de netstekker en de contactdoos nooit met vochtige handen vast.  Laadapparaat niet in vervuilde of natte toestand gebruiken.  Laadapparaat niet in een explosiegevaarlijke om- geving gebruiken.  Laadapparaat niet aan de netkabel dragen.  Gebruik en bewaar het oplaadapparaat enkel in droge ruimten.  Netkabel beschermen tegen hitte, scherpe kanten, olie en bewegende toestelonderdelen.  Verlengsnoeren met meervoudige stopcontacten en gelijktijdige werking van meerdere apparaten zijn te vermijden.  Netstekker niet verwijderen door hem aan de netkabel uit het stopcontact te trekken.  Laadapparaat niet afdekken en ventilatiespleet van het laadapparaat vrijhouden.  Laadapparaat niet openen. Herstellingen uitsluitend laten uitvoeren door vakkundig personeel.  Laadapparaat uitsluitend voor het opladen van goedgekeurde accupacks gebruiken.  Vervang het oplaadapparaat met kabel onmiddellijk door een origineel wisselstuk bij een zichtbare beschadiging. Batterij ƽ GEVAAR Gevaar van stroomschok  Stel de batterij niet bloot aan sterke zonnestralen, hitte en vuur. ṇ WAARSCHUWING  Laad de accu enkel met het origineel bijgevoegde of een door KÄRCHER vrijgegeven oplaadapparaat. Volgende adapter gebruiken: PS02  Accu niet openen, er bestaat gevaar van kortsluiting en er kunnen irriterende dampen of bijtende vloeitsoffen vrijkomen.  Dit apparaat bevat accu's die niet kunnen worden vervangen. Veilige omgang ƽ GEVAAR  De gebruiker moet het apparaat op reglementaire wijze gebruiken. Hij moet rekening houden met de plaatselijke omstandigheden en tijdens de werkzaamheden met het apparaat letten op personen in de omgeving.  Het is verboden om het apparaat in explosiegevaarlijke bereiken te gebruiken.  Bij het gebruik van het apparaat in gevaarlijke bereiken moeten de overeenkomstige veiligheidsvoorschriften in acht genomen worden.  Gebruik het apparaat niet als het vooraf gevallen, zichtbaar beschadigd of ondicht is.  Houd verpakkingsfolie uit de buurt van kinderen, er bestaat verstikkingsgevaar! ṇ WAARSCHUWING  Kinderen of niet-geïnstrueerd personeel mogen het apparaat niet gebruiken.  Dit apparaat mag niet gebruikt worden door personen met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale capaciteiten of met te weinig ervaring en/of kennis, tenzij ze onder toezicht staan van een bevoegde persoon die instaat voor hun veiligheid of van die NL - 7 37

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76
  • 77
  • 78
  • 79
  • 80
  • 81
  • 82
  • 83
  • 84
  • 85
  • 86
  • 87
  • 88
  • 89
  • 90
  • 91
  • 92
  • 93
  • 94
  • 95
  • 96
  • 97
  • 98
  • 99
  • 100
  • 101
  • 102
  • 103
  • 104
  • 105
  • 106
  • 107
  • 108
  • 109
  • 110
  • 111
  • 112
  • 113
  • 114
  • 115
  • 116
  • 117
  • 118
  • 119
  • 120
  • 121
  • 122
  • 123
  • 124
  • 125
  • 126
  • 127
  • 128
  • 129
  • 130
  • 131
  • 132
  • 133
  • 134
  • 135
  • 136
  • 137
  • 138
  • 139
  • 140
  • 141
  • 142
  • 143
  • 144
  • 145
  • 146
  • 147
  • 148
  • 149
  • 150
  • 151
  • 152
  • 153
  • 154
  • 155
  • 156
  • 157
  • 158
  • 159
  • 160
  • 161
  • 162
  • 163
  • 164
  • 165
  • 166
  • 167
  • 168
  • 169
  • 170
  • 171
  • 172
  • 173
  • 174
  • 175
  • 176
  • 177
  • 178
  • 179
  • 180
  • 181
  • 182
  • 183
  • 184
  • 185
  • 186
  • 187
  • 188
  • 189
  • 190
  • 191
  • 192
  • 193
  • 194
  • 195
  • 196
  • 197
  • 198
  • 199
  • 200
  • 201
  • 202
  • 203
  • 204
  • 205
  • 206
  • 207
  • 208
  • 209
  • 210
  • 211
  • 212
  • 213
  • 214
  • 215
  • 216
  • 217
  • 218
  • 219
  • 220
  • 221
  • 222
  • 223
  • 224
  • 225
  • 226
  • 227
  • 228
  • 229
  • 230
  • 231
  • 232
  • 233
  • 234
  • 235
  • 236
  • 237
  • 238
  • 239
  • 240
  • 241
  • 242
  • 243
  • 244
  • 245
  • 246
  • 247
  • 248

– 7
±
GEVAAR
Verwijzing naar een onmiddellijk dreigend gevaar dat
tot ernstige en zelfs dodelijke lichaamsverwondingen
leidt.
²
WAARSCHUWING
Verwijzing naar een mogelijke gevaarlijke situatie die tot
ernstige en zelfs dodelijke lichaamsverwondingen kan
leiden.
²
VOORZICHTIG
Verwijzing naar een mogelijk gevaarlijke situatie die tot
lichte verwondingen kan leiden.
LET OP
Verwijzing naar een mogelijke gevaarlijke situatie die tot
materiele schade kan leiden.
±
GEVAAR
Apparaat niet in water onderdompelen!
Het apparaat en de accessoires voor gebruik con-
troleren op goede staat. Indien zij niet in goede
staat verkeren, mag u de apparatuur niet gebrui-
ken.
Vervang het oplaadapparaat met kabel onmiddel-
lijk door een origineel wisselstuk bij een zichtbare
beschadiging.
Bij alle reinigings- en onderhoudswerkzaamheden
altijd het apparaat uitschakelen en de stekker uit
het stopcontact trekken.
Reparaties aan het apparaat mogen alleen worden
uitgevoerd door een erkende klantendienst.
Het apparaat bevat elektrische onderdelen - reinig
het niet onder stromend water.
Steek geen geleidende voorwerpen (bv. schroe-
vendraaiers e.d.) in de laadbus.
Geen contacten of leidingen aanraken.
De opgave van de spanning op het typeplaatje
moet overeenkomen met de voedingsspanning.
Het elektriciteitssnoer niet over scherpe randen
trekken en niet bekneld laten raken.
²
WAARSCHUWING
Het apparaat mag enkel aan een elektrische aan-
sluiting aangesloten zijn die door een elektromon-
teur conform IEC 60364 werd uitgevoerd.
Sluit het apparaat enkel aan wisselstroom aan. De
spanning moet overeenstemmen met het type-
plaatje van het apparaat.
Om veiligheidsredenen raden wij principieel aan
het apparaat te gebruiken via een aardlekschake-
laar (max. 30mA).
±
GEVAAR
Gevaar van stroomschok
Neem de netstekker en de contactdoos nooit met
vochtige handen vast.
Laadapparaat niet in vervuilde of natte toestand
gebruiken.
Laadapparaat niet in een explosiegevaarlijke om-
geving gebruiken.
Laadapparaat niet aan de netkabel dragen.
Gebruik en bewaar het oplaadapparaat enkel in
droge ruimten.
Netkabel beschermen tegen hitte, scherpe kanten,
olie en bewegende toestelonderdelen.
Verlengsnoeren met meervoudige stopcontacten
en gelijktijdige werking van meerdere apparaten
zijn te vermijden.
Netstekker niet verwijderen door hem aan de net-
kabel uit het stopcontact te trekken.
Laadapparaat niet afdekken en ventilatiespleet van
het laadapparaat vrijhouden.
Laadapparaat niet openen. Herstellingen uitslui-
tend laten uitvoeren door vakkundig personeel.
Laadapparaat uitsluitend voor het opladen van
goedgekeurde accupacks gebruiken.
Vervang het oplaadapparaat met kabel onmiddel-
lijk door een origineel wisselstuk bij een zichtbare
beschadiging.
±
GEVAAR
Gevaar van stroomschok
Stel de batterij niet bloot aan sterke zonnestralen,
hitte en vuur.
²
WAARSCHUWING
Laad de accu enkel met het origineel bijgevoegde
of een door KÄRCHER vrijgegeven oplaadappa-
raat.
Volgende adapter gebruiken:
Accu niet openen
, er bestaat gevaar van kortslui-
ting en er kunnen irriterende dampen of bijtende
vloeitsoffen vrijkomen.
Dit apparaat bevat accu’s die niet kunnen worden
vervangen.
±
GEVAAR
De gebruiker moet het apparaat op reglementaire
wijze gebruiken. Hij moet rekening houden met de
plaatselijke omstandigheden en tijdens de werk-
zaamheden met het apparaat letten op personen in
de omgeving.
Het is verboden om het apparaat in explosiege-
vaarlijke bereiken te gebruiken.
Bij het gebruik van het apparaat in gevaarlijke be-
reiken moeten de overeenkomstige veiligheids-
voorschriften in acht genomen worden.
Gebruik het apparaat niet als het vooraf gevallen,
zichtbaar beschadigd of ondicht is.
Houd verpakkingsfolie uit de buurt van kinderen, er
bestaat verstikkingsgevaar!
²
WAARSCHUWING
Kinderen of niet-geïnstrueerd personeel mogen het
apparaat niet gebruiken.
Dit apparaat mag niet gebruikt worden door perso-
nen met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale
capaciteiten of met te weinig ervaring en/of kennis,
tenzij ze onder toezicht staan van een bevoegde
persoon die instaat voor hun veiligheid of van die
Gevarenniveaus
Elektrische componenten
Oplaadapparaat
Batterij
Veilige omgang
PS02
37
NL